Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De heilige oorlog (154)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De heilige oorlog (154)

Duivels toneelspel

6 minuten leestijd

Door een van de trouwe dienstknechten van Vastewil, de heer IJver, worden de plannen van de vijanden ontdekt om Mensziel weer in handen te krijgen. De vijanden worden opgepakt. Als eerste moet Kwaadaardige-Ondervrager voor de rechtbank verschijnen. Hij wordt aangeklaagd, maar verdedigt zich door te zeggen dat hij een andere naam heeft: Oprechte-Onderzoeker. Vaste wil, die hem nog van vroeger kent, getuigt als eerste tegen hem.

Het getuigenis van IJver

Dan komt de heer IJver naar voren en zegt: ‘Mijne heren, ik stond op zekere nacht op de wacht aan het einde van de Slechte Straat, hier in Mensziel. Bij toeval hoorde ik wat gemompel in het huis van Kwaadaardige-Ondervrager. Ik dacht: Wat is hier te doen? Daarom sloop ik dichterbij, heel zacht, om aan de zijkant van het huis te luisteren. En inderdaad, het was zoals ik dacht: ik trof daar een duivels gezelschap aan. Toen ik dicht bij de muur stond, duurde het maar even of ik kwam erachter dat er vreemdelingen in huis waren. Ik verstond ze goed, want ik heb veel gereisd. Omdat ik zo’n vreemde taal hoorde spreken in zo’n bouwvallig huisje, drukte ik mijn oor tegen een gat in het raam. Daar hoorde ik ze het volgende bespreken. De oude Kwaadaardige-Ondervrager vroeg aan die Twijfelaars waar ze vandaan kwamen en wat ze hier deden. Ze gaven antwoord op al zijn vragen en ze maakten plezier met elkaar. Hij vroeg ook naar hun aantallen. Zij vertelden hem dat er tienduizend soldaten waren. Hij vroeg toen waarom zij Mensziel dan niet heldhaftig aan-vielen. Dat vertelden zij hem. Toen maakte hij hun generaal uit voor lafaard, omdat hij vluchtte in plaats van vocht voor zijn eigen prins. Bovendien hoorde ik hem wensen dat al die tienduizend Twijfelaars in de stad waren en hem als generaal hadden. Hij beval de bezoekers zich stil en verborgen te houden. Als ze opgepakt zouden worden, zouden ze immers gedood worden, omdat er een hoge prijs op hun hoofd stond.

De feiten verdraaid

Hierna spreekt de rechtbank zich als volgt uit: ‘Meneer Kwaadaardige-Ondervrager, hier is nu een andere getuige tegen u, en zijn getuigenis is duidelijk.

1. Hij zweert dat u die Twijfelaars in uw huis hebt ontvangen. U hebt ze te eten gegeven, terwijl u wist dat het volgelingen van Diábolus en vijanden van de Koning waren.

2. Hij zweert dat u wenste dat er tienduizend van in Mensziel waren.

3. Hij zweert dat u het advies hebt gegeven zich stil en verborgen te houden, anders zouden ze worden gegrepen door de dienaren van de Koning.

Dit alles laat zien dat u een Diábolonist bent. Als u een vriend van de Koning was geweest, dan zou u hen immers hebben laten arresteren.’ Kwaadaardige-Ondervrager zegt daarop: ‘Op de eerste aanklacht antwoord ik dat de mannen die in mijn huis kwamen en die ik in mijn huis heb opgenomen, vreemden waren. Is het in Mensziel nu ook al een misdaad geworden om plezier te hebben met onbekenden? Het is ook waar dat ik ze te eten heb gegeven. Maar waarom moet mijn weldadigheid gestraft worden? Wat betreft het feit dat ik tienduizend van die mannen in Mensziel wenste: dat heb ik nooit aan de getuigen verteld en ook niet aan die mannen. Het kan ook betekenen dat ik wenste dat ze gevangen genomen werden, en dan is mijn wens ten goede voor Mensziel. Dat zal iedereen toch met me eens zijn. Ik heb hen ook gevraagd om zich te verbergen om niet in handen van de kapiteins te vallen. Maar dat was omdat ik niet wil dat iemand wordt gedood, en niet omdat ik zulke vijanden van de Koning zou willen laten ontsnappen.’

De leugenaar ontmaskerd

Vervolgens reageert de burgemeester. ‘Het is inderdaad een deugd om vreemdelingen te ontvangen, maar het is verraad om je te vermaken met deze vijanden van de Koning. En met al de woorden die je verder hebt gesproken, probeer je de uitvoering van het oordeel te ontwijken en uit te stellen. Als er niet meer dan dit bewezen kon worden tegen u dat u een Diábolonist bent, dan zou u al volgens de wet gedood moeten worden. Maar u bent ook nog eens iemand die buitenlandse Diábolonisten in huis neemt, eten geeft en aanmoedigt, en anderen van hun soort wil herbergen. Het gaat om mannen die van ver zijn gekomen met plannen om Mensziel te verscheuren en te vernietigen. Dit kunnen we niet toelaten.’

Kwaadaardige-Ontvanger zegt dan: ‘Ik zie wel hoe het spel gespeeld wordt: ik moet sterven voor mijn naam en mijn liefdadigheid.’ Hij zegt verder geen woord meer.

Van de ondeugd een deugd maken

Bunyan laat ook in deze rechtszaak weer zien hoe de satan zich kan voordoen als een engel van het licht, die slechte zaken probeert goed te spreken. Zijn volgelingen drukken daarin zijn voetstappen en verwijten hun vijanden dat ze een spel spelen met hen, maar ze zijn zelf een meester in toneelspelen.

Niet recht, maar slecht

Bunyan noemt de straat waarin satans volgelingen hun geheim overleg hebben, de Slechte Straat. Daar wordt niet gebeden door een verslagen, blinde zondaar, zoals Saulus mocht doen in de straat, genaamd de Rechte (Hand. 9:11), maar daar wordt gesproken over strijd tegen de Koning der koningen. Daar zijn geen tranen, zoals Saulus gestort zal hebben over zijn dwaasheid dat hij gestreden had tegen Gods Zoon, maar daar is zondig plezier. In de Slechte Straat wordt niet geworsteld om het behoud van de ziel, maar worden kwaadaardige plannen gesmeed om de ziel te verwoesten.

Verkeerde gastvrijheid

Het is niet mogelijk om totaal afgescheiden van de wereld te leven. Ik bid niet dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar dat Gij hen bewaart van den boze (Joh. 17:15). Het is eerder een plicht om in vrede met al onze naasten te leven: Indien het mogelijk is, zoveel in u is, houdt vrede met alle mensen. … Indien dan uw vijand hongert, zo spijzig hem; indien hem dorst, zo geef hem te drinken (Rom. 12:18 en 20a, zie ook de kanttekeningen). Maar wie vervolgens meer dan dat doet en ook de deur van het hart voor de zonden opent, maakt zich schuldig aan gemeenschap aan de boze werken (2 Joh. vs. 11). De Heere waarschuwt echter om het tegenovergestelde te doen: Gaat uit van haar, Mijn volk, opdat gij aan haar zonden geen gemeenschap hebt, en opdat gij van haar plagen niet ontvangt (Openb. 18:4).

Gespeelde onschuld

Toneelspelers zijn niet wie ze zijn. De zonde wordt goedgepraat. Het zijn huichelaars, mensen die in hun hart goddeloos zijn voor God, maar zich voor vroom uitgeven met woorden, gebaren en werken voor de mensen, om die te bedriegen (Job 8:13, kanttek. 21). Ze worden ook wel geveinsden genoemd: Alzo ook schijnt gij wel den mensen vanbuiten rechtvaardig, maar vanbinnen zijt gij vol geveinsdheid en ongerechtigheid (Matth. 23:28).

Satan weet dat hij weinig tijd heeft. Hij is bezig om werkelijkheid en fantasie meer en meer te vermengen. Dat komt vooral openbaar in de digitale wereld. Meer dan ooit hebben we de taak om zijn en schijn, recht en slecht, deugd en ondeugd te onderscheiden. Niet alleen bij anderen, maar vooral ook bij onszelf. Dan blijft het gebed van David niet vreemd: Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart; beproef mij en ken mijn gedachten. En zie of bij mij een schadelijke weg zij; en leid mij op den eeuwigen weg (Ps. 139:23 en 24).

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 december 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's

De heilige oorlog (154)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 december 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's