David, de man naar Gods hart
20. David haalt de ark naar Jeruzalem
We lezen in 2 Samuël 6:11 het blijde nieuws dat David het plan opperde om met dertigduizend vertegenwoordigers van de stammen uit heel Israël de ark des Heeren naar Jeruzalem te halen. Die ark stond nog altijd in Kirjath-Jeárim, daar destijds heengebracht door de Filistijnen. Het was blijkbaar nooit in de gedachte van koning Saul opgekomen om naar de ark om te zien. Immers getuigde de ark van Gods gunst (Ps. 122:2 berijmd), maar we weten dat koning Saul meer en meer het goede pad had verlaten. Bij koning David lag dat anders, want hij kon in waarheid zeggen: Ik ben vrolijker in de weg Uwer getuigenissen dan over alle rijkdom (Ps. 119:14). David was over heel Israël tot koning gezalfd en bewoonde een prachtig paleis in de hoofdstad Jeruzalem. Maar ondanks alle eer en rijkdom vergat hij de dienst des Heeren niet. En zo brak de dag aan dat hij de ark Gods naar Jeruzalem liet halen.
De ark werd uit het huis van Abinádab op een nieuwe wagen geplaatst en zijn beide jongens Ahío en Uza begeleidden de wagen. Ahío liep vóór de ark en Uza liep ernaast en met grote blijdschap werd de reis naar Jeruzalem ondernomen. We lezen in 2 Samuël 6:5: En David en het ganse huis Israëls speelden voor het aangezicht des HEEREN met allerlei snarenspel (…), ook met schellen en met cimbalen.
In het Oude Testament werden Gods kinderen opgeroepen de Heere te loven door middel van verschillende instrumenten. We lezen bijv. in Ps. 150:3 en 4: Looft Hem met geklank der bazuin; loof Hem met de luit en met de harp. Looft Hem met de trommel en fluit; looft Hem met snarenspel en orgel.
Toen de Heere Farao’s leger in de Rode Zee verdronk, zongen Mozes en de Israëlieten een lied tot Gods eer, terwijl Mirjam een trommel in haar hand nam en de vrouwen haar bijvielen met trommels en met reien (Ex. 15:20). Matthew Henry schrijft in zijn Bijbelverklaring over Psalm 150 dat de Levieten als zangers en bespelers van muziekinstrumenten in het Oude Testament heenwezen naar de geestelijke priesters (Gods kinderen) in het Nieuwe Testament. Hij schrijft ‘dat de beste muziek in Gods oren de godvruchtige genegenheid van het hart is. Geen welluidende snaar, maar een welluidend hart. Loof God met een krachtig geloof, loof Hem met een ernstige begeerte naar Hem (…). Hoewel verscheidene instrumenten in het Oude Testament gebruikt werden in het loven van God, zo bestaat het Nieuwtestamentisch concert in samen met één mond de God en Vader van onze Heere Jezus Christus te verheerlijken (Rom. 15:6)’.
In de buurt van Nachons dorsvloer aangekomen, struikelden de runderen die de wagen met de ark Gods trokken en als gevolg daarvan dreigde de ark van de wagen te vallen. Uza zag de ark schuiven en hield die tegen. Op hetzelfde ogenblik viel de man dood neer, want de Heere had geboden dat niemand dan de priesters de ark en de heilige vaten mochten aanroeren op straffe van de dood (zie kanttek. 19). Ineens was het met de feestelijke optocht van vorst en volk gedaan. Vooral koning David was erg aangeslagen om wat er plaatsvond en hij durfde de reis naar Jeruzalem niet voort te zetten.
Daarom werd de ark in het huis van de Leviet Obed-Edom geplaatst die daar drie maanden verbleef. Toen de ark zich daar bevond, zegende de Heere het huis van Obed-Edom en alles wat hij had (1 Kron. 13:14). Toen David dat hoorde, gaf hij bevel om de ark alsnog naar Jeruzalem te brengen. Nee, de ark werd nu niet meer op een nieuwe wagen geplaatst, maar naar het uitdrukkelijke bevel van de Heere door de priesters en Levieten gedragen, terwijl van tijd tot tijd op een tijdelijk altaar offers werden gebracht om de Heere voor Zijn grote weldaden te danken. Alzo brachten David en het ganse huis Israëls de ark des HEEREN op, met gejuich en met geluid der bazuin (2 Sam. 6:15).
Toen de ark in Jeruzalem aankwam, keek Davids vrouw Michal naar de voorbij trekkende schare. Tot haar grote ergernis zag ze daar de koning van blijdschap huppelen, terwijl hij gekleed was in een linnen lijfrok, een eenvoudig licht linnen overkleed, als ‘bewijs van zijn deemoedigheid voor de HEERE’ zegt kanttekening 33. Daarna werd de ark geplaatst in een tent die de koning voor de ark gespannen had. Nadat David brandoffers en dankoffers geofferd had, zegende hij het volk in de Naam des HEEREN en deelde aan het hele volk brood, vlees en wijn uit. Toen ging al dat volk henen, een iegelijk naar zijn huis (2 Sam. 6:19).
Thuisgekomen van de aangename dag werd de koning door zijn eigen vrouw onvriendelijk ontvangen. Zij sprak: ‘Wat heb ik nu gezien? Waarom heb je je zo onbeschaamd gedragen terwijl je koning bent? Je hebt je ver beneden je stand gedragen!’ Maar David antwoordde: ’Ik heb het alles gedaan tot eer van de Heere Die mij met voorbijgaan van je vader en zijn huis tot koning verkoren heeft. Ik acht het een grote eer de Heere met de allerminsten van Zijn kinderen te verheerlijken en zou mij zelfs voor Hem nog wel eenvoudiger en nederiger willen gedragen!’
Uit alles bleek dat Michal niets van de ware en geestelijke blijdschap kende die David en het volk van God mochten ondervinden toen de ark, als type van Christus, met gejuich naar Jeruzalem werd opgevoerd. Maar de Heere was de stille Getuige geweest van de onbehoorlijke berisping van Michal en hij strafte haar met kinderloosheid, want we lezen in het laatste vers van 2 Samuël 6: Michal nu, Sauls dochter, had geen kind, tot de dag van haar dood toe.
God Zelf heeft dezen berg (de berg Sion) begeerd
Ter woning, om, aldaar geëerd,
Zijn heerlijkheid te tonen;
De HEER’, Die hem verkozen heeft,
Die trouwe houdt, en eeuwig leeft,
Zal hier ook eeuwig wonen (Ps. 68:8).
(Volgende keer D.V. 21. De belofte van de tempelbouw)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 februari 2025
De Wachter Sions | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 februari 2025
De Wachter Sions | 16 Pagina's