Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het Kijkvenster.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het Kijkvenster.

7 minuten leestijd

Aprilmoppen — Wäiar stammen ü» van af en zöta ze geoorloofd? ­— Loopjes nemen uit den Bijbel — Is droomen altyd bedrog?

Er is geen vuiler vsrapen dan de spot. Spot, die openlijk of bedekt is; sommige lieden hebben er uitstekend slag van iemand bespottelijk voor te stellen of op een verfijnde manier te krenken.

De eerste April is daartoe een bij uitstek geschikte datum, men spreekt daarom van „April­moppeu." Het is'Sinds oude tijden de gewoonte, dat in de maand April vele dwaasheden worden uitgehaald, meest met onnoozele, domme lieden, maar ook de snuggeren moeten er wel eens aan gelooven! En gelukt het zijn naaste op de een of andere manier voor den mal te houden, dan wordt zoo Iemand als een Aprilgek bespot en spotrijmpjes naar het hoofd geslingerd, als:

„Men stuurt op 1 April „Den os, waarheen, men wil." of:

of: ,,Op den eersten A,prll ,,Stuurt men de gekken waarheen men wil."

Komt zoo iemand tot de ontdekking, dat hij is beetgenomen, hij zal zich terecht geërgerd gevoelen. De plaaggeest kan zich er dan afmaken, dat mem eenige zin voor humor moet hebben, maar de flauwe, en soms lage grappen die worden uitgehaald, kunnen onzß bewondering niet hebben.

Bij de Vlamingen noemt men 1 April de „verzenddag," In Engeland wordt hij „All foolsday" (aller narrendag) genoemd. In Amerika zijn Aprilgrappen bijzonder geliefd. In Frankrijk spreekt men van de „Aprilvisch" (poisson d' Avril); de gefopte noemt men naar de grap zelf: poisson d' Avril. Men trekt dan een vergel^k tussehen de domme visch, die zich in een net laat vangen en den Aprll­gek die in de val geloopen Is.

Over den oorsprong der Aprilgrappen zgn vele vermoedens In omloop; sommigen schrijven het toe aan het veranderlijke en bedrieglijke Aprllweer: immers: „April doet wat hij vrtl". Anderen aan den Rijksdag te Augsburg in 1530, toen, teneinde ordening in het muntwezen te brengen, een bijzondere mimtdag op 1 April gezet zou, zijn. Deze eerste April was toen het doel van groote speculaties. De mimtdag was een grap — men lachte de speculanten uit. Sindsdien iou 1 April de groote dag de narren zijn.

De dwaze gebruiken der vastenavondtijden bij de roomschen (men denke aan de dolle carnavalsfeesten) schijnen er ook mede in verband te staan. We komen daarmee op ander terrein. Het lijkt ons dan ook niet zoo onwaar­

Het lijkt ons dan ook niet zoo onwaar­schijnlijk, dat het een herinnering zouzijm aan het terugsturen van den Heere Jezusi van Pilatus naar Herodus en omgekeerd." Mien leze eens Lucas 23 : 11: „En Heródes met zijn krijgslieden. Hem veracht en bespot hebbende, deed Hem een blinkends kleed aan en zond Hem weder tot Pilatus'

Nu weet ik wel dat zij, die Aprilgrappend uithalen, daaraan de gedachte niet zullena hebben. Maar er kan een les in zitten, datï zij, die de christelijke religie zijn toegdaan,, daaraan zéker niet meedoen. Als dat „heen« en weer zenden" van den Christus derx Schriften daarop ziet, dan is een April­grap eigenlijk een infame spot, den Christen onwaardig. Hij toch was onnoozel, onbesmet, afgescheiden van de zondaren, Hij heeft« dien spot en smaad en scfeimp en hoon verdragen — verdragen om Zijn uitverkoren Kerk te zaligen. Hij, Die machtig was om de spotters in een oogwenk van de aarde te verdoen, riep uit zijn dorstige keel om vergiffenis voor zijn vijanden: „Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen."

Ten dezen hebben wij toe te zien, hoe wij voorzichtiglijk wandelen.

Ik herinner mij uit mijn jongere jaren, dat een vriend en ik, den plaatselijken predikant.die op bezoek geweest was. thuisbrachten. Wij namen den predikant in on midden, en schertsend merkte ik op: ,,de deugd in 't midden!,,

,,Weet gij wel, wat ge zegt?,, vroeg de ernstige, bejaarde dominé, „Denk eens na". Hij behoefde geen nadere uitleg te geven: ik dacht er direct aan, dat eens dé Deugd in het midden hing aan het kruis op Golgotha. Sindsdien heb ik de uitdrukking niet meer gebezigd.

Het mag eenigszins ver gezocht zijn, maar wanneer men de wetenschap heeft, dat dergelijke dingen op een heilige gebeurtenis slaan, is het beter, ze na te laten.

Dat is ook zoo, met het nennen van „loopjes" uit den Bijbel. Slagvaardige lieden, die den Bijbel op hun duimpje kennen, hebben wel eens de gewoonte, om bij iedere gelegenheid een tekst in 't midden te schuiven. Dat is niet om „toepasselijk" te zijn, maar om hun gevatheid aan den dag te leggen of ook wel, om de lachlust op te wekken.

De heilige dingen zijn er niet om er loslippig mee om te springen. Ik moet dat dus sterk afkeuren.

Is droomen) altijd bedrog? Ik zou het niet gaarne willen beweren, ofschoon men er zeer voorzichtig mee moet zijn.

Uit de bezigheid van den geest komt de droom voort — «r zijn menschen, die lederen nacht droomen. Het zit hun in het gestel, de droomen zijn meestal verward en onsamenhangende reiflexies van hetgeen uit hun onderbewustzijn opborrelt. Oudtijds openbaarde de Heere zich In ,ge

Oudtijds openbaarde de Heere zich In ,gezichten des nachts, wanneer een diepen slaap op de Heden viel." Nu hebben wij het geopenbaarde Woord Gods dat zeer vast is. Daarnaar moet al ons doen en laten — ook onze gedachten, worden afgemeten. Tenzij het niet is naar dat Woord het zal s^ea dageraad hebben!

Maar aan de andere Itant, wie kan Gods Geest binden?

Jaren geleden vertelde een liberale boer te Dirksland aan zijn arbeiders, dat hij had gedroomd.

— Zoo, zei de arbeider, ik heb ook gedroomd vannacht. Maar vertelt U het eerst maar.

— Ik droomde, zei de boer, dat al mijn kinderen een eigen hofstee met land kregen. En hij had er zeven, dus dat was nog al wat.

— En ik, zei de arbeider, droomde dat de oordeelsdag aangebroken was. De bazuin werd geblazen en het geklank werd gehoord: Staat op gij dooden en komt ten oordeel! Het Gericht Gods zette zich, de Zoon des Menschen verscheen op een blinkenden troon in het witte Licht van Zijn heerlijkheid. Het was „Mahor Missablb" — schrik van rondom — maar ik mocht zonder versclirikking voor den Heere verschijnen en zeggen: „Ziet hier, ik en de kinderen die Gij mij gegeven hebt."

— Ik denk, dat jij dan het beste portie hebt, zei de vrijzinnige boer.

De kinderen van den boer hebben ieder hun stee met land gekregen — zoover is na te gaan, ontvingen de Jtinderen van den arbeider dat deel, dat de mot en de roest niet verderft.

Beide droomen kwamen dus uit. Ds. Ledeboer schreef in zgn boekje: 's­

Ds. Ledeboer schreef in zgn boekje: 's­ Heeren wegen": „Hecht nooit uwe bekeering aan hetgeenl er 's­nachts in droomen U is voorgekomen, gezichten, openbaringen en voorstellingen, als zij U niet tot den Heere drijven, hare vervulling erlangen en U werkzaam maken met de zaak van Hem. Maar maken Zij U werkzaam door 's­Heeren Geest, werken zij iets nuttigs uit voor Uwe ziele, zoekt en verkrijgt gij de zaak, dan kunt gij uit alle dingen leeren, die de

Heere U belieft toe te passen. Eens kwam des nachts in den droom een man tot mij, die mij dezen raad gaf, dat ik onophoudelijk den Heere om twee dingen moet vragen, ten eerste, dat Hij mij Zijn wegen bekend maakte en ten anderen dat Hij mijn hart daartoe bereid maakte. Was dit geen goede raad?" Naar zulke droomen wil ik nog wel eens luisteren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 6 april 1940

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's

Uit het Kijkvenster.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 6 april 1940

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's