Het 55e Bachconcert in de Hervormde kerk te Sommelsdijk

Ditmaal in de Hervormde Kerk te Sommelsdijk. In deze kerk staat sinds 1821 het onvolprezen Meere-orgel, een uitnemende inspiratiebron voor de organist.

Het concert duurt ongeveer een uur en begint om 15.00 uur. De toegang is een gift bij de uitgang.

Het programma ziet er als volgt uit:

1. Concerto in d naar Antonio Vivaldi (BWV 596)

Dit prachtige, beroemde werk is één van de Concerto’s die Bach schreef als bewerking van een vioolconcert van de door hem hoog geachte Venetiaanse priester Antonio Vivaldi. Het werk is op een heel bijzondere manier verbonden met Bachs oudste zoon Wilhelm Friedemann, die het in een tijd van persoonlijke financiële nood onder zijn eigen naam uitgaf.

2. Twee bewerkingen van Pinksterliederen:

“Liebster Jesu, wir sind hier” (BWV 633) uit het Orgelbüchlein: een bewerking met een warme, milde sfeer: de tekstregel “die süssen Himmelslehren” brengt de componist tot het gebruik van “zoete” samenklanken”, prachtig met een Vox Humana als solostem. “Komm, Gott Schöpfer, heiliger Geist” (BWV 667) is één van de Leipziger Choräle: een beknopte tweedelige compositie over de oude en gerespecteerde Pinksterhymne “Veni Creator Spiritus”.

3. Preludium en Fuga in d (BWV 539)

Dit is een wonderlijk stuk: na een kort, zangrijk Preludium volgt een Fuga met een bijzondere ontstaansgeschiedenis: oorspronkelijk is deze gemaakt voor soloviool. Hier bewerkt Bach dus zijn eigen werk! We vinden deze als tweede deel uit de Sonate voor viool solo in g, (BWV 1001). Sprankelend, uiterst levendig en licht…

4. Triosonate V in C (BWV 529) In de eerste helft van de achttiende

In de eerste helft van de achttiende eeuw was het componeren van een triosonate (drie zelfstandige melodieën door elkaar) dè proef of je als componist het vak beheerste. Niemand heeft dit ideaal zó weten te bereiken als Bach in zijn zes triosonates voor orgel.

5. Fuga in c (BWV 575)

Dit is een flitsend werk van de jonge Bach. Het thema, in snelle zestienden, wordt steeds doorbroken door effectvolle pauzes. Opeens komt er een verrassende pedaalinzet, die het begin is van een veel vrijer, virtuoos slotdeel.

6. Het Pinksterlied “Herr Jesu Christ, dich zu uns wend”

Dit klinkt in drie geheel verschillende bewerkingen: het Gemeindechoral (BWV 726) is een fraai voorbeeld van hoe de jonge Bach de gemeentezang begeleidde: gelardeerd met hoogst originele tussenspelen tussen de regels; de Orgelbüchlein-bewerking (BWV 632) is daarentegen heel teder en ingetogen; het trio (BWV 655) uit de Leipziger Choräle is als een vrij triosonatedeel, met aan het eind de melodie in de bas.

In 1721 droeg Bach zijn zes Brandenburgische Konzerte op aan Markgraaf Christian Ludwig van Brandenburg. Allemaal hoogst individuele topstukken: toonbeelden van barokke orkestratiekunst. Max Reger (1873-1916) werkte ze om voor vierhandig orgel of piano, en hij deed dat zó, dat de typische polyfonie zoveel mogelijk in stand bleef. Tijdens het concert hoort u het driedelige Tweede Brandenburgse Concert (BWV 1047). Twee van de vier spelende handen zijn van Auke Kieviet: samenspel van vader en zoon dus. Een passende afsluiting van dit symmetrisch opgebouwde concert!

Paul Kieviet studeerde aan het Rotterdams Conservatorium met de hoofdvakken Orgel, Kerkmuziek en Theorie der Muziek. Sinds 1984 bespeelt hij het Meere-orgel in de Hervormde Kerk te Sommelsdijk en vanaf 1990 van het Leeflang-orgel in de Hervormde Kerk te Middelharnis. Daarnaast is hij docent aan de Muziekschool Goeree-Overflakkee. Ook is hij actief als componist en improvisator. Vorig jaar gaf hij zijn 50e Bachconcert.

Auke Kieviet heeft vanaf zijn vijfde les van zijn vader.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen