Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In Memoriam Ds. A. Vergunst  1926 - 1981

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In Memoriam Ds. A. Vergunst 1926 - 1981

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

In memoriam - ter herinnering aan - ter nagedachtenis van iemand schrijven. Hoe onwezenlijk is dit nu als het gaat over Ds. Arie Vergunst. Onwezenlijk betekent letterlijk: in werkelijkheid niet bestaande. En toch is het werkelijkheid en waarheid, de Heere heeft onze geliefde broeder ingehaald en thuisgebracht in de hemel, om daar eeuwig te rusten van de arbeid: Schrijf, zalig zijn de doden, die in de Heere sterven, van nu aan. Ja, zegt de Geest, opdat zij rusten mogen van hun arbeid; en hun werken volgen met hen. (Openb. 14 : 13). Dit geldt ook van Ds. Vergunst met al zijn activiteiten, zijn begaafdheden, zijn gedrevenheid om bezig te zijn in de dingen van Gods Koninkrijk, ook Ds. Vergunst met zijn feilen en falen waarover hij soms zo hartinnemend kon spreken, zodat de rimpels in de persoonlijke verhouding weer geheel glad gestreken werden.

In memoriam, het moet nog geheel ingeleefd worden. We zien hem nog staan op de preekstoel in het kerkgebouw Rotterdam-Centrum toen hij afscheid preekte, bediend door de Heilige Geest. In de Saambinder van 29 jan. j.l. schreef hij in „Een afscheid": „ Nu ik mag terugzien op een leven in dienst van de gemeenten in ons land zovele jaren en in zo goede gezondheid past ons ootmoedige dank jegens Hem, Die ons daartoe riep en bekrachtigde. Een nieuwe taak roept mij, de Heere geve moed en kracht. Ik heb op woensdag 7 jan. in Rotterdam van het werk aan de Theologische School en van de zendingsdeputaten afscheid mogen nemen. De bede van Mozes uit Psalm 90 gaf mij rijkelijk stof tot overdenking: „Laat - ^ Uw werk aan Uw knechten gezien worden en Uw heerlijkheid over hun kinderen. En de liefelijkheid des Heeren onzes Gods zij over ons: en bevestig Gij het werk onzer handen over ons, ja, het werk onzer handen, bevestig dat". Met deze bede van Mozes leg ik alle mij opgedragen taken in de kring onzer gemeenten in de handen des Heeren."

Ds. Vergunst. We zien hem nog bedrijvig rondlopen toen wij in een kleine kring op Schiphol waren om afscheid van hem te nemen, groetend toen hij met zijn vrouw en kinderen door de douane ging, vol energie en vol plannen om ook in Amerika zijn nieuwe taak te mogen beginnen. Want toen eenmaal de beslissing gevallen was en voor hem de weg des hemels duidelijk was, verlangde hij ernaar om zijn arbeid in Amerika te mogen aanvangen nl. om ook daar studenten op te leiden tot de dienst van Woord en sacramenten, om de ' gemeente van Kalamazoo te dienen met de andere gemeenten in de States en in Canada. Hij heeft daar zijn werk mogen doen, maar korter dan hij zelf en wij allen dachten. Wat zullen wij zeggen? De vragen kunnen zich vermenigvuldigen. Maar de Heere heeft gezegd: Het is genoeg, komt nu in waar de troon van God en van het Lam is en Zijn dienstknechten Hem zullen dienen; waar geen nacht zal zijn, waar geen kaars noch licht der zon van node is, want de Heere God verlicht hen, en zij zullen als koningen heersen in alle eeuwigheid (Openb. 22:3-5).

Het deel van een getrouwe dienstknecht heeft Ds. Vergunst nu mogen ontvangen, omdat al zijn zonden, persoonlijke en ambtszonden, vergeven en gereinigd zijn in het verse en levende bloed van het Lam. Voor hem is sterven eeuwig erven geworden. Hoe diep smartelijk zijn gemis onder ons dan ook wordt gevoeld, in het bijzonder denken wij daarbij aan zijn vrouw en kinderen, zullen wij hem deze eeu-' wige rust en vrede dan misgunnen? Laat ons gebed tot de Koning van de kerk vermenigvuldigd worden opdat Hij andere mannen zal geven die de dienst in Zijn Koninkrijk mogen voortzetten, mannen met genade van hoofd en hart.

In 1926 werd Ds. Vergunst in Leiden geboren in een gezin waar genade en godsvrucht gevonden werden. Hoe dankbaar was hij steeds voor alles wat hij in zijn ouderlijke woning heeft mogen ontvangen. Maar de schriftuurlijkebevindelijke waarheid werd in zijn hart geheiligd onder de prediking van Ds. L. Rijksen, toen predikant in de Geref Gemeente Leiden. De kracht der genade kreeg heerschappij in zijn hart en leven, en de Heere riep hem ook tot de bediening van Woord en sacramenten. Het werd zijn leven het lied van de Koning te zingen met een tong als een pen eens vaardigen schrijvers. De liefde en de schoonheid van. de Koning, maar ook zoals Hij zich verheerlijkt door Zijn bedieningen in de harten van Zijn kinderen. De Erskines hebben een grote stempel gezet op zijn prediking. Hoe bewogen was hij steeds met onbekeerde hoorders, die hij als met tranen wilde bewegen om van koning te veranderen.

Op 20-jarige leeftijd werd hij toegelaten tot de Theologische School te Rotterdam om onder-' wijs van Ds. G. H. Kersten en Dr. C. Steenblok te ontvangen.

Aanvankelijk zou hij uitgezonden worden als legerpredikant naar Indonesië om de jongens van de Geref Gemeenten, die daar waren, bij' te staan en te dienen, maar toen dit om ver-schillende redenen niet kon doorgaan, werd, hij in Ï950 door Ds. L. Rijksen bevestigd in de i Geref Gemeente van Zeist. In 1954 vertrok; hij naar Corsica (U.S.A.), maar hij keerde weer; terug naar Holland in 1957, toen hij het be-1 roep aannam naar Rotterdam-Centrum. Deze ] grote gemeente heeft hij 15 jaar gediend. 1

In deze periode kwam hij tot zijn grote ar-! beidskracht in de Geref Gemeenten en daarl buiten. Vanaf zijn jeugd was hij bij het jeugd- ] werk van onze gemeenten betrokken en steeds ' heeft hij zich daarvoor ook gegeven als er een beroep op hem werd gedaan. Hij schreef in Daniël, maar ook in de Saambinder, waarvan hij niet alleen een hooggewaardeerde medewerker werd, maar ook veel publiceerde. Alles wat bij de Gereformeerde Gemeenten behoorde had zijn aandacht en belangstelling, en daarvoor wilde hij zich inzetten met al zijn gaven en grote werkkracht. In vele deputaatschappen kreeg hij zitting, maar vooral als

zendingsdeputaat verzette hij als secretaris zeer veel werk. Hij zei het wel eens: De mensen behoeven mij niet te prijzen, maar ze moesten eens weten hoeveel tijd ik daarvoor moet vrijmaken. Ook als deputaat deed hij visitatiebezoeken in de zendingsgebieden. Bij dit alles preekte hij nog in de week en deed zijn pastorale arbeid in de grote stadsgemeente van Rotterdam. En temidden van al zijn bedrijvigheid en gedrevenheid voor de kring der gemeenten die hem lief waren was hij ook bezig in de kring van het onderwijs. Vele jaren was hij bestuurslid en een korte tijd voorzitter van de Vereniging voor Geref. Onderwijs; was hij voorzitter van de Scholengemeenschap Guido de Brés in Rotterdam, verder hoofdbestuurslid van de Staatkundig Geref. Partij en voorzitter van de Raad van Toezicht van de Stichting Reformatorische Publicatie.

En of dit alles nog niet genoeg was, in deze Rotterdamse tijd deed hij examen oude talen en ging hij theologie studeren aan de Universiteit te Utrecht en legde in vrij korte tijd zijn doctoraal examen af

Inmiddels was hij in 1968 benoemd als docent aan de Theol. School te Rotterdam en gaf hij les in de vakken Oude Testament, kerkgeschiedenis en bijzonder in de geschiedenis van de Nadere Reformatie, zijn hoofdvak voor het doctoraal examen en zijn grote liefde.

Zo werden wij op bijzondere wijze bij elkaar gebracht. Aanvankelijk, wat onze persoonlijke verhouding betreft, nog in het stadium van verkenning. Vanwege een leeftijdsverschil van ruim 10 jaar, grote karakterverschillen, beide met een andere kerkelijke achtergrond als afkomst, deed ons dit ons zeer voorzichtig beginnen, maar we leerden elkaar kennen, waarderen en liefhebben, en zo ontstond een band die steeds nauwer werd. We konden elkaar „de waarheid zeggen", wilden door elkaar gecorrigeerd worden en van elkaar ook leren, maar elkaar ook helpen-waar dit nodig was. Zo zal ik aan mijn vriend en mededocent blijven denken als een goede tijd waarin we samen mochten dienstbaar zijn voor de opleiding van de studenten. Het één zijn in de liefde voor de leer der Reformatie en de Nadere Reformatie gaf een zeer nauwe band. Ds. Arie Vergunst was een wereld op zichzelf

Ds. Arie Vergunst was een wereld op zichzelf Wat reeds geschreven is over de onstuimigheid van Ds. Vergunst is juist. Maar wat kon Ds. Vergunst ook bij tijden eerlijk en klein zijn voor God en mensen. Door zijn gesproken en geschreven preken had hij een plaats in de harten van Gods kinderen en bij de eenvoudigen in den lande; en op de Generale Synode werd hij vijfmaal tot praeses gekozen (1962, 1968, 1971, 1974, 1977) en voorzal zijn slotwoorden die hij dan sprak maakten indruk en getuigden van dankbaarheid aan de Heere en van zijn grote liefde voor onze gemeenten. Hij had het talent ontvangen om zaken die vastgelopen waren, weer op gang te brengen; en de ene keer ging dat meer elegant dan de andere. Zeer snel Icon hij formuleren, ook over zaken die niet zo gemakkelijk waren. Als anderen er nog over dachten, stond het voor hem reeds op papier. In de laatste jaren van zijn verblijf in de gemeente van Veen (1972-1981) kwam in de persoonlijke gesprekken steeds meer naar voren zijn betrokkenheid op de Amerikaanse gemeenten. Lang tevoren zei hij het eens: Ik ben bang daarheen nog eens terug te moeten, om daar nog arbeid te moeten doen. Maar toen wij vorig jaar samen op de Generale Synode in Grand Rapids waren, en het Curatorium voor de opleiding van de predikanten hem verzocht naar Amerika te komen om de opleiding op zich te nemen, wilde hij dat ik bij dit gesprek aanwezig zou zijn, als getuige dat hij zelf deze zaak niet had opgeworpen. Door het beroep dat hij daarna van de gemeente Kalamazoo ontving, zag hij zijn nieuwe taak bevestigd. Wij willen nu als Gereformeerde Gemeenten in dankbaarheid gedenken wat de Heere in Ds. Vergunst vele jaren ons heeft gegeven. Vele ta- -ken die hij heeft waargenomen zijn nu weer door anderen overgenomen. Ook al neemt de Heere Zijn dienstknechten weg, de Koning blijft Die beloofd heeft: Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. (Matth. 28 : 20). Dit geldt ook voor de gemeente van Kalamazoo die een korte tijd Ds. Vergunst mocht bezitten. In het bijzonder geldt dit ook wat betreft de opleiding der studenten in Amerika. De Heere moge ook daar Zijn hulp en bij­ stand schenken en Zijn wonderdaden heerlijk maken.

De Heere moge Zelf mevrouw Vergunst en de kinderen sterken en vertroosten in dit zeer smartelijk verlies. Moge hen de troost en kracht gegeven worden van de getrouwe Zaligmaker Jezus Christus, waarover hun man en vader zovele jaren heeft mogen preken, en waaruit hij zelf zo menigmaal in donkere dagen en in moeilijke tijden zijn troost en sterkte heeft mogen ontvangen.

deG.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 december 1981

De Saambinder | 8 Pagina's

In Memoriam Ds. A. Vergunst  1926 - 1981

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 december 1981

De Saambinder | 8 Pagina's