Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onderwijs van de Borg op weg naar het kruis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onderwijs van de Borg op weg naar het kruis

5 minuten leestijd

Op de weg naar Jeruzalem geeft Jezus verdiepend onderwijs aan Zijn discipelen aangaande Zijn lijden en sterven.

De Borg tekent nauwkeurig de gang van Zijn vernedering: het Sanhedrin zal Hem veroordelen; Hij zal overgeleverd worden aan de Romeinen; Hij zal gegeseld, bespot, bespuwd en gekruisigd worden.

Hoe hebben de discipelen dit onderwijs ontvangen? Lukas beschrijft het zo heel eerlijk: ‘En zij verstonden geen van deze dingen’ (Luk. 18:34).

Het pijnlijke bewijs blijkt wanneer Jezus een verzoek ontvangt om te mogen heersen.

Via hun moeder vragen Jakobus en Johannes aan Christus om hun de belangrijkste en meest eervolle plaatsen te geven in Zijn Koninkrijk. Wat is toch een mens, ook ná ontvangen genade! Jezus heeft zojuist op de weg naar Jeruzalem gesproken van de gang van Zijn vernedering, maar zij kunnen alleen maar denken aan hun verhoging. Wat een beschamende les: in het hart van Gods kinderen kan waar geloof en onkunde, ja zelfs dwaling, tegelijkertijd aanwezig zijn. Dát er waar zaligmakend geloof in hun hart was, is buiten twijfel. Jezus heeft er Zelf van getuigd: vlees en bloed heeft u dat niet geopenbaard, maar Mijn Vader, Die in de hemelen is (Matth. 16:17). Maar tegelijkertijd was de kruisgang van de Borg, en de kruisgang van Zijn volgelingen voor hen zo verborgen, en, ten diepste, een aanstoot.

Wat is ontdekkend licht toch nodig. Is het ons gebed ‘Beproef m’, en zie of mijn gemoed iets kwaads, iets onbehoorlijks voedt?’ Omdat we steeds meer zijn gaan inleven hoe nodig het is om gereinigd te worden van onzuivere gedachten en begeerten?

Dwaze leerlingen

‘Gij weet niet wat gij begeert.’ Wat een geduld heeft Christus moeten hebben met Zijn discipelen! Het zijn niet de beste leerlingen die op Christus’ school zitten. Van zichzelf zijn het maar dwazen. Zó gaan ze zichzelf ook leren kennen. Dan wordt het een steeds groter wonder dat de Heere hen nog niet moe is geworden. Dan wordt Zijn trouw over een dwaas volk zo onbegrijpelijk.

‘Kunt gij den drinkbeker drinken, dien Ik drinken zal, en met den doop gedoopt worden waarmede Ik gedoopt word?’ Opmerkelijk antwoord van Christus. Niet zozeer door wat Hij zegt, maar door wat Hij niet zegt. Hij ontkent niet dat zij verhoogd zullen worden. Dat heeft Hij hen eerder zelfs uitdrukkelijk geleerd: ‘… wanneer de Zoon des mensen zal gezeten zijn op den troon Zijner heerlijkheid, dat gij ook zult zitten op twaalf tronen, oordelende de twaalf geslachten Israëls’. Christus zal verheerlijkt worden, en Zijn discipelen óók. Maar, daar gaat wat aan vooráf. De discipelen zochten een verhoging, maar dachten te aards. En, ze zagen niet de weg die aan de verhoging voorafgaat, die ernaartoe leidt! Dáár gaat Christus hen nu bij bepalen. Aan de verhoging gaat een weg van lijden en sterven vooraf.

‘Kunt gij den drinkbeker drinken, dien Ik drinken zal, en met den doop gedoopt worden waarmede Ik gedoopt word?’ Zoals aan Mijn verhoging een kruisweg voorafgaat, zo zal aan uw verhoging ook een kruisweg vooraf moeten gaan. Beseft u dat? Kunt u deze weg gaan? Christus stelt ook ons deze vraag. Geliefde lezer, hoe staat u tegenover een kruisweg om Zijnentwil?

Zondige eerzucht

‘Wij kunnen’, zo luidt hun antwoord. In hun verzoek aan Christus komt een zondige eerzucht openbaar, en in hun antwoord komt een zondige hoogmoed openbaar. Iemand zei eens van een kind des Heeren: ‘Hij is een ruwe diamant. Er moet nog veel van afgeslepen worden’. Door de slijptol van beproevingen en lijden moet onze eerzucht en hoogmoed meer en meer worden weggeslepen. Opdat Gods genade gaat schitteren in ware zielsverootmoediging. De andere tien discipelen horen wat die twee broers van de Heere begeren en ze worden er ontzettend boos over. Ze zijn dus even eerzuchtig. En op de akker van de eerzucht tiert het giftige onkruid van de afgunst welig. Kinderen des Heeren die afgunstig op elkaar zijn. Wat verdrietig. Van henzelf is niets goeds te verwachten. Hebt u dat ook al geleerd? Wat een wonder dat hun Meester het niet opgeeft, maar hen blijft onderwijzen. ‘En zo wie onder u zal willen de eerste zijn, die zij uw dienstknecht. Gelijk de Zoon des mensen niet is gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en Zijn ziel te geven tot een rantsoen voor velen’.

Ziet u dat woordje ‘gelijk’ in de tekst? Christus wil hen leren: ‘U moet uit Mij bediend worden’. In de koninkrijken van de wereld ben je groot als je heerschappij uitoefent over anderen, als je boven anderen staat. Lezer, u kunt dagelijks in het nieuws vernemen hoe dát in de wereld eraan toegaat. Maar Christus leert Zijn discipelen: in Gods Koninkrijk ben je groot als je dient, vanuit de borgtochtelijke bediening van Christus.

De kruisweg gegaan

De Zoon van God is van de Vader in de wereld gezonden. Pracht en praal heeft Hij niet gezocht. Hij heeft Zich vernederd. Hij is gekomen om Zijn ziel, Zijn leven, te geven tot een losprijs voor velen. Dat is de grootste daad van dienen. Hij is de kruisweg gegaan om de geschonden deugden van Zijn Vader te herstellen. Christus is te Zijner tijd voor de goddelozen gestorven. Voor eerzuchtigen, voor hoogmoedigen, voor afgunstigen. Voor vijanden.

Geliefde lezer, is Christus zo al noodzakelijk en dierbaar voor u geworden? Hebt u al leren buigen in het stof van de verootmoediging voor God vanwege uw schuld voor Hem? Daar valt de kroon van ons hoofd. Op dat plekje wordt de hoogmoed gebroken en het hart verbroken. Daar wordt de verdienste benodigd en begeerd van de Zoon des mensen Die gekomen is om te dienen en Zijn ziel te geven tot een rantsoen voor velen.


Gelijk de Zoon des mensen niet is gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en Zijn ziel te geven tot een rantsoen voor velen.

Mattheus 20:28

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 maart 2025

De Saambinder | 24 Pagina's

Onderwijs van de Borg op weg naar het kruis

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 maart 2025

De Saambinder | 24 Pagina's