Gaan evolutie en Evangelie samen?
Ds. G.H. Kersten wees in zijn dogmatiek de evolutietheorie af als ‘in grond en wezen een heidense theorie’. Vandaag de dag menen velen dat de evolutietheorie met het Evangelie te verenigen is. Meestal wordt deze visie ‘theïstische evolutie’ genoemd. Hoe hiermee om te gaan?
De discussie over de evolutietheorie is moeilijk en complex. Voor de meeste kerkgangers en ambtsdragers geldt dat ze onvoldoende geschoold zijn om de technische kant hiervan te bespreken. Dit geldt tot op zekere hoogte ook voor wetenschappers. Wie overziet nog alle natuurkundige, scheikundige, biologische en geologische processen en hun gevolgen? Tegelijk groeit de aandacht voor het thema ook binnen onze kerken. Dit betekent dat in de nabije toekomst van steeds meer opvoeders, ambtsdragers en docenten een standpunt gevraagd zal worden. Hoe kun je hier een Bijbels standpunt innemen zonder je bezig te hoeven houden met allerlei ingewikkelde details? Belangrijk is om te zien wat de Zaligmaker over de schepping heeft gezegd. Jezus is de beste uitlegger van het Oude Verbond, zei de bekeerde Jood Philippus van Ronkel (1829-1890) eens. En de hervormde theoloog ds. G. Boer (1913-1973) wees erop dat we Genesis 1 niet alleen bij het licht van Genesis 1 hoeven lezen, maar ook mogen lezen in het licht van de gehele Schrift. Laten we daarom zien hoe de Heere Jezus Genesis 1-3 uitlegt.
Echtscheiding
In Mattheüs en Markus vinden we een uitspraak van Jezus over echtschei ding waarin Hij Zich ook spreekt over de schepping. Het onderwerp huwelijk en echtscheiding moet hier vanzelf blijven liggen. We leggen de nadruk in deze passage nu op wat er gezegd wordt over de uitleg van Genesis 1-3.
Enkele farizeeën vragen: ‘Is het een mens geoorloofd zijn vrouw te verlaten om allerlei oorzaak?’ (Matth. 19:3). Het antwoord van de Zaligmaker is: ‘Hebt gij niet gelezen, Die van den beginne den mens gemaakt heeft, dat Hij hen gemaakt heeft man en vrouw? En gezegd heeft: Daarom zal een mens vader en moeder verlaten en zal zijn vrouw aanhangen, en die twee zullen tot één vlees zijn?’ (Matth. 19:4-5).
Jezus’ uitleg van Genesis 1-3
Een aantal zaken vallen in deze woorden van de Zaligmaker op. Als eerste: ‘Hebt gij niet gelezen?’ Deze uitdrukking komt nog vijf keer voor in Mattheüs en verwijst steeds naar een citaat of uitleg van het Oude Testament (Matth. 12:3,5; 21:16,42; 22:31). Jezus verwijst hier dus naar het Oude Testament en geeft een uitleg van Genesis 1-3.
Als tweede wordt gezegd: ‘Die van den beginne’. Dit is een verwijzing naar Genesis 1:1: ‘In den beginne’. Het woord ‘begin’ krijgt in het antwoord van Jezus groot gewicht. Hiermee verwijst Hij terug naar Gods scheppingsinstelling. Het ‘begin’ is een contrast met de latere uitspraak van Mozes (Matth. 19:7-8, zie Deut. 24:1) over het geven van een scheidbrief.
Als derde zegt de Zaligmaker: ‘Dat Hij hen gemaakt heeft man en vrouw’. De woorden verwijzen naar Genesis 1:27, waar de schepping van man en vrouw genoemd wordt. Dus, als we deze drie punten samennemen, zegt Jezus dat de schepping van de mens heeft plaatsgevonden in het begin. Dit wordt bevestigd door de weergave in Markus: ‘Maar van het begin der schepping heeft God hen man en vrouw gemaakt’ (Mark. 10:6).
Als vierde valt op dat de Zaligmaker in één adem ook een omschrijvende weergave geeft van Genesis 2:24. De schepping van man en vrouw en de instelling van het huwelijk horen bij elkaar. Het gaat over dezelfde mensen tijdens hetzelfde begin. In vers 8 wordt dit nog eens bevestigd met de woorden: ‘Maar van den beginne is het alzo niet geweest’. Als vijfde, het contrast tussen ‘van den beginne’ en ‘de hardigheid uwer harten’ (Matth. 19:8) is een verwijzing naar de zondeval uit Genesis 3. Tussen het goede begin en de toelating van de scheidbrief door Mozes om de zonde te reguleren, ligt de zondeval.
Jezus en de schepping
Wat zegt dit nu over evolutie? Het gaat hier toch over het huwelijk? Dat is waar, maar de lijn die de Heere Jezus in de uitleg trekt, laat meer zien. Doordat de Zaligmaker het begin (Gen. 1:1) verbindt met de schepping van man en vrouw (Gen. 1:27) en de instelling van het huwelijk bij Adam en Eva (Gen. 2:24), betekent dit dat deze gebeurtenissen qua tijd aan elkaar verbonden zijn.
In de uitleg van de Zaligmaker is er geen ruimte voor een tijdsperiode van enkele miljarden jaren tussen de schepping uit het niets in Genesis 1:1 en de schepping van de mens in Genesis 1:27. Ook is er in de uitleg van Jezus geen ruimte om Adam en Eva te onderscheiden van de eerste mensen die volgens Genesis 1:27 geschapen zijn.
De evolutietheorie leert dat de mens een relatieve laatkomer is op aarde – pas na miljarden jaren verschenen. Maar Jezus leert dat de mens in het begin geschapen is. Als het Koningschap van Christus nog iets betekent in de kerk, dan toch wel dit: dat we Zijn machthebbend spreken als Profeet zonder enig tegenspreken aanvaarden.
Onfeilbaar gezag
Discussies over evolutietheorie zijn moeilijk. Maar in de uitleg van de Zaligmaker hebben we vaste grond onder de voeten. In de kerk dient het gesprek dan ook bij Zijn woorden te beginnen. In zo’n gesprek wordt dan duidelijk dat vasthouden aan het onfeilbare gezag van de Zaligmaker botst met de aanvaarding van een evolutionaire tijdschaal. Dan kan er gewezen worden op gehoorzaamheid aan Hem, door Wie alle dingen zijn (Joh. 1:3) en Die alle dingen draagt door het woord van Zijn kracht (Hebr. 1:3).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 april 2025
De Saambinder | 24 Pagina's