Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

4. Een stem van vreugde en een stem van geween

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

4. Een stem van vreugde en een stem van geween

Het boek Ezra

5 minuten leestijd

Na een vermoeiende reis van 1400 km., die ruim 3½ maand duurde en lopend werd afgelegd, kwamen de teruggekeerde ballingen in hun land Israël aan. Wie zal kunnen zeggen wat er in het hart van die mensen omging. De nakomelingen van het tweestammenrijk waren zeventig jaar in den vreemde geweest, maar die van het tienstammenrijk ongeveer twee eeuwen. Zij keerden voornamelijk terug naar de plaatsen waar hun voorgeslacht vroeger had gewoond. Maar het duurde niet lang of ze verlieten weer voor korte tijd hun woonplaatsen om naar het oude Jeruzalem te gaan.

We lezen in Ezra 3:1: Toen nu de zevende maand aankwam en de kinderen Israëls in de steden waren, verzamelde zich het volk als een enig man te Jeruzalem. De zevende maand was de maand Tisri die gedeeltelijk in onze maanden september en oktober valt. Die maand was voor de Israëlieten heel belangrijk. Op de eerste dag was er het ’feest des geklanks’. Dan werd er geweend over de zonden en moest het volk zich voorbereiden op de grote Verzoendag, die op de tiende dag van die maand plaatsvond. Die verzoendag was een dag van niet alleen treuren over de zonden, maar ook van blijdschap over de verzoening door middel van het offerbloed.

Daarna brak er op de vijftiende dag een feest van zeven dagen aan. Dat was het Loofhuttenfeest waarin de Heere erkend werd voor het feit dat Hij veertig jaar voor Zijn volk in de woestijn gezorgd had. Veertig jaar hadden de Israëlieten in hutten gewoond en had de Heere manna uit de hemel gegeven en hen verder beschermd tegen allerlei gevaren (vijanden, gevaarlijke slangen, zandstormen, enz.). De gedenkdagen van de zevende maand wezen dus op de ellende (eerste dag), op de verlossing (de tiende dag) en op de dankbaarheid (het Loofhuttenfeest).

Juist in die belangrijke zevende maand kwamen de ballingen gezamenlijk naar Jeruzalem. Er waren nog maar enige maanden verlopen dat ze in hun woonplaatsen waren aangekomen. Er was volop werk in en om hun huizen te doen. Maar dat alles lieten ze even in de steek om als een enig man naar Jeruzalem te komen (vers 1). Wat moesten ze in die oude stad zoeken? De prachtige tempel van Salomo was in het jaar 586 vóór Christus in vlammen opgegaan en al het heilige gereedschap was weggevoerd naar Babel. Er was geen plaats meer om de eens zo heilige feesten van de zevende maand te kunnen vieren. Alleen de fundamenten van het eens zo prachtige Godshuis waren nog over, maar dat was dan ook alles. En toch kwamen ze eensgezind naar Jeruzalem om onder leiding van Zerubbábel en priester Jozua met de andere priesters het brandofferaltaar op te richten en daarop te gaan offeren.

Ondanks de moeilijke omstandigheden waarin de pas teruggekeerde ballingen zich bevonden, leefde het in hun hart: Ik zal het brandaltaar doen roken, Van ’t edelst’ vee uit kooi en stal (Ps. 66:7). Dat brandofferaltaar wees op hun bedreven zonden én op de vergeving door het geslachte lam. Het was een heenwijzing naar de beloofde Heere Jezus. Eenvoudig werd op die manier naar de eerste dag (het feest des geklanks) en de zevende dag (de grote Verzoendag) verwezen.

Het was te prijzen in die mensen dat zij de geestelijke werkzaamheden – het bezig zijn in dienst van de Heere – hoger achtten dan hun natuurlijke werkzaamheden rond hun eigen woningen en landerijen. Temeer was het prijzenswaardig wat zij deden, omdat ze verkeerden te midden van de gevaren van omringende vijandige volkeren. Ze verrichtten het geestelijke werk met verschrikking die over hen was vanwege de volken der landen, lezen we in vers 3. Ondanks al die zwarigheden en gevaren offerden zij brandoffers dag bij dag (vers 4). En daar bleef het niet bij, want ze hielden ook, zoals dat voorheen op de vijftiende tot de tweeëntwintigste dag van de zevende maand was gebeurd, het Loofhuttenfeest. Zoveel het mogelijk was probeerden zij de feesten van de zevende maand aan te houden.

Maar ondanks alles was er toch één groot gemis: de tempel ontbrak! Daarom werd in de tweede maand van het tweede jaar na hun aankomst overgegaan tot het leggen van het fundament en werden er houthouwers en steenhouwers aangesteld en allerlei voorbereidingen getroffen voor de tempelbouw. Sidoniërs en Tyriërs zorgden voor cederhout van de Libanon in ruil voor spijs en drank, en de Levieten van twintig jaar oud en daarboven werden tot opzichters aangesteld.

Toen het fundament gelegd was, werd ter gelegenheid hiervan de Heere geloofd naar de instelling van David. De priesters met de trompetten, de Levieten met de cimbalen en het volk met hun stemmen loofden en dankten de Heere. ’Zij zongen die eeuwige hymne, die nooit verandert en voor welke ons hart en onze mond altijd gestemd moeten zijn: God is goed, Zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid,’ zegt M. Henry in zijn Bijbelverklaring. Maar zij die de oude tempel van Salomo nog hadden gekend weenden, zodat het volk niet onderkende (onderscheidde) de stem van het gejuich der vreugde, van de stem des geweens van het volk; want het volk juichte met groot gejuich, dat de stem tot van verre gehoord werd (Ezra 3:13).

(Volgende keer D.V. 5. Moeilijkheden tijdens de bouw)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 2020

De Wachter Sions | 12 Pagina's

4. Een stem van vreugde en een stem van geween

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 2020

De Wachter Sions | 12 Pagina's