Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jozua, de knecht des Heeren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jozua, de knecht des Heeren

15. Het bedrog van de Gibeonieten

4 minuten leestijd

Nauwelijks had het volk van Israël het verbond met de Heere vernieuwd bij de bergen Ebal en Gerezim of de Kanaänieten kwamen in actie. Ze hadden gehoord dat Jericho en Ai in handen van Israël waren gevallen en ze begrepen heel goed dat ook de andere steden zouden worden aangevallen. Bovendien was gebleken dat de Israëlieten door hun aanvankelijke nederlaag bij Ai niet onoverwinnelijk waren! Vandaar dat de koningen van de Kanaänieten zich verenigden om tegen Jozua en Israël te strijden. Maar één volk deed daar niet aan mee en dat was het volk van de Gibeonieten. Op de een of andere manier beseften ze maar al te goed dat ze het onderspit van Israël zouden moeten delven en daarom sloten zij zich niet bij de vijf opstandige koningen aan, maar probeerden door middel van een list een vredeverbond met Israël te sluiten. Hoe handelden zij?

Een aantal van hen trok oude en versleten kleren en schoenen aan, deed beschimmeld brood in versleten zadeltassen en nam verdroogde wijnzakken met zich mee. Op die manier leken ze op armoedige mensen die een grote reis achter de rug hadden. Zo vertrokken zij naar Jozua die zich in de plaats Gilgal bevond. We moeten dit Gilgal dat bij Sichem lag, onderscheiden van het Gilgal dat in de buurt van Jericho lag en waar destijds de besnijdenis had plaatsgevonden.

Als armoedige en vermoeide mensen kwamen zij bij Jozua aan en ze spraken tot hem: Wij zijn gekomen uit verre landen, zo maakt nu een verbond met ons (Jozua 9:6). Maar de mannen Israëls (vers 7), dat waren de oversten en leidinggevenden, vertrouwden het zaakje niet helemaal. Zij ondervroegen hen en zeiden: ‘Misschien behoort u tot één van de Kanaänitische volkeren die we in opdracht van de Heere moeten uitroeien! Daarom mogen en kunnen we zomaar geen verbond met u sluiten. Vertel eens wie u bent en waar u woont?’ Inderdaad behoorden de Gibeonieten tot het volk van de Hevieten, één van de Kanaänitische volkeren die moesten worden uitgeroeid.

De Gibeonieten waren op zo’n vraag voorbereid en hadden daarom meteen hun antwoord klaar. Zij antwoordden: Uw knechten zijn uit zeer verre landen gekomen om de Naam des HEEREN uws Gods; want wij hebben Zijn gerucht gehoord en alles wat Hij in Egypte gedaan heeft (vers 9). Verder spraken zij: ‘Wij hebben gehoord welke wonderen de Heere, uw God, voor u gedaan heeft. Hoe Hij u niet alleen uit Egypte heeft geleid, maar hoe u ook de twee koningen in het Overjordaanse hebt verslagen. Daarom hebben onze oversten ons naar u gestuurd om een verbond met u te maken. Ons brood was nog warm toen we van huis gingen en zie, nu is het droog en beschimmeld (vers 12).

En deze wijnzakken waren nieuw en zie, zij zijn gescheurd en onze klederen en schoenen zijn oud geworden vanwege de zeer lange reis (vers 13). We merken dat de Gibeonieten erg slim en sluw te werk gingen. In de eerste plaats namen zij de naam van de Heere in hun mond om via een godsdienstig praatje Jozua en zijn mannen om de tuin te leiden. Maar in de tweede plaats repten ze met geen woord over de veroveringen van Jericho en Ai. Als ze dát hadden gedaan, hadden ze zichzelf verraden dat ze uit die omgeving kwamen en dus ronduit logen.

Na dit verhaal onderzochten de hoofden van Israël het beschimmelde brood en daarbij lieten ze het. Maar één heel belangrijk iets vergaten Jozua en de oversten, want we lezen in vers 14: En zij vraagden het de mond des HEEREN niet. Via de hogepriester hadden zij door middel van de Urim en Thummim het geval aan de Heere moeten voorleggen en dan was hun bedrog zeker uitgekomen! Dát verzuimden zij en daarom sloten zij een verbond met hen en de oversten der vergadering zwoeren hun (vers 15). Er werd dus in de Naam van de Heere een eed afgelegd dat Jozua hen bij het leven behouden zou (vers 15).

Drie dagen later kwam hun bedrog aan het daglicht. Toen een gedeelte van de Israëlieten verder trok en de vier steden van de Gibeonieten bereikten om die plaatsen te veroveren, hielden de Gibeonieten hen het gesloten verbond voor, zelfs bevestigd met een eed. De oversten wilden en konden hen daarom geen kwaad doen. Toen de andere Israëlieten hoorden dat de Gibeonieten gespaard bleven, werden ze boos en opstandig. Mogelijk dachten ze, zoals wel meer mensen denken, dat een toezegging door list en bedrog verkregen, niet hoeft nageleefd te worden. Maar Jozua en de oversten dachten er anders over en spraken: Wij hebben hun gezworen bij de HEERE, de God Israëls; daarom kunnen wij hen niet aantasten (vers 19).

De Naam van de Heere zou gesmaad worden onder de heidenen als ze de gezworen eed zouden verbreken. En zij hadden gelijk! Dat bleek duidelijk toen jaren later koning Saul zich van de eed aan de Gibeonieten gedaan, niets aantrok en de Heere het volk toen strafte met een driejarige hongersnood, terwijl zijn zeven zonen werden gedood (2 Sam. 21).

De Gibeonieten mochten blijven leven, maar zij kregen wel voor altijd een zwaar werk opgedragen, want zij werden aangesteld tot houthouwers en waterputters der vergadering, en dat tot het altaar des HEEREN, tot deze dag toe, aan de plaats die Hij verkiezen zou (Joz. 9:27).

Wiens oog verworpenen veracht,

Maar hen eerbiedigt, die God vrezen;

Die zich voor roek’loos zweren wacht,

Doch ’t geen hij zweert, getrouw betracht,

Al zou ’t hem ook tot schade wezen (Ps. 15:4).

(Volgende keer D.V. 16. Zon, sta stil te Gibeon)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juni 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Jozua, de knecht des Heeren

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juni 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's