Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

17. De strijd tussen David en Isbóseth

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

17. De strijd tussen David en Isbóseth

David, de man naar Gods hart

5 minuten leestijd

Kort nadat David gezalfd was tot koning over Juda werd hij eraan herinnerd dat de mannen van Jabes in Gilead het lichaam van koning Saul hadden begraven. Meteen stuurde David boden naar Jabes en wenste hen Gods weldadigheid en trouw toe voor de edele daad. Ook David beloofde het goede voor hen te zoeken omdat ze zo’n voortreffelijke daad gedaan hadden, temeer, zo sprak hij, omdat het huis van Juda mij tot koning heeft gezalfd.

Hij wilde met die woorden in de middellijke weg de harten voor hem zien te winnen, zodat ook zij hem als koning zouden begeren. Want inmiddels was er een tweede koning gekomen! Abner, de krijgsoverste van Saul, had Isbóseth, de enige overgebleven zoon van Saul, tot koning in Mahanáïm gemaakt. Mahanáïm lag in het Overjordaanse en niet ver van de plaats Jabes.

Mogelijk had Abner vernomen dat de mannen van Jabes zo’n loffelijk getuigenis van David hadden gekregen en dat hij hen tevens had meegedeeld dat hij over Juda koning was geworden. Juist daarom had Abner Isbóseth in het naburige Mahanáïm tot koning laten uitroepen om zo mogelijk Davids invloed te beperken. We lezen in de verzen 8 en 9 van 2 Samuël 2 dat Abner Isbóseth nam en hem ten koning maakte over Gilead (Jabes lag in die stam) en over de Aschurieten (de stam van Aser) en over Jizreël, en over Efraïm en over Benjamin en over gans Israël (behalve Juda).

Er waren dus twee koningen gekomen: koning David over Juda en koning Isbóseth over Israël. Laatstgenoemde probeerde, vooral onder invloed van zijn krijgsoverste Abner, de macht over heel Israël in handen te krijgen. Daarom trok Abner op zekere dag richting Juda en legerde zich bij de vijver van Gíbeon. Ook Davids krijgsoverste Joab had zich naar die vijver begeven en de twee vijandelijke troepen lagen tegenover elkaar, gereed om met elkaar te gaan strijden.

Voordat de strijd begon, stelde Abner voor om twaalf soldaten van hem te laten vechten met twaalf soldaten van Joab om te zien wie van de twee groepen als sterkste uit de bus zou komen. Joab vond het goed en in korte tijd werd het gevecht begonnen, maar er was geen winnaar, want alle vierentwintig soldaten vonden tijdens het tweegevecht de dood. Daarna brak er een burgeroorlog uit tussen het leger van Joab en van Abner. Abner werd verslagen en de krijgsoverste probeerde zich door een vlucht te redden. Maar een broer van Joab, Asahel, zat hem op de hielen en omdat hij snel kon lopen, haalde hij Abner in met de bedoeling hem te doden.

Abner zag Asahel naderen en raadde hem aan weg te gaan, omdat hij hem anders zou doden en dat zou hij heel erg vinden, temeer omdat hij een broer van Davids krijgsoverste Joab was. Maar Asahel weigerde te luisteren en wilde blijkbaar de eer hebben om Isbóseths krijgsoverste het leven te benemen. Maar het liep anders dan hij gedacht had, want hij werd onverwachts door Abner gedood. Velen uit het leger van Joab bleven bij zijn dode lichaam staan, maar Joab en zijn broer jaagden Abner na.

Op een gegeven moment had hij zich met een aantal soldaten op een heuvel verzameld, terwijl het leger van Joab gereed stond om aan te vallen. Toen riep Abner tot Joab: ‘Hoe lang gaat u nog door met deze burgeroorlog? Zijn er al niet genoeg doden gevallen? Laten we een wapenstilstand sluiten!’ Daarop blies Joab op de bazuin om de achtervolging te staken en keerde, na eerst zijn broer Asahel te Bethlehem begraven te hebben, weer naar Hebron terug. Ook Abner en zijn mannen keerden naar Mahanáïm terug. Het leger van Joab had slechts negentien soldaten verloren, maar Abner verloor daarentegen driehonderd en zestig mannen.

Helaas werd de burgeroorlog hierna nog vijf jaar voortgezet. Gedurende die oorlog werd ‘het huis van David’ steeds sterker en ‘het huis van Saul’ steeds zwakker. In die tijd had Abner, de krijgsoverste van Isbóseth, geen zuivere relatie met Sauls bijwijf Rizpa en daarom ontstond bij koning Isbóseth het vermoeden dat zijn krijgsoverste hem op zekere dag weleens van de troon zou kunnen stoten om zelf koning te worden. Vandaar dat koning Isbóseth hem met een zeker wantrouwen vroeg waarom hij zo’n onwettige verhouding met Sauls vrouw Rizpa had aangeknoopt. Wat werd Abner kwaad toen de koning hem die vraag stelde! Verontwaardigd antwoordde hij: ‘Waarvan verdenkt u me wel? Denkt u dat ik zo’n schandelijke daad zou doen? Nu u dat van mij denkt, ga ik me voortaan voor koning David inzetten, overbrengende het koninkrijk van het huis van Saul en oprichtende de stoel van David over Israël en Juda, van Dan tot Berséba toe (2 Sam. 3:10). Koning Isbóseth hield toen maar gauw zijn mond, want hij besefte maar al te goed dat Abner een man van gezag en aanzien was.

Maar het kwaad was al geschied, want Abner nam contact op met koning David en sprak: ‘Ik zal ervoor zorgen dat u koning over heel Israël zult worden.’ Koning David ging hiermee akkoord op voorwaarde dat hij zijn eerste huisvrouw Michal, die koning Saul hem destijds had afgenomen en aan een zekere Palti had geschonken, weer terug zou krijgen. Nadat dit geregeld was, bezocht Abner met twintig mannen David en beloofde hem: Ik zal mij opmaken en heengaan en vergaderen gans Israël tot mijn heer de koning dat zij een verbond met u maken en gij regeert over alles wat uw ziel begeert (vers 21). Daarna verliet Abner koning David om zijn opdracht te gaan uitvoeren.

(Volgende keer D.V. 18. De dood van Abner en koning Isbóseth)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 januari 2025

De Wachter Sions | 12 Pagina's

17. De strijd tussen David en Isbóseth

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 januari 2025

De Wachter Sions | 12 Pagina's