Bijzondere doopsbedieningen trokken de aandacht
Op 12 maart 1769 was een grote menigte kerkgangers naar de hervormde kerk in Middelharnis gekomen, want er zou daar iets ongewoons te zien zijn.
Het ongewone bestond hierin, dat de plaatselijke predikant ds M. K. Hannot de doop zou bedienen aan „een jongeling van middelbaren ouderdom", te weten een jongen van dertien jaar.
Men vraagt zich misschien af, waarom een dergelijke plechtigheid zoveel mensen trok. Het antwoord is niet moeilijk te geven.
In de 17e en 18e eeuw werden alle kinderen op de eerste zondag na hun geboorte ten doop gehouden. Soms zelfs in een door de weekse dienst. Dat al tamelijk grote kinderen het sacrament ontvingen, kwam vrijwel nooit voor. Wel gebeurde het dat iemand als volwassene gedoopt werd, maar dan lag, om het populair te zeggen, de verantwoordelijkheid voor die doop geheel voor eigen rekening, terwijl bij de doop van grote kinderen immers de ouders moesten antwoorden op de vragen van het doopsformuller. Hoe kwam het nu, dat de dertienjarige
Hoe kwam het nu, dat de dertienjarige jongen nog ongedoopt was? Het verslag van de godsdienstoefening van 12 maart 1769 geeft daarvan de volgende verklaring: toen het kind geboren was, woonden de ouders in een gemeente, waar de vader zich in zijn gemoed weerhouden voelde om de doop aan te vragen
Hij zou namelijk op de woorden uit de tweede vraag van het doopsformuller „en in de christelijke kerk alhier geleerd wordt" niet hebben kunnen antwoorden.
Meer zegt het verslag er niet van.
Maar uit deze mededelingen kunnen we voldoende afleiden. In het geboorte jaar van de jongen stond te Sommelsdljk ds. Johannes Molentiel. Deze was daar in 1753 gekomen en hij zou er blijven tot 1776. Molentiel heeft vrijwel de ganse tijd van zijn ambtsbediening te Sommelsdijk in onvrede geleefd met een groot deel van de gemeente.
Huiselijke onenigheid, ontactisch optreden tegen de leden en verschil van opvatting inzake sommige leerstukken leidden tot deze toestand.
Als gevolg hiervan zag ds. Molentiel 's zondags een deel van zijn gemeente niet meer in de kerk; zij gingen naar Middelharnis om ds. Hannot te beluisteren. Maar de bediening van de doop kon ds. Hannot niet verlenen aan mensen van buiten zijn gemente, want dat stond de kerkordening immers niet toe.
Nu had ds. Hannot tijdens een ziekte van zijn collega Molentiel eens een vacaturebeurt in Sommelsdijk vervuld; daarbij moest hij ook dopen. Maar toen ds. Hannot aan de vaders en getuigen de doopvragen voorlegde, liet hij de zinsnede „en in de christelijke kerk alhier geleerd wordt" weg, daar hij er persoonlijk van overtuigd was, dat ds. Molentiel niet de goede leer verkondigde in zijn. kerk.
Nadat de kerkeraad van Sommelsdijk met ds. Hannot deze ervaring had opgedaan, liet men hem niet meer op de kansel toe.
Wij begrijpen nu ook, waarom de vader van de dertienjarige jongen de term „en in de christelijke kerk alhier geleerd wordt" onmogelijk kon beamen. Dus werd de doop uitgesteld. Totdat het gezin verhuisde naar Middelharnis. De beletselen waren weggenomen want men ressorteerde niet meer onder Sommelsdijk. De vader vond het nu niet langer geraden om de doop uit te stellen.
Bemardus de Moor
Omdat er wel mensen waren in die tijd welke een doopsbedlening op deze leeftijd ongewenst achtten (de jongen was immers al „tot zijn verstand gekomen", maar niettemin antwoordde de vader op de doopsvragen), voelde ds. Hannot zich geroepen hiervoor een hooggeleerde getuige ter verdediging te citeren. Die getuige was Bemardinus de Moor, professor in Leiden.
In een bekend werk van deze theoloog stond namelijk, dat hij als predikant te Enkhulzen in 1743 een meisje van tien jaar had gedoopt. In dezelfde stad was in 1653 aan een jongen van vijftien jaar de doop bediend, in 1656 aan een jongen van veertien jaar en in 1662 aan een meisje van twaalf. Deze kinderen hadden vooraf de twaalf artikelen van het chris telijk geloof opgezegd, staande voor de preekstoel
Op grond van deze voorvallen, verhaald door Bemardinus de Moor — waaruit men overigens wel ziet hoe zeldzaam de doop van „oudere kinderen" was — meende ds. Hannot zonder bezwaar te kunnen overgaan tot het dopen van de dertienjarige knaap. Een gelukkig samentreffen was, dat in de avondgodsdienstoefening juist de 27 ste zondagsafdeling van de Heidelbergse catechismus behandeld werd. Daarin gaat het immers over de vraag: „Zal men ook de jonge kinderen dopen?" stellig heeft ds. Hannot de gelegenheid aangegrepen om zijn standpunt toe te lichten. Het verslag van de plechtigheid heeft
Het verslag van de plechtigheid heeft als onderschrift: „De reden van deeze bekendmaakinge is niet anders, dan om alle bevreemdinge ende verwonderinge over deeze verlgte plegtigheid, die hieromtrent zoo zeldzaam is, óf voor te komen, of om dezelve te doen ophouden".
Te Oude Tonge
Doop van „oudere kinderen" en volwassenen zou op het eiland nog lang zeldzaam blijven. Zo lazen wij in een tijdschrift van 1843, dat op goede vrijdag 14 april van dat jaar In Oude Tonge zeventien personen belijdenis van hun ge loof hadden gedaan.
EJen hunner heette Poktjen de Vries „van Vriesche afkomst, doch toevallig vóór 23% jaren alhier geboren van een doopsgezinde vader en een gereformeerde moeder, en sedert dien tijd jaarlijks meermalen uithoofde van haren vader (zijnde turfschipper) en na diens dood ook van hare nog levende moeder, met dezelve voor korter of langer tijd hier tegenwoordig".
Nadat verteld is hoe Poktjen de Vries gedurende de winter van 1842—1843 het catechetisch onderwijs van ds. J. J. Ie Roy te Oude Tonge had gevolgd, besluit het verslag met de mededeling, dat Poktjen „harteUjk begeerde den chxlstelijken doop te ontvangen, hetwelk dan ook, niet zonder aandoening van hare zijde, en onder een plegtige predikatie des leeraars, zoo aan haar als aan de overige bevestigde lidmaten, tot stichting der tal rijke samengevloeide en ons kerkgebouw geheel vervullende schaar, geschiedde. God gebiede over dit werk zoo voor haar alsvoor allen die het bijwoonden, zijner genadlgen en duurzamen zegen!"
H. de J.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 januari 1956
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 januari 1956
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's