Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wijzigingen in de WWFT en de Impact Voor Het Bedrijfsleven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wijzigingen in de WWFT en de Impact Voor Het Bedrijfsleven

8 minuten leestijd

Onlangs kwam ING negatief in het nieuws. Onder toeziend oog van de bank zouden honderden miljoenen euro’s zijn witgewassen. Dit terwijl de bank als poortwachter in het financiële stelsel een belangrijke taak heeft om ongebruikelijke transacties op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) te detecteren.

ok het bedrijfsleven en juridische en financiële dienstverleners zijn als Wwft-instelling verplicht ongebruikelijke transacties te melden. Dit artikel gaat over de laatste wijzigingen in de Wwft en de eisen die de Wwft aan de instellingen stelt.

Achtergrond van de Wwft

De Wwft is per 1 augustus 2008 in werking getreden en bracht twee wetten samen: de wet melding ongebruikelijke transacties en de wet identificatie bij dienstverlening. Financiële instellingen, zoals banken en verzekeraars en financieel juridische dienstverleners, zoals accountants, belastingadviseurs, advocaten en notarissen, maar ook handelaren in vastgoed en andere goederen hebben op grond van de Wwft de plicht om daar waar zij in hun handel en dienstverlening witwastransacties zien, deze te melden. Met de antiwitwaswetgeving, gebaseerd op internationale verdragen en richtlijnen van de Europese Unie, wordt beoogd crimineel vermogen te ontdekken en criminelen uit te sluiten van het gebruik van het financiële stelsel en de financiële dienstverlening. In de Wwft is precies aangegeven welke soorten van dienstverlening onder de wet vallen.

Vierde antiwitwasrichtlijn

Met de wijzigingen in de Wwft is de 4e anti-witwasrichtlijn uit 2015 van de Europese Unie geïmplementeerd. Met de inwerkingtreding van de wijzigingen in de Wwft zijn er voor het bedrijfsleven, waaronder financiële dienstverleners en (vastgoed)handelaren striktere regels gaan gelden voor onder andere het risicomanagement om witwassen en financieren van terrorisme tegen te gaan. Inmiddels is de 5e anti-witwasrichtlijn vastgesteld, die met name ziet op het onder toezicht brengen van betaaldienstverleners van virtuele valuta, de zogenoemde cryptocurrencies.

Cliëntenonderzoek en meldplicht

Om te voorkomen dat de dienstverlening wordt gebruikt voor witwassen of terrorismefinanciering moeten Wwftinstellingen onderzoek verrichten naar hun cliënten en de achtergrond en het doel van een beoogde zakelijke relatie of transactie. Bij het onderzoek staat het beoordelen van het risico op (meewerken aan) witwassen en financieren van terrorisme bij dienstverlening aan de klant centraal. Indien sprake is van een voorgenomen witwastransactie of wanneer tijdens de dienstverlening het vermoeden bestaat dat een transactie te maken kan hebben met witwassen of het financieren van terrorisme, dan moet de Wwft- instelling deze transactie onverwijld melden bij de Financial Intelligence Unit-Nederland (FIU), het centrale meldpunt in Nederland voor ongebruikelijke transacties. De FIU is ondergebracht bij de Nationale Politie, maar is een onafhankelijke instelling die rechtstreeks valt onder de Staat der Nederlanden. Het niet melden is een strafbaar feit dat strafbaar is gesteld in de Wet op de economisch delicten.

Het is een Wwft-instelling overigens op grond van de Wwft verboden aan de cliënt kenbaar te maken dat er een melding ongebruikelijke transacties bij de FIU is gedaan. Dit is het zogenoemde ‘tipping off-verbod’. Ook de overtreding van dit verbod is een economisch delict. De Wwft kent twee zogenoemde meldingscategorieën, zogenoemde objectieve en subjectieve indicatoren.

Handhaving gericht op 'facilitators

’De toezichthouders op de naleving van de Wwft zijn de Belastingdienst, het Bureau Financieel Toezicht (Bft), De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Zij werken waar nodig samen met het Openbaar Ministerie, de politie en de Fiscale Inlichtingen- en OpsporingsDienst (FIOD). Voor de financiële sector is er bijvoorbeeld een speciaal samenwerkingsverband opgericht, het Financieel Expertise Centrum. Zij beogen door samenwerking de integriteit van de financiële sector te bewaken en te versterken. Zowel toezichthouders als de opsporingsinstan-ties richten hun handhavingsactiviteiten de laatste jaren op de zogenoemde facilitators. Juist de financiële en juridische dienstverleners worden beschouwd als de poortwachters van het financiële stelsel. Zij zouden bij uitstek geschikt zijn om ‘fout geld’ en ‘foute klanten’ te weren. De werkelijkheid blijkt weerbarstiger, want het blijkt uitermate moeilijk om alle vormen van witwassen tijdig te ontdekken en tegen te houden. Dit geldt nog sterker voor transacties die te maken kunnen hebben met terrorismefinanciering.

Aanscherpingen van de Wwft

Risicoanalyse

Nieuw in de Wwft is de verplichting voor instellingen om een risicoanalyse op te stellen van de risico’s op witwassen en financieren van terrorisme voor de eigen organisatie. De analyse moet gericht zijn op risicofactoren ten aanzien van het type cliënt, product, dienst, transactie en landen. Naast de analyse van de risicofactoren moet de instelling ook de effectiviteit van de beheersingsmaatregelen beoordelen. De combinatie van analyse en door de instelling getroffen beheersingsmaatregelen vormen de basis voor (de ontwikkeling) van het beleid, procedures en maatregelen om de geïdentificeerde risico’s te beperken en effectief te beheersen. Bij de verplichte risicoanalyse is het de bedoeling dat de instellingen rekening houden met door de Europese Unie en door het betreffende land opgestelde risk assessments. Dit betreffen het Supranational Risk Assessment Report en voor Nederland het National Risk Assessment Witwassen en National Risk Assessment Terrorismefinanciering.

Cliëntenonderzoek

Met de inwerkingtreding van de nieuwe wijzigingen in de Wwft zijn ook scherpere maatregelen voor cliëntenonderzoek verplicht geworden. Kon voorheen nog afgezien worden van een cliëntenonderzoek wanneer het risico op (betrokkenheid bij) witwassen of financieren van terrorisme zeer laag werd geschat, met de nieuwe bepalingen kan dit niet meer. Te allen tijde moet een vereenvoudigd cliëntenonderzoek worden gedaan en bij specifieke (hogere ) risico’s een verscherpt onderzoek. Een cliëntenonderzoek betekent dat de cliënt moet worden geïdentificeerd en de instelling de identiteit verifieert. Het verifiëren van de identiteit is meer dan het opvragen van (kopie)documenten van een paspoort of ander identiteitsbewijs. Verificatie vereist in de regel fysiek contact tussen de instelling en de cliënt. Bij uitzondering mag gebruik worden gemaakt van afgeleide identificatie, waarbij een door de instelling vertrouwde derde de verificatie uitvoert. Wat een verscherpt cliëntenonderzoek inhoudt is niet gedefinieerd. In de praktijk betekent het dat de Wwft-instelling nader onderzoek doet naar de betrouwbaarheid van de cliënt, de onderneming van de cliënt en diens afnemers. Het kan zelfs betekenen dat je steekproefsgewijs onderzoek doet naar de herkomst en bestemming van goederen, waaronder geldstromen en bankafschriften opvraagt. De Wwft schrijft voor dat de instelling op risico gebaseerde maatregelen treft om de cliënt en dienst activiteiten te monitoren.

Uiteindelijk belanghebbende (UBO)

De herziene Wwft gaat er vanuit dat elke cliënt een zogenoemde uiteindelijke belanghebbende, een ultimate beneficial owner (UBO), heeft. Volgens de Wwft is een UBO de natuurlijke persoon die de uiteindelijke eigenaar is van of zeggenschap heeft over een cliënt, dan wel de natuurlijke persoon voor wiens rekening een transactie of activiteit wordt verricht. Wanneer een Wwft instelling na uitputting van alle mogelijke middelen geen “gewone” UBO (op basis van eigendom of zeggenschap) kan achterhalen of er aan twijfelt dat een gevonden UBO wel echt zeggenschap heeft, dan moet de instelling het hoger leidinggevend personeel van de rechtspersoon als UBO aanwijzen. Vooral voor clienten als stichtingen, maar bijvoorbeeld ook kerkgenootschappen is dat problematisch. Dit leidt tot het aanwijzen van veel zogenoemde pseudo-UBO’s. In de kern komt het aanwijzen van een UBO erop neer dat de Wwft instelling de eigendoms- en zeggenschapsstructuur van de cliënt kan doorgronden.

Politiek prominente personen (PPP)

Naast de UBO heeft de Wwft ook de kring van zogenoemde politiek prominente personen, oftewel politically exposed persons (PEP’s) uitgebreid. Ging het in de oude wet alleen om buitenlandse PEP’s), in de nieuwe wet vallen daaronder ook de binnenlandse PEP’s. Bij PEP’s moet bijvoorbeeld worden gedacht aan regeringsleiders, aan leiders van politieke partijen, ambassadeurs, leden van hoge rechterlijke colleges. Indien er sprake is van een PEP als cliënt dient altijd verscherpt cliëntenonderzoek plaats te vinden.

Aangewezen risicolanden en de onafhankelijke compliance- en auditfunctie

Met ingang van 25 juli 2018 moet een instelling ook elke transactie van of ten behoeve van een cliënt die woont of gevestigd is in een staat die de Europese Commissie heeft aangewezen als ‘hoog-risico’-land en waarvan de Wwft-instelling kennis neemt melden als ongebruikelijke transactie. De instellingen zijn al naar gelang hun aard en omvang ook verplicht een onafhankelijke compliance- en auditfunctie in te richten. Deze maatregel is in de wet gekomen om te zorgen dat ook intern toezicht op de naleving van de Wwftverplichtingen wordt uitgeoefend en dat deze compliancefunctie ook wordt gecontroleerd.

Met de in dit artikel weergegeven aangescherpte verplichtingen beoogt de wetgever de poortwachtersfunctie van instellingen verder aan te scherpen en te verbeteren. Inmiddels zijn diverse handreikingen voor de naleving van de Wwft verschenen. Het verdient aanbeveling die te raadplegen . Zoals de ING-casus laat zien is het OM er veel aan gelegen om overtredingen van de Wwft te vervolgen. Ook de toezichthouders zijn volop bezig om projectmatig de zogenoemde niet-melders in kaart te brengen en te sanctioneren. Kortom, Wwft naleving is een serieuze zaak.


WWFT meldingsplicht handelaren

Handelaren zijn voor zover zij Wwft-instelling zijn verplicht cliëntenonderzoek te verrichten, een bedrijfsspecifieke risico analyse uit te voeren en ongebruikelijke transacties te melden.

De Wwft verstaat onder handelaren: natuurlijke personen, rechtspersonen of vennootschappen die beroeps- of bedrijfsmatig handelen als koper of verkoper van goederen, voor zover betaling van deze goederen in contanten plaatsvindt voor een bedrag van €10.000 of meer, ongeacht of de transactie plaatsvindt in een handeling of door middel van meer handelingen waartussen een verband bestaat.

Deze handelaren zijn verplicht een transactie te melden wanneer zij aanleiding hebben om te veronderstellen dat deze verband kan houden met witwassen of financieren van terrorisme (subjectieve indicator)

Daarnaast dienen deze handelaren alle transacties te melden waarbij tegen geheel of gedeeltelijke contante betaling een of meerdere voertuigen, schepen, kunstvoorwerpen, antiquiteiten, edelstenen, edele metalen, sieraden of juwelen gekocht of verkocht worden, waarbij het contant te betalen bedrag €20.000,- of meer bedraagt (objectieve indicator).

Sanctie

Opzettelijke overtreding van de meldingsplicht is een misdrijf, waar een gevangenisstraf van 2 jaar, een taakstraf en/of een geldboete van de 4e categorie op staat.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorische Maatschappelijke Unie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 februari 2019

RMU.NU | 52 Pagina's

Wijzigingen in de WWFT en de Impact Voor Het Bedrijfsleven

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 februari 2019

RMU.NU | 52 Pagina's