Cultuur
Corien Oranje, Cees Dekker, Gijsbert van den Brink, OER: het grote verhaal van nul tot nu (Heerenveen, Ark Media, 2020) 160 p., € 14,99 (ISBN 9789033802188).
Alleen al vanwege de combinatie van auteurs is dit boek bijzonder te noemen. Een kinderboekenschrijfster, een nanobioloog/universiteitshoogleraar aan de TU Delft en een hoogleraar theologie en wetenschap aan de VU Amsterdam schrijven samen, aldus de tekst die op de achterkant van het boek staat te lezen, ‘een meeslepende vertelling die op een nieuwe manier een verbinding legt tussen Gods grote verhaal in de Bijbel en hedendaagse inzichten vanuit de wetenschap.’
Dat het boek meesleept blijkt inmiddels ook uit de verkoopcijfers. Al snel na verschijning (mei 2020) was het boek uitverkocht en kon er een tweede druk komen. Inmiddels is er zelfs al een achtste druk en zijn er plannen om het boek in het Engels en Duits te laten verschijnen.
Mijn verwachting is dat veel TR-lezers OER inmiddels zelf gelezen hebben, ofwel er toch al veel over gelezen hebben in diverse boekbesprekingen, interviews en recensies. Ook wie alle recensies en media-aandacht voor dit boek heeft gemist, kan niet ‘blanco’ aan dit boek beginnen. Tenzij men in staat is om de vele aanbevelingen die zowel op de achterkant van het boek als op de eerste twee pagina’s weergegeven zijn te negeren. In vier à vijf zinnen geven maar liefst tien prominente wetenschappers en christenen hun visie op het boek en het belang ervan weer. OER wordt gezien als boek dat geloof en wetenschap op een toegankelijke manier verbindt. OER vertelt de wereld opnieuw, als een verhaal van God en zijn schepping. En dat alles op een originele manier, alleen al door de opmerkelijke keuze om maar liefst een proton, een subatomair deeltje, als hoofdpersoon op te voeren.
Mede door dit bijzondere vertelperspectief en de pakkende schrijfstijl van Corien Oranje is het verhaal inderdaad meeslepend. Proton begint zijn reis in de wereld zo’n veertien miljard jaar geleden en maakt als subatomair deeltje onderdeel uit van de wereldgeschiedenis: ‘Wij wisselden voortdurend van thuis – dan weer keken we vanaf de grond, dan weer vanuit een vogel, een plant, een knaagdiertje. In een eindeloze kringloop werden we opgenomen door planten, opgegeten door dieren, uitgepoept, verband in een bosbrand, weggeblazen met de wind’ (48). Later in de geschiedenis maakt Proton ook deel uit van objecten die door mensen gebruikt worden. Zo ‘bewoont’ hij de buitenste huidlaag van een schaap waarvan de huid later gebruikt wordt in de tent van Abram. En vele jaren later maakt hij onderdeel uit van een tak die door Jezus als reisstok gebruikt wordt. Aan het einde van het boek, inmiddels aanbeland in tijdperk nummer zes volgens de door vriend Solon bedachte indeling van de geschiedenis, zweeft Proton weer in de ruimte. Wachtend op tijdperk zeven, de grote finale waarin de Schepper zelf bij de mensen zal wonen en zijn belofte om al het goede uit de oude wereld te gebruiken op zijn nieuwe wereld waar zal maken.
Inzichtgevend en verrijkend is de trialoog tussen de drie auteurs die aan het einde, bij wijze van nawoord, is opgenomen. In dit gesprek blikken ze terug op hoe OER tot stand is gekomen en delen ze wat hen met dit boek voor ogen stond. Wat mij betreft een zeer waardevolle toevoeging die de lezer kan helpen om het boek, dat uniek is in zijn soort, beter te kunnen plaatsen. Ook wordt vanuit de trialoog duidelijk voor wie het boek bedoeld is, namelijk een zeer divers publiek: ‘Van je broer Peter die ouderling is in Zaltbommel, je nicht Merel uit havo 4, mensen die met vragen rond geloof, oerknal en evolutie rondlopen. Ook je niet-gelovige buurman die een brede interesse heeft in wetenschap, zingeving en religie.’ Belangrijke drijfveer voor de auteurs is om op een toegankelijke manier duidelijk te maken dat wetenschap en het verhaal van de Bijbel elkaar niet uitsluiten. Wetenschappelijke inzichten kunnen bijdragen aan de verwondering over Gods grootheid. Van den Brink ziet het boek tevens als een poging om ‘in eigentijdse termen uit te leggen wat christelijk geloof inhoudt’ (160).
Al met al een zeer lezenswaardig boek dat op allerlei niveaus, van collegezaal tot huiskamer, van preekstoel tot catecheselokaal, uitnodigt om verder over door te denken en te spreken. Wat dat betreft heeft het boek alles in zich om, zoals een recensent in dagblad Trouw al op 20 mei van dit jaar oppert, het beste theologische boek van het jaar te worden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 2020
Theologia Reformata | 139 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 2020
Theologia Reformata | 139 Pagina's