In memoriam ds. H. Ligtenberg

Ds. H. Ligtenberg is niet meer. Hij is niet meer in de strijdende kerk. Hij is opgenomen in de triumferende kerk. Hij is niet meer bij de zijnen. Hij mag nu zijn, waar de verloste schare de Drieënige God mag dienen in alle volmaaktheid. Daar is God alles en in allen. Hij is niet meer in de huilende wildernis van een onder het oordeel liggende wereld.

waar de tekenen van de naderende komst van Sions Koning steeds duidelijker worden. Hij mag ervaren dat Gods gramschap is geblust omdat ze volkomen is uitgewoed op Gods eeuwige Schootzoon.

Ds. H. Ligtenberg mocht de leeftijd van 75 jaar bereiken. Deze leeftijd was bepaald in Gods reine raad. Deze werd geen ogenblik overschreden. Zijn leven is in Gods raad vastgelegd en Gods soeverein handelen heeft dit in de tijd geopenbaard.

Ds. H. Ligtenberg was een mensenkind en onderworpen aan Gods rechtvaardig oordeel over de zonde, krachtens de toerekening van Adams bondsbreuk. Krachtens verkiezing lag hij begrepen in Gods welbehagen in Christus en in Hem kon God Zijn welbehagen ter zaligheid onze broeder deelachtig maken.

Reeds jong mocht hij de Heere leren dienen. Hij mocht de gemeente van Rijssen als ouderling dienen. Onder de bediening van ds. P. Honkoop sr., mocht hij opwassen in de kennis en de genade van Christus. In het jaar 1956 leerde ik hem kennen. Het was het jaar dat hij door het Curatorium werd toegelaten tot de Theologische School. Van af dit ogenblik mochten wij ervaren, elkander van de Heere te hebben gekregen. In die tijd mocht hij mededelen, hoe de Heere hem de geheimen leerde van de rechtszaal. Immers Sion wordt door recht verlost. Drie jaar mochten wij met elkander verkeren op de Theologische School. Zijn eerste gemeente was Oudemirdum. In het jaar 1960 werd hij aldaar bevestigd door mijn broer ds. M. Blok aan wie hij bijzonder verbonden was. Zijn tweede gemeente was Genemuiden.

In het jaar 1965 nam hij aldaar de herderstaf op. In het jaar 1971 volgde de gemeente Terwolde-De Vecht. Op 22 februari 1978 mocht ik hem te Middelharnis bevestigen. Hem werd op 8 juni 1984 eervol emeritaat verleend. Zo mochten wij samen de classis Middelharnis dienen. Dit is een onvergetelijke tijd geweest. Samen dienden wij het deputaatschap van de zending in een zeer moeilijke periode. In de auto hebben wij verschillende reizen naar Rotterdam gemaakt. Wij mochten ook samen zitting hebben in het Curatorium van de Theologische School. Dat deed de zorgen en de noden van de gemeenten samen beleven.

De laatste tijd in de gemeente Middelharnis werd zijn gezondheid zorgelijk. Zolang hij krachten had, heeft hij zijn dienstwerk mogen waarnemen. De gemeenten waar hij mocht dienen weten hoe getrouw hij was in de pastorale arbeid, maar ook in de bediening van het Woord. Van God geleerd en geoefend was hij wars van hoogheid en zelfverheffing. Hoe teer kon hij omgaan met het nieuwe leven. Maar hoe afkerig was hij, van eigenwillige godsdienst, die zich stelde tegen Gods soevereine wegen.

Ds. H. Ligtenberg is niet meer. Zijn werk blijft en zal in de eeuwigheid openbaar worden. Velen van onze jonge mensen zullen deze dienstknecht niet kennen. Ruim acht jaar geleden moest hij zijn arbeid beëindigen. De laatste jaren waren zorgelijk. Alleen zijn vrouw en de zijnen weten dit. Hij heeft de dood niet gezien, de dood is verslonden tot overwinning. Sions getrouwe Koning heeft in gehoorzaamheid aan de opdracht van Zijn vader Zijn opzicht over de Zijnen. De poorten der hel zullen Zijn gemeente niet overweldigen. Er blijft een rust over voor het volk van God.

Kootwijkerbroek,

Ds. P. Blok.

(2)

De leiding door het moderamen overgenomen.

Met de verkiezing van het moderamen was de taak van de roepende kerk van Hardinxveld-Giessendam ten einde. Daarom werd nu de leiding van de vergadering door het moderamen overgenomen. De praeses. Ds. A.F. Honkoop, dankte de vergadering voor het in het moderamen gestelde vertrouwen. Hij wees erop, dat het een moeilijk en verantwoordelijk werk is, om aan de synodale vergaderingen leiding te geven. Moge de Heere licht en wijsheid geven. Hij sprak de wens uit, dat de synodale vergaderingen zouden mogen strekken tot eer van God en tot welzijn van de gemeenten. Tenslotte vroeg hij, of alle aanwezige belangstellenden als belijdend lid of dooplid tot de Gereformeerde Gemeenten behoorden.

Correspondentie met de gemeenten in Noord-Amerika.

De praeses heette vervolgens Ds. A.M. den Boer hartelijk welkom, die als afgevaardigde van de gemeenten in Noord-Amerika aanwezig was. Ds. Den Boer kreeg daarop het woord. Hij bracht de groeten over van de gemeenten aan de overzijde van de oceaan en sprak de wens uit, dat de Heere in het midden zou mogen zijn. Hij wees op de uitvoerige agenda van de vergadering. De Heere heeft beloofd met Zijn kerk te zullen zijn, maar wij zijn dat niet waardig. Alleen in Christus kan Hij met zondaren te doen hebben. Hij wees erop, dat er niet alleen in de wereld veel verdeeldheid is, maar ook in de kerk. Ook in de gemeenten in Noord-Amerika. Op de voortgezette synodevergadering van de overzeese gemeenten in december, zal er door een commissie, die de Synode instelde, nader worden geadviseerd ten aanzien van de problemen, die in de gemeenten bestaan. Het was de hartelijke wens en bede van Ds. Den Boer, dat de eenheid in de gemeenten bewaard zou mogen blijven. Hij riep op tot gebed in de Nederlandse gemeenten.

Hij stelde vervolgens, dat er ook in politiek opzicht grote zorgen zijn in Amerika en in Canada. Er hebben natuurrampen plaatsgevonden. In Alberta is de oogst vernield door een hagelstorm, die gevolgd werd door zware sneeuw en vorst. Ook economisch is er sprake van achteruitgang. Hij dankte de Nederlandse gemeenten hartelijk voor de steun, gegeven via Bijzondere Noden, aan de scholen in Amerika en Canada. Het zendingswerk in Bolivia is op gang gekomen. Tenslotte bracht Ds. Den Boer de groeten over van Ds. M. Heerschap, die ernstig ziek is. De slot wens van Ds. Den Boer was, dat de Heere in het midden van de vergadering zou mogen zijn tot eer van Zijn Naam en tot welzijn van Zijn icerk.

De praeses sprak de wens uit, dat de Heere de goede wensen, namens de gemeenten overzee uitgesproken, zou willen vervullen. Hij hoopte, dat op de decembervergadering van de Noordamerikaanse Synode de gunst Gods en de onderlinge liefde ervaren zou mogen worden. De Heere geve, dat de gemeenten elkander mogen vinden.

De ochtendvergadering van 16 september werd gesloten door Ds. J.W. Verweij met gebed.

De middagvergadering werd geopend door Oud. L. Wouters. Hij liet zingen Ps. 69:14 en las Matth. 5 : 13-20. Daarna ging hij voor in gebed.

Curatorium

Allereerst werd het rapport van het Curatorium van de Theologische School aan de orde gesteld. Uit het rapport blijkt, dat Ds. J. Mijnders, in verband met zijn emeritaat als curator vervangen werd door zijn secundus Ds. J.W. Verweij. Er mochten de afgelopen driejaar zeven studenten worden toegelaten om de lessen te volgen. Vier studenten werden beroepbaar gesteld.

In het rapport wordt vermeld, dat de docenten het Curatorium hebben verzocht een vierde docent te benoemen, dit in verband met uitbreiding van de lessen. Er zijn nu drie docenten en een hulpdocent. Vanuit de Synode werd gevraagd, hoe het Curatorium op dit verzoek heeft gereageerd. Vanuit het Curatorium werd geantwoord, dat men nog niet tot het benoemen van een vierde docent is overgegaan. Het Curatorium acht het benoemen van een vierde docent een te zware financiële belasting. Daarbij acht het Curatorium een aantal van drie docenten voorlopig genoeg, ook gelet op het aantal studenten.

Vervolgens werd gevraagd, of er ook een leeftijdsgrens is, waarop docenten aan de Theologische School zich zouden moeten terugtrekken. Uit het antwoord bleek, dat dit aan de docenten zelf wordt overgelaten. Vanuit de Synode werd daarop gesteld, dat het goed zou zijn hierover een besluit te nemen. Er kunnen dienaangaande beter regels worden opgesteld in een tijd, waarin er geen moeilijkheden zijn. Is de leeftijd van zeventig jaar geen goede grens? Vanuit het moderamen werd echter in reactie op deze opmerkingen, gemaand tot voorzichtigheid. Het betreft hier een ingrijpend voorstel, dat beter via instructies vanuit de mindere vergaderingen op de Generale Synode kan komen.

Op de vraag naar de uitbreiding van de lesuren, waarvan in het rapport sprake is, werd geantwoord, dat het streven is de opleiding te verbreden. Dit betekent, dat er meer vakken worden gedoceerd en dat er aan de afzonderlijke vakken meer aandacht wordt gegeven. Vanuit de Synode kwam toen de vraag, of er geen vakken zijn, die door anderen dan de docenten gegeven kunnen worden, zoals bijvoorbeeld de oude talen. Uit het antwoord bleek, dat vakken als Nederlands, Engels en Latijn door anderen gegeven worden. Omdat de grondtalen van de Heilige Schrift, Hebreeuws en Grieks, nauw aansluiten bij de lessen in Exegese, worden die vanuit de kring van de docenten gedoceerd. Met name de hulpdocent. Ds. L. Blok, geeft de bijbelse talen.

Tenslotte werd ingegaan op het verzoek van Br. M. Burggraaf, om weer te worden toegelaten tot het volgen van de lessen aan de Theologische School. Omdat de zaak van Br. Burggraaf al enkele malen op de Generale Synode heeft gediend, meende het Curatorium niet anders te kunnen doen dan deze zaak ter beoordeling aan de Generale Synode over te geven. De Synode besloot tijdens de avondvergadering in een besloten zitting nader over het verzoek van Br. Burggraaf te spreken. Daarbij zal ook de brief worden betrokken, die hij aan de Synode heeft gericht.

Stichting Cursus Godsdienstonderwys

Het rapport van de Stichting Cursus Godsdienstonderwijs werd vervolgens aan de orde gesteld. Het rapport vermeldt, dat het aantal cursisten sterk is toegenomen tot zelfs bijna zevenhonderd. Door het vertrek van de rector is Drs. H. Lenselink nu benoemd tot waarnemend rector.

Er werd op gewezen, dat het een verzuim is, dat in het rapport niets vermeld wordt over de Kompasserie, waarin een zevental boekjes verschenen zijn over verschillende onderwerpen. De redactie van de Kompasserie heeft geruime tijd niet vergaderd, maar inmiddels is besloten met de serie voort te gaan. Een probleem is echter geschikte scribenten te vinden.

Op de vraag, hoe het staat met de erkenning van de cursus door de overheid, werd geantwoord, dat alles in het werk gesteld wordt om tot deze erkenning te komen.

Na de bespreking van dit rapport werd het telegram voorgelezen, dat namens de Synode verstuurd werd aan H.M. de Koningin. (Wordt vervolgd)

Zeist,

ds. J.J. v. Eckeveld.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen