Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jonggestorven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jonggestorven

4 minuten leestijd

1 Koningen 17:17 En het geschiedde na deze dingen, dat de zoon dezer vrouw, der waardin van het huis, krank werd; en zijn krankheid werd zeer sterk, totdat geen adem in hem overgebleven was.

De bekende Bijbelverklaarder Matthew Henry verloor in april 1693 zijn drie weken oude dochtertje Mary nadat ze een dag ziek geweest was. De zondag na de begrafenis preekte hij over Romeinen 5:14. Hij gaf een uiteenzetting over de heerschappij van de dood, speciaal met betrekking tot de kinderen. Hij betoogde dat, hoewel kinderen geen dadelijke zonden hebben, ze door de erfzonde aan de macht van de dood zijn onderworpen. Hij richtte zich speciaal tot de ouders: ‘Geef uw stervende kinderen over aan de Heere. Zelf kunnen zij het niet doen. U moet voor hen worstelen. Zeg dan: ‘Vader in Uw handen beveel ik de geest van mijn kind.’ Zo heeft de weduwe van Zarfath haar kind aan Elia, beter gezegd: aan de Heere overgegeven.

Het is een aangrijpende geschiedenis. Het nog jonge zoontje van de weduwe wordt door een korte maar ernstige ziekte door de Heere uit het leven weggenomen. Terwijl de moeder hulpeloos toe moet kijken, overlijdt het kind in haar armen. Nog een laatste beweging en het is er niet meer. Dat is wat geweest voor die arme moeder. Ze was haar man al verloren, en nu ook haar zoon, haar enige kind. En dan is al haar geluk weg en al haar vreugde verdwenen.

En zo bepaalt Gods Woord ons bij de vreselijke werkelijkheid van de dood. Bij het woord ‘sterven’ denken wij aan een gebeurtenis die plaatsvindt aan het einde van een lang leven. Oude mensen moeten sterven, zo wordt er dan gezegd. Maar jonge mensen kunnen sterven. Ook kleine kinderen.

Wat is het toch nodig, jonge mensen, dat we het Woord van de Heere Jezus ter harte nemen: ‘Zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid en al het andere zal u worden toegeworpen.’

En wat doet die vrouw? Ze gaat met haar nood naar Elia toe. Ze vreest dat Elia enkele zonden bij haar heeft gezien en dat God die nu straft. En zo gaat ze dus in Elia tot de Heere: in haar zonden en ellenden. En dat is het juiste adres. Want Elia zegt: ‘Geef mij uw zoon.’ En vervolgens zoekt hij de eenzaamheid op.

Hij wil alleen zijn, met het dode kind, voor het aangezicht van God. Hij buigt zich vervolgens drie maal over het kind heen en bidt tot God. En de Heere verhoort het gebed van Zijn knecht en het kind gaat weer ademen.

En nu hebben wij het Nieuwe Testament nodig om te weten wat dit betekent. Want de opwekking van dit kind uit 1 Koningen 17 had nooit plaatsgevonden, als Christus de dood niet had overwonnen. En Elia is een type, een voorafschaduwing van Christus. Hij hoefde tijdens Zijn leven slechts te spreken. Tegen de jongeling van Naïn: Ik zeg u, sta op. Tegen het dochtertje van Jaïrus: Talitha kumi. En tegen Lazarus: Kom uit! En zij leefden.

En het is dezelfde stem van de Zoon van God die ook vandaag nog klinkt, als in Zijn Naam gepredikt wordt de bekering en vergeving der zonden. En dan wordt Hij niet alleen als de noodzakelijke Middelaar gepredikt, maar ook als de gepaste Middelaar. Zoals Elia zich uitstrekte over het kind en zich er één mee maakte, zo heeft Christus Zich vereenzelvigd met arme verloren zondaren. Hij is ons in alles gelijk geworden. Hij is in onze beproevingen geweest, in onze nood, in onze verzoekingen en verleidingen. Hij kent de zwakheden van ons lichaam, Hij kent de zonden van onze ogen, onze mond, onze handen, Hij heeft Zich helemaal over ons leven uitgestrekt. Waarom Hij in alles den broederen moest gelijk worden, opdat Hij een barmhartig en een getrouw Hogepriester zou zijn, in de dingen, die bij God te doen waren, om de zonden des volks te verzoenen.

Hij is Kind geweest, opdat ook kleine kinderen die sterven toch behouden worden. Hij heeft gezegd: Laat de kinderkens tot Mij komen en verhindert ze niet, want derzulken is het Koninkrijk der hemelen. Kinderen die tot Hem worden gebracht en die jong sterven, mogen voor zalig gehouden worden. Volgens de contraremonstrantie, de voorloper van de Dordtse Leerregels, is het zo: Dat voor Gods uitverkoren kinderen te houden zijn niet alleen de volwassenen, die in Christus geloven en volgens het Evangelie wandelen, maar ook de kinderen des verbonds, zolang het tegendeel niet openbaar komt. Daarom moeten gelovige ouders niet twijfelen aan de zaligheid van hun jonggestorven kinderen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 september 2022

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Jonggestorven

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 september 2022

Bewaar het pand | 12 Pagina's