Kruimelwerk in het Koninkrijk
Het was echt een mooie bijeenkomst in Emmen, rond het afscheid van evangelist Cees van Drunen. Het ging daar zomaar opeens een paar keer over kruimels en kruimelen. Dat zette aan het denken.
Iemand uit de post Emmen las een mooi gedicht voor over het werk dat de evangelist had gedaan. Allerlei aspecten van het werk kwamen langs, maar het ging natuurlijk eerst en vooral over de Woordverkondiging. Uit haar woorden begreep ik dat, als er moeilijke gedeelten uit de Bijbel werden verhandeld, dat de evangelist dan begon te ‘kruimelen’. Een prachtige uitdrukking, zeker als je even opzoekt wat dat betekent. Kruimelen betekent natuurlijk dat je iets tot kruimels maakt. Oftewel, dat je het zo klein mogelijk maakt, zodat het te eten is.
Ook brood
De evangelist (want dat blijft hij ook na zijn pensionering) gebruikte het woord zelf ook in zijn slottoespraak. Dat hij probeerde ‘kruimels’ uit te delen. Hij vergeleek het met een kind van hem, dat vroeger moeite had met het eten van zijn sneetje brood. Dan ging papa Cees aan zijn kind kleine kruimeltjes geven. En we weten, een kruimeltje is ook brood. Dat wist die Syro-Fenicische vrouw ook. Op haar aanhoudend smeken gaf de Heere Jezus aan dat het brood dat voor de kinderen bestemd is niet aan de honden gegeven mag worden. En dan dat prachtige antwoord van die vrouw, waarbij ze hartelijk instemde met de woorden van Jezus, maar Hem toch niet los kon laten: ‘Ja Heere, doch ook de hondekens eten onder de tafel van de kruimkens der kinderen’. Deze vrouw greep het woord van Jezus aan om te smeken om een kruimel. En zij had genoeg aan een kruimeltje, want ja, ook dat is brood!
Evangelisatie en zending
Wat is dat mooi om over door te denken, zeker ook in het kader van allerlei werk dat gedaan mag en moet worden in de kerk, op evangelisatieposten, in de politiek en in de samenleving. Dan praat je echt over kruimelwerk, zeker als we zien op de omvang van het werk. Denk aan het werk van evangelisatie, vanuit het deputaatschap EVGG en op classicaal en plaatselijk niveau. Momenteel zijn er twaalf evangelisten vanuit ons kerkverband werkzaam in Nederland en België. Het is eigenlijk maar kruimelwerk, als je kijkt naar seculier Nederland. Het aantal mensen dat vreemd of vervreemd is van het Woord van God is zeer groot. En dan zijn er bij ons twaalf evangelisten. Wat dat betreft, mag het wel beschamend zijn dat op de laatste Generale Synode door de uit de zending ontstane kerk in Nigeria gemeld werd dat daar ruim zestig evangelisten werkzaam zijn. Gelukkig is er een beweging gaande in ons eigen land, waarbij plaatselijke gemeenten besloten hebben om zelf een evangelist te benoemen in de eigen plaats. Denk aan Amersfoort en Doetinchem. En zoals het er nu uitziet volgen er spoedig meer. Het kruimelwerk breidt uit.
Datzelfde geldt voor de zending. Naast de gebieden waar vanuit onze gemeenten zending wordt bedreven zijn twee nieuwe zendingslanden gekozen door het deputaatschap ZGG, Japan en Senegal. Even voor het beeld: Senegal heeft iets meer inwoners dan Nederland, ruim 18 miljoen. En Japan heeft ruim 7 keer zoveel inwoners als Nederland, ongeveer 124 miljoen. Je zou er moedeloos van worden. Hoe moet dat in die volkerenzee? Dat is toch maar kruimelwerk?
Uitdelen
Even terug naar die Kananese moeder, die zo instemde met Jezus, maar Hem niet kon loslaten. Ze smeekte om een kruimeltje, en Jezus gaf het haar: ‘O vrouw, groot is uw geloof; u geschiede gelijk gij wilt’. En haar dochter werd gezond van diezelve ure.
Is dat niet moedgevend? Als Jezus gaat uitdelen, dan is het genoeg, al is het maar een kruimel. En dat maakt alles anders, voor de zendingsvelden, op de evangelisatieposten. Dan mogen de kruimels van het woord uitgedragen worden op alle plaatsen, in alle landen. Kruimelwerk in het Koninkrijk. Overigens niet alleen daar, maar ook dicht bij huis. Bijvoorbeeld op je school, een kruimel in dat gesprekje met die (mede) leerling. Tijdens je studie, als je in gesprek raakt met een medestudent. Of op uw werk, zomaar een kruimel voor je moedeloze collega. In de politiek, een kruimel in dat stevige debat. In de buurt, een kruimel bij het gesprekje over de heg met de buurvrouw. Op straat, bij die ‘toevallige’ ontmoeting.
Zijn zegen
We hoeven niet met grote dingen te komen. Maar we mogen wel met die kruimel komen, biddend om de zegen van de Heere. In diepe afhankelijkheid wachtend op het kruimeltje om uit te delen. Zo klein en nietig, maar wat kan het een uitkomst hebben. Niet omdat we er zelf zoveel van terechtbrengen, maar omdat er Eén boven staat Die het geringste kruimeltje kan gebruiken tot roem van Zijn genade, tot Zijn eer. En daarom: kruimelen maar!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 april 2025
De Saambinder | 24 Pagina's