Het nieuwe catechisatieseizoen
Binnenkort starten in vele gemeenten de catechisaties. Misschien ben jij daar als jongere helemaal niet blij mee. Je bent elke week een avond kwijt, en de stof interesseert je misschien niet. Misschien ga je vooral omdat je ouders het willen. In dit artikel wil ik een en ander van de andere kant belichten. Waarom hebben we eigenlijk catechisatie? Waarom is het van betekenis dat jij erheen gaat, hoe je erheen gaat, maar ook dat de rest van de gemeente betrokken is bij dit belangrijke werk?
Een Bijbelse opdracht
Toen Jezus afscheid nam van Zijn discipelen, gaf Hij hen de opdracht om te preken en te dopen (Markus 16:15 en 16). Hij gaf echter ook een andere opdracht. Dat is de opdracht van het onderwijzen. Zo lezen we in Matthéüs 28:19: Gaat dan heen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in den Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes, lerende hen onderhouden alles wat Ik u geboden heb. In de kanttekening staat: “Maakt discipelen onder alle volken.” Discipelen. Leerlingen. Mogen we het zo zeggen? Jezus geeft de opdracht om een leven lang te leren. En zeker. Echte discipelen, echte leerlingen worden we alleen door het werk van de Heilige Geest. Daar zetten we een streep onder. Maar dat werk vindt bijna altijd plaats door middel van het onderwijs uit Gods Woord.
Het is tegen deze achtergrond dat de kerk van de Reformatie vanaf het begin het belang heeft gezien van goed catechetisch onderwijs. Het is verbazingwekkend om te zien hoeveel catechismussen er in de tijd van de Reformatie zijn ontstaan. En die werden niet zomaar geschreven. Die werden gebruikt om te onderwijzen in de zuivere leer van Gods Woord.
De inhoud van de catechese
Om die zuivere leer te onderwijzen, zijn meerdere middelen mogelijk. Zo zijn er methoden om de catechisanten te onderwijzen in de Nederlandse Geloofsbelijdenis, de Heidelbergse Catechismus en de Dordtse Leerregels. In al onze gemeenten wordt allereerst gebruikgemaakt van het vragenboekje van ds. A. Hellenbroek, hetzij door het boekje zelf te gebruiken, hetzij door het gebruik van de methode die op basis van Hellenbroeks vragenboekje is geschreven. We spreken van harte de wens uit dat dit zo blijft. Ds. Hellenbroek heeft een uiterst evenwichtig leerboekje geschreven. Hij is bij dat schrijven ontzettend dicht bij de Heilige Schrift gebleven. In de uitgebreide versie van het vragenboekje worden heel veel Bijbelteksten geciteerd. Het zou goed zijn als het leren van deze teksten ook vandaag de dag in de praktijk werd gebracht.
Mijn overleden vader zei weleens: “Dan heb je je smader wat te antwoorden.” Hij bedoelde: “Als je dan in discussie met andersdenkenden komt, kun je je op grond van Gods Woord verdedigen.”
Hellenbroeks vragenboekje is niet alleen volledig gebaseerd op het Woord van God. Het is ook in volledige overeenstemming met onze drie belijdenisgeschriften, die we hierboven noemden. Helaas heeft dr. W. Verboom (jarenlang hoogleraar vanwege de Gereformeerde Bond binnen de PKN) in een artikelenserie in De Waarheidsvriend in de afgelopen weken gesteld, dat Hellenbroek niet alleen andere accenten legde dan onze Dordtse vaderen en onze Heidelbergse Catechismus, maar durfde hij zelfs te schijven dat het vragenboekje van deze godzalige oudvader mede de oorzaak is van veel geestelijke geloofsonzekerheid in de rechterflank van de gereformeerde gezindte. Hellenbroek zou wat betreft de uitverkiezing en de verwerping te veel geschreven hebben in de lijn van de Westminster Catechismus. Dat zou weer geleid hebben tot de bedoelde “geloofsonzekerheid”.
Als ik zoiets lees, ben ik bedroefd. Het is het zoveelste signaal dat er in de gereformeerde gezindte steeds diepere breuken liggen. Breuken op het gebied van de Bijbelvertaling, het Schriftgezag, de prediking, de verbondsbeschouwing en de wijze van waardering van de Reformatie en Nadere Reformatie. Een uitvoerige reactie zou mogelijk en misschien ook wenselijk zijn. Laat ik het bij het volgende houden. Misschien is het verdwíjnen van het vragenboekje van ds. Hellenbroek in een deel van de gereformeerde gezindte juist één van de oorzaken van het doorbreken van een verbondsautomatisme, waar we minstens even bang voor moeten zijn als voor een eenzijdige beklemtoning van de Bijbelse leer van verkiezing en verwerping.
De catechisanten
Het is tot grote blijdschap dat in de meeste gemeenten onze catechisanten trouw wekelijks naar de catechisatie komen. Elke catecheet krijgt van tevoren een lijst met de namen van de catechisanten, of hij weet in kleinere gemeenten wie hij mag verwachten. Als catecheet doet het je goed, als de jongeren ook daadwerkelijk wekelijks aanwezig zijn. Dat geldt in het bijzonder ook voor de oudere catechisanten, die reeds voor de burgerlijke wet volwassen zijn. Misschien komen zij ook op aandringen van de ouders. Dat is goed. Maar we weten ook van veel oudere catechisanten, dat ze vanuit hun innerlijke overtuiging de catechisatie bezoeken.
Met name die oudere catechisanten willen we ook op iets anders wijzen. In de aanstaande weken is er in alle gemeenten ook de gelegenheid om zich op te geven voor belijdeniscatechisatie. We roepen onze oudere jeugd van harte op om zich aan te melden. Als Guido de Bres in artikel 28 schrijft over de plicht van ieder om zich bij de kerk te voegen, gebruikt hij de woorden: “… de hals buigende onder het juk van Jezus Christus…” Dat zijn grote zaken, maar we reiken ze van harte ter overweging aan.
Er is nog een aandachtspunt voor jou als catechisant en voor je ouders. Als je de catechisatie bezoekt, weet je, dat we samenkomen rondom het Woord van God Zelf. Ons samenzijn rondom het Woord van God vergt een mate van eerbied, ook in het uitwendige. Catecheten vragen niet aan hun catechisanten om in hun zondagse kleding te komen. Ze stellen het echter wel op prijs als er geen tégenstelling is tussen zondag en maandag. Dat geldt voor kleding (eerbaarheid!), sieraden e.d. Laten we op gepaste wijze bij elkaar komen. Maar, om misverstand te voorkomen: als je laat thuiskomt en je bent nog in je werkkleding, ben je op de catechisatie niet minder welkom. Integendeel!
Betrokkenheid van ambtsdragers, ouders en anderen
Veel ambtsdragers zijn bereid om ook in het nieuwe seizoen hun krachten te geven aan het werk van de catechese. Het geven van catechisatie is mooi werk, maar het vergt van de catecheten ook veel, zowel in de voorbereiding als tijdens de lessen. Veel. Niet té veel. In stilte en tot blijdschap mag er weleens worden opgemerkt dat het Woord van God beslag legt op de jonge harten.
De betrokkenheid van ouders is ook van belang. Catechisaties in de kerk bieden voor ouders mogelijkheden voor het gesprek thuis. Graag roepen we ouders op om belangstelling te tonen voor de catechese. Catechese wordt ook gegeven in het verlengde van de doop: onderwijzen en dóen onderwijzen. We vragen niet alleen aan óuders om belangstelling te hebben voor de catechese. We vragen het aan alle leden van alle gemeenten. We doen een dringend beroep op elke lezer om het werk van de catechese in uw gebeden te gedenken. Dat gebed hebben de catecheten nodig. Maar zou er in het bijzonder ook gevraagd mogen worden, of de catechese voor onze jongeren tot ééuwige zegen gesteld mag worden? Dat zou toch onbegrijpelijk groot zijn.
We willen afsluiten met het laatste vers van Psalm 22.
Zij komen aan, door Godd’lijk licht geleid,
Om ’t nakroost, dat den Heer’ wordt toebereid,
Te melden ’t heil van Zijn gerechtigheid En grote daden.
Dat geve de Heere!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 september 2022
De Wachter Sions | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 september 2022
De Wachter Sions | 12 Pagina's