Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Spelbreker in de gereformeerde gezindte

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Spelbreker in de gereformeerde gezindte

10 minuten leestijd

Hij groeide op in ”een gewoon hervormd gezin”, maar belandde door de ommekeer in zijn leven in de gereformeerde gezindte. Daar weet mr. Diederik van Dijk zich nu van harte aan verbonden; tegelijk zijn er de momenten van gemengde gevoelens of zelfs onlust. ”Wéten we nog wat genade is?”

Wie er ook blij was met de expositie over de gereformeerde gezindte, Diederik van Dijk in ieder geval niet. In een column voor het Reformatorisch Dagblad uitte de SGP-senator zijn afkeer van de tentoonstelling in het Utrechtse Museum Catharijneconvent, die een recordaantal bezoekers trok. „Dieper kunnen we niet zinken. Als refo’s staan we in het museum.” Verderop in de column brak hij de staf over een prediking waarin de hoorders wordt voorgehouden dat ze niets moeten worden voor God, maar van dat niets vervolgens een heel iets wordt gemaakt. Tijdens de Haamstedeconferentie in 2018 hield hij de daar aanwezige predikanten op gelijke wijze een spiegel voor.

BENT U ZELF NAAR UTRECHT GETROKKEN?

„Nee, al was ik het wel van plan. Mijn column schreef ik niet om die expositie af te zeuren, maar vanwege het feit dat we museumwaardig zijn. Boeiende mensen, nostalgisch, schattig, maar volstrekt irrelevant. Dat is geen imago dat bij christenen past. Ik vind het heel droevig als we voor het brede publiek niet meer zijn dan een soort Amish aan wie je je kunt vergapen.”

TOCH WILDE U WEL EVEN RONDKIJKEN OP DE EXPOSITIE.

„Ja, vanwege mijn functie en uit een stuk nieuwsgierigheid. Als christen heb ik er niets mee. De foto’s die ik ervan zag, maakten me niet enthousiaster. Stelletjes met strakke gezichten in een voorspelbare, bijna doodse omgeving. Dan begint er bij mij wat te kriebelen. Welk beeld zetten we hiermee neer? Afgezien daarvan weet je vooraf dat het wezen van onze overtuiging, de omgang met Christus, met zo’n expositie niet zichtbaar kan worden gemaakt. Laten we hopen dat bezoekers toch aan het denken zijn gezet, maar ik houd mijn hart vast. Ik vrees dat de mensen die naar preekfragmenten hebben geluisterd, bevangen zijn door het gevoel dat mij bekruipt als ik een orthodoxe imam hoor spreken.”

„GEEN VORM ZONDER INHOUD”, ZEI MEVROUW BLANKESTEIJN- MOREE.

„Lof voor die vrouw, terecht is opgemerkt dat iedereen haar als oma zou willen hebben, maar volgens mij zagen de bezoekers voornamelijk vorm. De foto’s toonden deugdzame, degelijke mensen, waarmee een nogal vertekend beeld werd gegeven. De gerefor-meerde gezinde is intussen behoorlijk divers. De expositie liet vooral het traditionele segment zien, dat gestaag afkalft. Nee, al met al werd ik niet warm van die tentoonstelling.”

DE BELANGSTELLING WAS ENORM.

„Ja, dat is intrigerend. Wat trok die mensen? Nieuwsgierigheid of toch ook een zeker heimwee naar iets wat in de breedte van de samenleving verloren ging? Heldere kaders, vaste normen. Als dat meespeelde, kan er toch nog wat goeds uit voortkomen. Zeker als bezoekers navraag doen bij reformatorische christenen die een helder getuigenis geven van wat het christenleven werkelijk inhoudt.”

IN WAT VOOR GEZIN GROEIDE U ZELF OP?

„Een gewoon hervormd gezin. Kerkelijk serieus betrokken, maar niet typisch reformatorisch in de hedendaagse betekenis. SGP en RD waren voor mij vrijwel onbekende organen. Dat veranderde in mijn studententijd, toen Christus echt betekenis voor me kreeg. In diezelfde periode kwam de SGP voor het eerst in seculiere media aan het woord. Het intrigeerde me dat er een partij was die politiek wil bedrijven vanuit het Woord van God. Nadat ik informatie had opgevraagd bij de secretaris van de SGP-kiesvereniging in Woudenberg, sloot ik me erbij aan.”

U WERD ZELFS MEDEWERKER VAN DE KAMERFRACTIE.

„Ja, daardoor ging er een nieuwe wereld voor me open, vol eigen stichtingen en organisaties met allerlei dwarsverbanden. Ik had het idee dat ze allemaal werden geleid door mensen die de Heere God kennen en uit Hem leven. Zo ideaal bleek het niet te zijn. Toch is de reformatorische gezindte mijn gezindte geworden, omdat ik daar God heb leren kennen. En er zit heel veel goud, vooral op het grondvlak. Mensen met een authentiek geloof, die weten wie ze zelf zijn maar ook Wie Christus voor hen is.

Daar voel ik me bij thuis, al is de geestelijke herkenning er ook buiten de eigen gezindte. Onlangs sprak ik op een avond van Schreeuw om Leven in Steenwijk. Geregeld klonk „amen, amen.” Op een gegeven moment kon ik me nauwelijks verstaanbaar maken door de regen die op het dak kletterde. Een van de aanwezigen riep spontaan: „Applaus uit de hemel!”

Dat zul je op een SGP-kiesvereniging niet meemaken, maar ik vond het mooi. De betrokkenheid van God op de dingen die hier beneden gebeuren werd ermee verwoord, zij het op een andere manier dan we in de gereformeerde gezindte gewend zijn.”

KAN NOG WORDEN GESPROKEN OVER DÉ GEREFORMEERDE GEZINDTE?

„Dat wordt lastig. Dat merk ik ook bij het schrijven van mijn columns voor het RD. Toen ik in de hervormde Bethlehemkerk in Den Haag kerkte, koos ik andere onderwerpen dan nu ik hersteld hervormd ben. Destijds opponeerde ik geregeld tegen de drang naar vernieuwing, nu word ik meer geconfronteerd met het gevaar van kramp en verstarring. De angst om dingen anders te verwoorden dan we gewend zijn of de kerkelijke muren te verlagen. Denk aan de recente uitspraak van de Gereformeerde Gemeenten over kanselruil: er mogen geen dominees van een ander kerkverband op onze kansels, maar de gesprekken willen we graag voortzetten. Zeg dan gewoon: we hebben genoeg aan onszelf. Dan ben je open.”

U BEPLEIT MEER BETROKKENHEID OP DE SAMENLEVING EN CULTUUR.

„Absoluut. Het treurige is wel dat die openheid vaak leidt tot een andere manier van Bijbellezen. Er wordt steeds genuanceerder gesproken over het ontstaan van de aarde, de vrouw in het ambt, homoseksuele relaties... Daar maak ik me zeer bezorgd over. Bij de tegenpartij, die het zoekt in nog een extra protocol, voel ik me evenmin thuis. Wat we nodig hebben, is profetisch spreken. We houden nuttige bespiegelingen over christen zijn in deze tijd, maar wie wijst ons vanuit het Woord van God concreet de weg? Mensen als Groen van Prinsterer en dr. W. Aalders kwamen in hun tijd met gezaghebbende antwoorden.”

ZIJN ZULKE MENSEN ER VANDAAG NIET, OF WILLEN WE NIET MET GEZAG WORDEN AANGESPROKEN?

„Terechte vraag. Onder jongeren zie ik dat overigens veranderen. Die snakken naar leiding door mensen die ze vertrouwen. Als ze mij bevragen, houd ik een pleidooi voor eenvoudig Bijbellezen. Niet met het verstand op nul, maar in het besef van de beperktheid van ons verstand. Laten we het Woord lezen zoals het zich aandient, als de levende stem van de levende God. Opmerkelijk vind ik wat de dichter van Psalm 119 zegt in vers 19: „Ik ben een vreemdeling op de aarde, verberg Uw geboden voor mij niet.” Al zien we de Bijbel als het laatste Woord, de vragen en omstandigheden kunnen zo complex zijn dat we er toch niet uit komen. Neem alleen de medische ethiek, mijn eigen vakgebied. Wat is Gods weg daarin? In die zoektocht past het gebed: „Heere, verberg niet de weg van Uw geboden die we hebben te gaan.” Dat moeten we meer betrachten.”

WAT IS IN UW OPTIEK DE KRACHT VAN DE GEREFORMEERDE GEZINDTE?

„De nog breed levende eerbied voor het Woord, met daaraan verbonden het levende besef van de klassiek christelijke noties, zoals de soevereiniteit van God, de noodzaak van bekering en de betekenis van een levend geloof. Dat was het eerste wat me opviel toen ik deze kring leerde kennen. De eerbied voor het Woord stempelt ook de ethische standpunten.

Kijk ik naar het gedrag, dan valt de vrijgevigheid op. Er is ook een sterke onderlinge betrokkenheid. Bij zorgen staan mensen klaar om een helpende hand toe te steken. De laatste jaren zie ik de betrokkenheid op het geheel van de samenleving toenemen. Typerend is dat steeds meer reformatorische christenen deelnemen aan de Mars voor het Leven. Mensen als Kees van der Staaij gaven het goede voorbeeld. We hebben een geweldige boodschap, die hoeven we niet binnenskamers te houden.

We moeten ons wel realiseren dat het uitleggen van de loopplank naar de wereld ook omgekeerd verkeer geeft. Dan zal blijken hoe sterk we zelf staan. De christelijke kringen die al eerder de vensters naar de wereld openden, zijn vrijwel allemaal geïnfecteerd geraakt door die wereld. Het luistert blijkbaar nauw. Daarom is het goed dat we ook een dr. C.S.L. Janse hebben, die ons op de risico’s wijst, maar het laatste woord is niet aan de sociologen. Wijn hoeft niet per definitie te verwateren als we de deur naar de wereld openen. We geloven in de kracht van het Woord dat water in wijn kan veranderen.”

WAT VINDT U HET ZWAKSTE PUNT VAN DE GEREFORMEERDE GEZINDTE?

„Na de verandering in mijn leven ben ik de reformatoren en de oudvaders gaan lezen. Leg je hun werken naast preken van hedendaagse reformatorische dominees, dan valt op dat ze veel onbekommerder het aanbod van genade in Christus verkondigden. We hoeven geen barrière op te werpen voor het komen tot Christus, de echte barrière zit in onszelf.

Wéten we nog wat genade is? Vanuit mijn eigen leven herken ik dat we alles van onszelf moeten verliezen, anders geven we ons niet over aan Christus, maar we maken daar zo’n enorm verhaal van dat we toch weer zelf in het middelpunt komen te staan. Ik hoor te weinig preken waarin onbewimpeld het Evangelie wordt verkondigd. Na een column waarin ik dit aan de orde stelde, kreeg ik tot mijn verbazing veel positieve reacties. Ook van predikanten, die aangaven bevreesd te zijn voor kritiek als ze gaan preken zoals de oudvaders deden.

Door dit klimaat, waarin we elkaar gegijzeld houden, is de prediking ook erg voorspelbaar, terwijl het Woord juist verrassend en weerbarstig is.”

WE MOETEN CONFRONTERENDER ZIJN IN DE BOODSCHAP, ZEI U TEGEN DE PREDIKANTEN OP DE HAAMSTEDECONFERENTIE.

„En tegen mezelf. We hebben het met z’n allen wel erg knus gemaakt. Hoe vaak is ons spreken ontmaskerend voor de eigen kring? Neem echtscheiding en het vervolgens min of meer geruisloos hertrouwen. Dat is ook

onder ons gemeengoed geworden. Of het uitbesteden van de opvoeding van onze kinderen aan het personeel van een crèche. De geestelijke opvoeding staat of valt met wat wij persoonlijk onze kinderen meegeven.”

HOE GEEFT U BIJ DE NPV INVULLING AAN DE CONFRONTATIE?

„Door te kiezen voor helderheid. We zijn niet alleen vóór het leven, maar als gevolg daarvan ook tégen abortus en euthanasie. Natuurlijk moet je met verstand je woorden kiezen, maar in het algemeen opereren we meer te soft en te genuanceerd dan te wild. Iets meer peper en zout kan geen kwaad. Het is zorgwekkend als ons standpunt geen kritische reacties oproept. Groen van Prinsterer heeft terecht opgemerkt dat het ware belijden gepaard gaat met lijden. Een christen is een spelbreker. Worden we overal zo fijn geaccepteerd, dan mogen we onszelf de vraag stellen of we niet zo aangepast zijn geraakt dat we wezenlijke Bijbelse noties onbesproken laten.”

VOELT U ZICH EEN EENLING IN DE GEREFORMEERDE GEZINDTE?

„Absoluut niet. Naast vervlakking en scherpslijperij is er binnen onze kring nog altijd veel principiële stevigheid, gecombineerd met een weldadige mildheid en breedte. Met name onder het gewone volk, inclusief jongeren. Wie weet wat daar nog aan geloof wordt bewaard?”

DIT IS HET TwEEDE DEEL IN EEN SERIE VRAAGGESPREKKEN OVER ONDERwERPEN DIE DE REFORMATO- RISCHE ACHTERBAN BEZIGHOUDEN. VOLGENDE KEER: SGP-STATENLID SJAAK SIMONSE OVER DE NEDER- LANDSE POLITIEK.


Diederik van Dijk

Mr. D.J.H. (Diederik) van Dijk (1971) studeerde Nederlands recht aan de Universiteit van Utrecht. Na afronding van deze studie, in 1996, kwam hij in dienst bij de Tweede Kamerfractie van de SGP als beleidsmedewerker buitenlandse zaken, defensie, Europese zaken en infrastructuur en milieu. Dat bleef hij tot 1 januari 2016. In 2010 en 2012 stond hij kandidaat voor de Tweede Kamer, in 2014 voor het Europees Parlement. Sinds 9 juni 2015 is hij Eerste Kamerlid voor de SGP. Daarnaast is hij sinds 1 april 2018 directeur van de N PV (Nederlandse Patiëntenverenig ing) en voor zitter van het Platform Zorg voor Leven. Van Dijk is gehuwd met Jacqueline. Ze hebben vijf kinderen in de leeftijd van 8 tot 18 jaar. Het gezin behoor t kerkelijk tot de hersteld hervormde gemeente van Waddinxveen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 30 oktober 2019

Terdege | 156 Pagina's

Spelbreker in de gereformeerde gezindte

Bekijk de hele uitgave van woensdag 30 oktober 2019

Terdege | 156 Pagina's