Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ds. L. Vroegindeweij (Slot)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ds. L. Vroegindeweij (Slot)

7 minuten leestijd

De apostel schrijft: Gedenkt uw voorgangers, die u het Woord Gods gesproken hebben; en volgt hun geloof na, aanschouwende de uitkomst van hun wandel’ (Hebreeën 13:7). In dit derde en laatste artikel komen wij bij de vraag: Wat is de betekenis van ds. L. Vroegindeweij voor de kerk?

Vragen als deze kunnen gesteld worden vanuit een neiging tot nostalgie. De kerkgangers uit die tijd zouden zonder dwalingen en scheuringen in eensgezindheid geluisterd hebben naar predikanten die schitterden als sterren. Het is echter de vraag of deze neiging tot nostalgie de juiste bril is om naar het verleden te kijken. Doen wij het verleden daarmee recht? In deze bijdrage wil ik met u door een andere bril naar de gestelde vraag kijken. De vraag naar de betekenis van predikanten uit het verleden voor de kerk is nodig, omdat wij in het licht van de kerk van de eeuwen heel kleine mensen zijn. Wij hebben alle reden ons te laten corrigeren en verbreden door vele stemmen uit het verleden. Bij die vele stemmen waardoor de Heere Zijn Woord heeft laten verkondigen, hoort ook de stem van ds. L. Vroegindeweij. Hij droeg het ambtelijk werk een warm hart toe. Dit warme hart klopte voor allerlei facetten van het ambtelijk werk, waarvan ik er vier zal noemen. Omdat de kenmerken van zijn prediking in het vorige artikel overwogen zijn, ga ik daar nu aan voorbij.

Als eerste, ds. Vroegindeweij had een warm hart voor de gemeenten die hij gediend heeft. Zowel in zijn prediking als in zijn pastoraat was hij een dominee voor jong en oud. Wijlen ds. J.H.C. Olie typeerde hem als een ‘authentieke kerel in alles’ als ook een ‘teerhartig herder’. Van de verschillende illustraties wil ik er één noemen: ‘Tijdens zijn ambtsperiode in Delft bezocht hij regelmatig een ziekenhuis in zijn stad. Op een keer kwam hij ’s avonds laat weer thuis. Hij had net de bromfiets in de schuur gereden, toen er een telefoontje uit datzelfde ziekenhuis kwam. ‘Dominee, er is een buitenkerkelijke vrouw die ernstig ziek is. Zij heeft me gevraagd of ik die man met die zwarte hoed wilde vragen om haar te bezoeken.’ De predikant startte zijn brommer en ging, tegen middernacht, weer terug naar het ziekenhuis.’

Als tweede, ds. Vroegindeweij had, samen met zijn broers, een warm hart voor de kerk die hij diende. In de biografie van vader Vroegindeweij staat daarover: ‘De Vroegindeweijs streden met een open vizier. Zij hadden de kerk van Christus lief, zeker in haar hervormde gestalte, en hadden alles voor haar over.’ Overigens, enghartigheid was hem vreemd. Dat hij met open vizier streed, blijkt wel uit de vele artikelen van zijn hand in het Gereformeerd Weekblad en De Waarheidsvriend. Wie deze artikelen leest, merkt dat hij nauwlettend betrokken was op de tijd waarin hij leefde. Dat was vanaf het begin van zijn ambtsperiode een heel bewogen tijd. De gevolgen van de Eerste Wereldoorlog raakten ook op allerlei manieren aan kerk en theologie. Denk maar aan de opkomst van de theologie van Karl Barth. Veel Nederlandse theologen zijn hem gevolgd, waaronder Van Nifterik, Noordmans, Miskotte en Berkhof. Namen die ook in verschillende artikelen van ds. L. Vroegindeweij te vinden zijn. Zijn broer Arend, destijds hoofdredacteur van het Gereformeerd Weekblad, gaf hem geregeld de opdracht iets te schrijven. Willem, de derde zoon van de Vroegindeweijs, herinnerde zich: ‘Als er belangrijke kerkelijke verwikkelingen waren, zoals rond dr. C. Steenblok in 1953, dan zei Arend tegen Leen: ‘Leen, over drie weken wil ik graag een artikel van je hebben over het aanbod van genade’. En het artikel kwam er.’ Deze artikelen zijn niet tevergeefs geschreven. In de levensschets van ds. A. Beens, Nu het ouderdomt, schrijft hij: ‘Er traden sleutelfiguren op als de predikanten L. Kievit, G. Boer, J. van Sliedregt en L. Vroegindeweij. In kerkenraden zag je dezelfde afspiegeling.’ Opmerkelijk is toch wel dat je in zijn preken en artikelen niét merkt dat hij zichzelf als sleutelfiguur zag of dat hij op de een of andere manier met zijn invloed te koop liep. Meerderen herinneren ds. Vroegindeweij als een heel eenvoudige man, die zich nergens op liet voorstaan.

Als derde, ds. Vroegindeweij had een warm hart voor de gereformeerde belijdenis. Hij hield, samen met zijn broers in de dienst, de wacht bij de grenzen. Hij waakte over de gereformeerde leer, die naar zijn overtuiging zowel zuiver als ook afdoende geformuleerd staat in de gereformeerde belijdenisgeschriften. Ds. W.L. Tukker schreef over de broers predikanten: ‘Gereformeerd, stevig gereformeerd, niet meer dan dat, niet minder dan dat. Niet meer dan de Bijbel geloven, niet minder dan de Bijbel geloven. Niet boven de Bijbel uit preken, niet onder de Bijbel door preken. Gewoon gereformeerd zijn in de zin van de belijdenis.’ Ook in deze zin was ds. Vroegindeweij een leerling van ds. I. Kievit, die een serie contio’s belegde over het thema ‘statisch-dynamisch’. Het statische denken vanuit een vaste waarheid, zoals de gereformeerde belijdenis, werd steeds minder populair. In plaats daarvan kwam het dynamische denken op, met een sterke beweging naar het nieuwe. Dit dynamische denken heeft grote gevolgen voor de plaats van de belijdenisgeschriften. Ds. I. Kievit waarschuwde zijn studenten niet alleen voor het dynamische denken, maar ook voor het zich terugtrekken op een eiland. Het statische van Schrift en belijdenis moet, aldus Kievit, dynamisch, dat is persoonlijk, in het hart worden doorleefd. Heel wat leerlingen van ds. I. Kievit hebben dit aangehoord en verwerkt. De driedelige pastorale behandeling van de Dordtse Leerregels, De troost der verkiezing van de hand van ds. L. Vroeg indeweij, mag een voorbeeld van deze verwerking genoemd worden. Aan deze behandeling heeft hij de laatste vijftien jaar van zijn leven gewerkt.

Als vierde, ds. Vroegindeweij had een warm hart voor de jeugd. Het verdient onze aandacht dat hij, naast alle genoemde werkzaamheden, in drie periodieken de vragenrubriek verzorgde. In De Vaandrager, het orgaan van de bond van de Nederlandse Hervormde Jongelingsverenigingen op Gereformeerde Grondslag, wordt hij getypeerd als ‘de vragenbusdominee’. Een bloemlezing van vragen en antwoorden is uitgegeven onder de titel ‘Vraag maar’. Hij moedigde de lezers aan om hun vragen in te sturen. Een voorbeeld van zijn vragenbeantwoording wil ik u niet onthouden: ‘Wat moet in de prediking het sterkst uitkomen: wet of Evangelie?’ Een citaat uit het antwoord:

‘De ene tijd de wet en de andere tijd het Evangelie. En dan komt het hierop aan, dat de wet niet half gepredikt wordt en ook het Evangelie niet half. Let op het laatste. Er wordt te veel half het ene en half het andere gepreekt.’ In het Gereformeerd Weekblad verzorgde hij jarenlang de vragenrubriek die door jong en oud werd gelezen. Voor allerlei jongerenbijeenkomsten, in kleiner en groter verband, was hij een veelgevraagd spreker. Ook in Om Sions wil gaf hij antwoord op de aan hem gestelde vragen in de serie ‘U vraagt’. Een aantal van deze vragen en antwoorden zijn uitgegeven in verschillende boekjes, waaronder Rondom wedergeboorte en rechtvaardigmaking en Rondom het Heilig Avondmaal.

Ten slotte, ds. Vroegindeweij heeft met veel gaven en ijver de kerk gediend. Met natuurlijk en geestelijk gezag nam hij het op voor Schrift en belijdenis. Deze leer was hem niet alleen op het lijf geschreven, maar vooral in zijn hart geschreven. Het geheim daarvan ligt in een persoonlijke bekering tot God. En van deze Drie-enige God en Zijn werk vóór zondaren en ín zondaren, had ds. Vroegindeweij grote gedachten. Dan zei hij wel: ‘Hoe kan er met zulke mensen ooit nog één behouden worden? En hoe kan er met zo'n God ooit nog één verloren gaan?’

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 februari 2024

Zicht op de kerk | 32 Pagina's

Ds. L. Vroegindeweij (Slot)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 februari 2024

Zicht op de kerk | 32 Pagina's