Plaatsmakend en Gode verheerlijkend
Aan de hand van Johannes 4 hebben we tot zesmaal toe het ambtelijke gesprek overdacht. In de laatste aflevering van deze serie willen we nog letten op het plaatsmakende werk van de Heere. Wat wil dat zeggen? En wat betekent dat voor onze ambtelijke gesprekken? Tegelijk willen we zien wat het doel dient te zijn van al het pastorale werk: de eer van God.
De Heere leert niet alles op één dag, en Hij leert ook niet alles tegelijk. Als de allerhoogste Profeet maakt Hij in het leven van de Samaritaanse vrouw plaats voor Zichzelf en Zijn middelaarswerk. Van stap tot stap gaat Hij haar inlei- den in het heilgeheim van zalig worden. Langzaam maar zeker wordt ze naar Hem toegewend en komt ze als een afgebroken mens op haar knieën terecht. Jezus openbaart Zich op een won- derlijke en tegelijk ordelijke wijze: eerst als een heilzoekende Jood (vers 7), vervolgens als een alwetende Profeet (vers 17) en ten slotte als de Messias, als Degene Die zeggen kan: ‘Ik ben het, Die met u spreek’ (vers 26).
Toeleidende wegen
Wij noemen dat weleens de toeleidende wegen; de wegen waar- langs de Heilige Geest zondaren tot Christus leidt. Dat roept veel verzet op en daar wordt soms veel op afgegeven, maar uit de geschiedenis van Johannes 4 blijkt hoe Schriftuurlijk die toeleidende wegen zijn.
Deze bevindelijke zaken zijn van groot belang, ook voor het pastorale gesprek. Nee, niet alles hoeft in een en hetzelfde gesprek aan de orde te komen. Maar het is wel nodig dat de zielen geleid worden zoals de Heere Zelf dat deed. Er zijn gangen in het geestelijke leven en standen in het genadeleven. Er is een onderscheiden kennis van Christus. Denk aan het boek van prof. G. Wisse over de drie ambten van Christus, een boek dat eigenlijk onmisbaar is voor iedere ambts- drager. De Heere maakt plaats voor de openbaring van de Middelaar aan het hart. Op Zijn tijd schenkt Hij Zich weg aan de zondaar die uitgewerkt en uitgebeden aan Zijn voeten ligt. Ralph Erskine zegt ergens: ‘Een werk dat te haastig gebeurt, blijkt zelden degelijk te zijn’.
In alles werkt de Heere aan op de eer van Zijn Naam. Dat moeten we ook goed beseffen. Het gaat uiteindelijk niet om het behoud van deze vrouw of van de andere Samaritanen die tot het geloof in Christus mochten komen. Het gaat in de eerste plaats om de verheerlijking van Gods aanbiddelijke deugden. De ont- moeting van Jezus met de Samaritaanse vrouw loopt uit op haar opwekking: ‘Komt, ziet een Mens Die mij gezegd heeft alles wat ik gedaan heb; is Deze niet de Chris- tus?’ (vers 29).
Wat een Gode verheerlijkend woord is dat geweest! De Samaritaanse vrouw is op het diepst vernederd, maar ze heeft de Heere Jezus in grote verwondering mogen aanprijzen in de stad Samaria.
Zijn Naam alleen de eer
God geve dat het ook in alle ambtelijk werk daar om mag gaan. We zitten er vaak zelf zo tussen en kunnen ook zo weinig kritiek verdragen. Wat is onze toorn dikwijls een onheilige toorn. Hoe- veel eigenliefde en zelf-bedoelen wordt vaak in ons gevonden. We zijn eerrovers Gods geworden; we zoeken zo vaak onze eigen eer. Het is een voorrecht als het anders mag zijn. Daar is genade voor nodig, en dan moet die genade ook nog in beoefening zijn. Opdat het oog mag zijn op Hem Die gezegd heeft: ‘Vader, Ik heb U verheerlijkt op de aarde; Ik heb voleindigd het werk dat Gij Mij gegeven hebt om te doen’ (Joh. 17:4). Dan zullen we onszelf er in het ambtelijke leven voor over krijgen. Dan moeten wij er tussen uit, maar dan kán het ook, dan mag het ook en begeren wij niets anders.
Het is waar als het gaat over het pas- torale gesprek: ‘Wie is tot deze dingen bekwaam?’ Maar nu is er bij de Heere te verkrijgen wat we zelf niet hebben. Hij geve ons in afhankelijkheid van Hem onze weg te mogen gaan, om zo tot zegen te zijn voor onze naaste en ook zelf te mogen delen in het goede van Zijn woning. Dan blijft er maar één ding over: ‘Zijn Naam moet eeuwig’ eer ontvangen!’
(slot)
Het kerkelijk werk is weer begonnen. Ambtsdragers gaan de huizen langs, in de hoop op een goede ontmoeting. Deze serie artikelen wil een handreiking zijn om te komen tot een geestelijk, pastoraal gesprek. Vandaag het zevende en laatste deel.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 november 2022
De Saambinder | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 november 2022
De Saambinder | 20 Pagina's