Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een biddend antwoord op de preek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een biddend antwoord op de preek

5 minuten leestijd

Het gebed krijgt in Hellenbroeks Vragenboekje niet meer dan zeven vragen. Dat is anders in zijn preken. Daarin krijgt het gebed ruime aandacht. Voor Hellenbroek vormt het gebed de ruggengraat van de persoonlijke godsdienstoefening. Hij moedigt zijn hoorders daarom aan tot een nauwgezet gebedsleven.

Heeft bidden zin? Achter die vraag kan een diepe verlegenheid schuilen. Hoort God wel, en ben ik het waard om gehoord te worden? Hellenbroek heeft weet van dergelijke verzoekingen. Voor alles weet hij van de God van de Bijbel als een levende, concrete werkelijkheid. Het gebed is daarbij zijn adem.

Gebedsonderwijs

Het gebed is voor Hellenbroek niet alleen het hart van de godsdienstige verplichtingen, het is ook een van de eerste uitingen ervan. Van Paulus wordt immers als eerste gezegd nadat hij stilgezet is, dat hij bidt.

In bijna alle preken die ik heb onderzocht, spreekt Hellenbroek over het gebed. Soms opent hij er zijn preek mee. Zo begint zijn preek over de gelijkenis van de tollenaar en de farizeeër met de pastorale vraag wat een gebed een echt gebed maakt. Het antwoord vindt hij in de gelijkenis: een echt gebed vindt plaats in geloof in de Messias. Het komt op uit een ootmoedige houding en gaat gepaard met liefde tot God en medemensen. Van dat alles bleek bij de farizeeër niets. Hoe anders was dat bij de tollenaar.

Behalve aan deze innerlijke gebedshouding, besteedt Hellenbroek ook veel aandacht aan de noodzaak van het gebed. Zo noemt hij het in de openingszin van zijn preek over Jona 1:6 het meest aangewezen middel in gevaren. De schipper, die geen persoonlijke genade kent, is daarin Jona tot een voorbeeld. Hellenbroek betreurt het dat veel hoorders echter hierin Jona volgen in plaats van de schipper. Ze zijn net als Jona slaperig in godsdienst en gebed. Hoorders moeten veel meer gebruikmaken van het voorrecht van het gebed.

Aanbod van genade

De hoorders zijn zelf verantwoordelijk voor het vervullen van hun godsdienstplichten. Onderdeel daarvan is een persoonlijk antwoord op de preek. Sommige hedendaagse discussies gaan over de plaats van het aanbod van genade in de prediking, en het antwoord dat daarop van hoorders wordt verwacht. In de tijd van Hellenbroek speelde deze discussie niet of veel minder. Wel is duidelijk dat voor Hellenbroek het aanbod van genade deel uitmaakt van de algemene of uitwendige roeping die in de prediking klinkt. Soms is hij daarin expliciet, bijvoorbeeld wanneer hij de Persoon van Jezus schildert in Zijn omgang met de melaatse in Mattheüs 8. Jezus is dan als Geneesheer heel dichtbij en bovendien bekwaam en gewillig tot genezing. Hellenbroek raadt zijn hoorders aan met hun onmacht tot Hem te komen. Het is daarbij belangrijk dat ze daarbij erkennen dat Jezus reinigen kan en wil. Hier blijkt een nauwe band tussen de aanbieding van de genade en het gebedsleven. Want juist dicht bij Jezus is het opvallend hoeveel licht Hellenbroek laat vallen op het gebed. Waar de melaatse zich voor Jezus neerwerpt, Hem aanbidt en Hem smeekt om genezing, moet dat de hoorders aansporen tot gebed. Dat is nuttig voor henzelf én voor anderen. Opvallend is de pastorale toon die Hellenbroek regelmatig kiest voor mensen die hun onreinheid ervaren. Die ervaring van onwaardigheid moet hun vrijmoedigheid niet wegnemen, maar hen juist aansporen om naar de fonteinen van Gods heil te gaan. De Heere zegent het gebed, zegt Hellenbroek, want wie bidt, ontvangt. Bidden is voor hem de Heere wel vrijlaten, maar niet loslaten. Wie hier niet bidt, is niet genoeg voorbereid op de hemelse heerlijkheid die uit voortdurende aanbidding bestaat.

Praktisch atheïsme

Blijft het gebed achterwege, dan dooft het geestelijk leven. Dat is een weerkerend thema bij Hellenbroek. Het verslappen in het gebed staat niet los van het materialisme dat Hellenbroek waarneemt in regentenkringen en dat hij ziet opkomen in andere maatschappelijke kringen. Voor hem gaat dat gepaard met zowel een wijkend besef van eeuwigheidsernst alsook van de God van de Bijbel als levende werkelijkheid. Waar de Bijbel van spreekt, wordt dan niet meer herkend in het gewone leven. Met enige regelmaat spreekt Hellenbroek daarvan als ‘praktisch atheïsme’: je leeft dan in de praktijk alsof God Zich niet met je leven bemoeit. Hellenbroek ziet het als een oordeel dat iemand met een slordige levenswandel over zichzelf afroept. Altijd roept hij dan op tot omkeer tot de levende God. Natuurlijk is de wedergeboorte waaruit die bekering opkomt het werk van de levende God. De Geest maakt de mens die eerst ‘weerstrevig, afkerig’ en onwillig was, gewillig. Toch gaat dit niet buiten de verantwoordelijkheid van de mens om.

Wenkend uitzicht

In een tijd waarin veel mensen spreken over de kloof tussen preek en praktijk kan Hellenbroeks spits op het gebed ons veel leren. Hij is overtuigd van de majesteit en het gezag van het Woord. Het is de enige kracht tot zaligheid. Zo wil God het, en zo werkt Hij.

De stem van Hellenbroek roept ons op ons te wenden tot dat Woord, en tot de God van dat Woord. Een hoorder hoeft niets van zichzelf te verwachten, maar alles van de Heere. Die verwachting laat niet werkeloos. Ze roept iedere hoorder op om zijn geluk niet in het hier en nu te zoeken, maar hierboven waar Christus is. God is machtig om te geven boven wat wij verdienen en boven bidden en denken. Dat het gepreekte woord daarbij om zelfverloochening vraagt, is niet erg. Want het gaat door lijden en minder worden tot heerlijkheid.

slot

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 oktober 2023

De Saambinder | 24 Pagina's

Een biddend antwoord op de preek

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 oktober 2023

De Saambinder | 24 Pagina's