Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verwarring rond de uitverkoop

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verwarring rond de uitverkoop

De consument heeft geen zekerheid meer"

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />

De uitverkoop-oude-stijl is afgeschaft. Dat wil zeggen: winkeliers zijn niet meer gebonden aan bepaalde periodes (rond 15 januari en 15 juli) maar mogen hun overtollige voorraden op elk gewenst moment van het jaar in de opruiming doen. En zo kon het gebeuren dat veel mode- en schoenenzaken de afgelopen weken alvast begonnen hun wintervoorraden stukje bij beetje, tegen sterk verlaagde prijzen, van de hand te doen.

Eén en ander is het gevolg van een richtlijn van het Openbaar ministerie die op 13 juli van dit jaar werd afgekondigd. In de Uitverkopenwet wordt bepaald dat een winkelier - afgezien van faillissementsuitverkopen twee maal per jaar opruiming mag houden, vanaf de donderdagen die het dichtst liggen bij 15 januari en 15 juli. Daaraan vooraf gaat een „stille periode" van zes weken waarin hij niet de schijn mag wekken met de uitverkoop bezig te zijn.

Die Uitverkopenwet is er nog steeds, maar ingevolge genoemde richtlijn hoeven overtredingen (die de laatste jaren schering en inslag waren) niet langer meer vervolgd te worden. Helaas kan nu al gezegd worden dat met het wegnemen van de beperkende regels de situatie er allerminst op vooruitgegaan is. Integendeel, de winkelier zal (vroegtijdig) gedwongen zijn z'n goederen tegen gereduceerde prijzen weg te doen, om de eenvoudige reden dat hij niet kan achterblijven bij de concurrent.

Ritme
Ook de consument plukt de wrange vruchten van de huidige toestand. Hij is nu eenmaal ingesteld op een bepaald ritme, houdt bij sommige aankopen haast intuïtief rekening met het feit dat bepaalde periodes in het jaar daar het meest geschikt voor zijn - als je een goede winterjas hebt maar je wilt toch een nieuwe kun je beter half januari je slag slaan dan eind november.

Er is ook een psychologische kant aan de zaak: de uitverkoop, met alles wat daarbij hoort - borden met doorstreepprijzen, het koortsachtig zoeken naar een jurk in een „afgeprijsd" rek of het gretig graaien in een bak met truien voor vijf gulden - heeft nu eenmaal een welhaast magische aantrekkingskracht.

De vraag is nu: moet je als consument maar niet rekenen op een massale opruiming in de textiel-, schoenen- en woninginrichtingsector en gewoon de incidentele aanbiedingen bijhouden? Of toch heimelijk hopen op januari, met de gedachte dat de winkeliers hun voorraden nu eenmaal kwijt moeten, wettelijke regeling of geen wettelijke regeling?

De heer F. J. Wijkhuizen, secretaris van het Nederlands christelijk ondernemersverbond (NCOV), is ervan overtuigd dat er, ondanks het feit dat de winkeliers nu min of meer de vrije hand gekregen hebben, toch nog van een soort uitverkoop sprake zal zijn, weliswaar niet strikt aan een bepaalde datum of periode gebonden.

„De voorjaarscollecties komen er straks weer aan, dat betekent gewoon dat de oude voorraad verkocht moet worden. Hoe langer de spullen in de winkel blijven staan, hoe groter de strop voor de winkelier. Ga maar na: als iets een halfjaar bewaard blijft betekent dat zo'n vijf procent renteverlies."

Schoon schip
De uitverkoop is een verschijnsel dat in een paar branches geldt: kleding, textiel, schoenen en woninginrichting. Sinds enkele jaren kunnen daar de fietsen aan worden toegevoegd, die ook, vanwege de kleur, aan mode onderhevig zijn.

Wijkhuizen: „De winkelier reageert nu eenmaal op het consumentengedrag en dat consumentengedrag is seizoensgevoelig. Er zijn culturele, maar ook biologische oorzaken voor aan te wijzen: als huisvrouw - en tegenwoordig ook als huisman - merk je dat je de kriebels krijgt als het voorjaar komt. En een winkelier krijgt er op een gegeven moment behoefte aan schoon schip te maken. Hij moet zijn voorraad opruimen, dat kan gewoon niet anders."

Het staat voor hem als een paal boven water: de afschaffing van de Uitverkopenwet is tegen het belang van de consument. „De zekerheid ontbreekt. Voor de oorlog had je de zogeheten vliegende winkels. Die hielden dan ineens opheffingsuitverkoop, vertrokken en vestigden zich ergens anders. De consument was elk spoor kwijt, men had totaal geen houvast meer.

Dank zij de Uitverkopenwet heeft de consument nu een zeker punt: er is een uitverkoop, dan wordt de voorraad vernieuwd en kunnen we koopjes halen. En dat is nog steeds de praktijk; schoenen en textiel zijn daar het schoolvoorbeeld van.''

Bedreiging
„De consument is dus de dupe van het buitenspel zetten van de wet, hij heeft geen zekerheid meer over wat er gebeurt en raakt elk richtingsgevoel kwijt. Maar ook de ondernemers, met name de kleinere, die toch al in een moeilijke positie zitten, krijgen er een nieuwe bedreiging bij.

Zeker in de overgangstijd kunnen de grotere zaken misbruik maken van hun positie en opruiming houden als een wapen in de strijd tegen de kleine ondernemer. Vooral wat betreft de communicatie heeft de laatste al minder mogelijkheden, denk maar aan al die paginagrote advertenties.

En het is natuurlijk niet zo dat een kleine winkelier, als hij ziet dat collega's met de uitverkoop gestart zijn, meteen van de ene op de andere dag opruiming kan gaan houden. Zoiets moet toch wel zo'n tien dagen van tevoren geregeld worden, er zit een hele administratieorganisatie achter. Een verkoopster kan natuurlijk niet zomaar op eigen houtje een kledingstuk gaan afprijzen, stel je voor!"

De Uitverkopenwet werd in het verieden herhaaldelijk overtreden: men begon al vóór de officiële datum de artikelen tegen sterk verlaagde prijzen te verkopen (waarbij soms, heel slim, termen als uitverkoop of opruiming werden vermeden) terwijl ook de stille periodes (zes weken voor de uitverkoop mag men niet de schijn wekken reeds met de opruiming bezig te zijn) niet helemaal in acht werden genomen.

Enquête
Hoe ontevreden de winkeliers dus ook waren met die situatie, dat betekent allerminst dat ze het laten vieren van de teugels toejuichen. Een enquête die het NCOV heeft gehouden onder aangesloten schoenwinkeliers laat wat dat betreft weinig aan duidelijkheid te wensen over. Ze zijn nagenoeg allemaal vóór het handhaven van de Uitverkopenwet, willen de opruiming alleen wat langer laten duren, bijvoorbeeld heel januari en juli.

Maar zelfs al ben je vóór opheffen van de Uitverkopenwet dan nog had het allemaal nooit zo mogen gaan als het nu gegaan is, vindt Wijkhuizen. „De Uitverkopenwet is er gewoon nog, en de officier van Justitie bestaat het om tegen z'n collega's te zeggen: Stop het vervolgingsbeleid. Dat is toch de waanzin ten top? En dan te bedenken dat de Tweede Kamer nauwelijks reageert. . . Ook hieruit kun je zien dat er een maatschappelijke chaos aan de gang is."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 december 1983

Terdege | 56 Pagina's

Verwarring rond de uitverkoop

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 december 1983

Terdege | 56 Pagina's