Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

LUISTEREN NAAR WAT NIET GEZEGD WORDT - 5

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LUISTEREN NAAR WAT NIET GEZEGD WORDT - 5

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Er is een prediking waarin niet veel of misschien wel helemaal niets gezegd wordt over Gods verkiezing. Ook niet over de verdorvenheid van de mens. En evenmin over de noodzaak van de nieuwe geboorte. Hoe komt dat? Is de Bijbel dan niet heel duidelijk ten aanzien van deze dingen? Worden op deze manier niet bepaalde passages van de Bijbel terzijde geschoven en is dat in feite ook niet een vorm van Schriftkritiek?

Ik denk dat deze conclusie onontkoombaar is. In ieder geval wordt geen recht gedaan aan de gehele openbaring Gods. Dat blijkt ook wel als we bedenken dat de prediking die op de genoemde punten mank gaat, ook ten aanzien van andere onderdelen van Gods openbaring verstek laat gaan. Ik noem er in dit artikel nog drie.

Gods wet

Weinig aandacht wordt gegeven aan Gods heilige wet. Zeker aan de wet in haar ontdekkende functie: de wet als kenbron van onze ellende, zoals we daarover geinformeerd worden in Zondag 2 van de Heidelbergse Catechismus en zoals ook de apostel Paulus er op diverse plaatsen in zijn brieven over heeft geschreven. Als God door Zijn Geest een zondaar gaat overtuigen van zijn zondig bestaan dan hanteert Hij daarbij Zijn eigen wet. Dan wordt die mens gewaar dat hij tegen die wet heeft overtreden. Hij heeft immers gedaan wat verboden was en nagelaten wat geboden was. En daardoor is hij zondaar; staat hij schuldig; ligt hij onder het oordeel; heeft hij straf verdiend.

Ja, inderdaad, deze ontdekkende en zonde-aanwijzende functie heeft Gods wet. Zo moet die wet dan ook gepredikt worden. Is het niet nodig om als zondaar ontmaskerd te worden? Moeten we niet gaan inzien dat we verloren zijn en onszelf niet kunnen redden? Hoe zullen we anders de redding die er in Christus is, ooit gaan waarderen en nodig krijgen?

Nu zult u ongetwijfeld ook wel eens gehoord hebben dat gezegd wordt dat we pas echt onze zonden leren kennen op Golgotha. Bedoeld is dan dat door te zien op wat de Heiland aan het kruis onderging en droeg pas echt onze ogen geopend worden voor wie we zelf zijn. Ik zal niet ontkennen dat ook het lijdensevangelie ons de diepten van onze schuld onthult. Maar waar gaat het op Golgotha dan over? Waarom moest de Heere Jezus zo zwaar lijden? Wat bezoekt God daar aan Hem?

Op Golgotha gaat het immers ook om Gods wet? Gods wet is geschonden, gebroken. En die wet moet gehandhaafd worden. Dat nu doet God als Hij Zijn Zoon onder het oordeel doet doorgaan. Aan Hem bezoekt God de overtredingen tegen de wet begaan door Zijn volk. Het kruis op Golgotha is de boodschap van het Evangelie, natuurlijk. Maar dat kruis boodschapt niet minder de ernst van de wet, die genoegdoening eist. Daarom houdt die opmerking dat een mens bij het kruis zijn zonde leert kennen en niet door de wet geen stand. Er is geen tegenstelling tussen de wet zoals we die horen afkondigen op de berg Sinaï en de wet zoals we die gehandhaafd zien op de heuvel Golgotha. En het blijft waar, dat door de wet de kennis der zonde is.

Maar deze dingen worden lang niet altijd eerlijk gezegd. Vaak wordt de wet aan de mensen onthouden. Met als gevolg dat we over wat zonde is al gemakkelijker gaan oordelen. En tevens met als gevolg dat wat dan voor geloof wordt gehouden erg oppervlakkig van aard wordt.

Gods heiligheid

Met het voorafgaande hangt onlosmakelijk samen dat ook Gods heiligheid onderbelicht blijft. Dat God heilig is en daarom in de Bijbel wordt voorgesteld als een verterend vuur bij wie niemand wonen kan; dat Hij zo rechtvaardig is dat Hij de zonde geenszins ongestraft kan laten en de schuldige geenszins onschuldig zal houden - dat zijn elementen waar veelal ook over gezwegen wordt. Met als gevolg, dat er van de God, zoals Hij Zich in Zijn Woord heeft geopenbaard, een vertekend beeld ontstaat. Een zeer eenzijdig beeld.

God wordt vooral voorgesteld als een liefdevol Vader, die Zijn kinderen altijd zal verzorgen. Hij heeft begrip voor hun zwakheden en rekent hen die niet aan. Daarom mogen zij altijd weer bij Hem terugkomen en in Zijn liefde delen. En als het gaat over de deugden Gods dan zijn het vooral Gods liefde en goedheid en geduld en genade, die de aandacht krijgen.

Natuurlijk, God is liefde. En God is vol van genade en barmhartigheid. Natuurlijk is de Heere groot van goedertierenheid en zondaren worden door Hem ontvangen. Dat zijn kostbare evangelie-waarheden, die we met grote dankbaarheid mogen verkondigen en horen verkondigen. Maar we mogen niet menen dat daarmee alles gezegd is wat de Heere van Zichzelf zegt. Ook die andere deugden - die van Zijn heiligheid en rechtvaardigheid en gestrengheid - worden genoemd en dienen daarom gepredikt te worden. Anders zijn we bezig God ons anders voor te stellen dan Hij wil dat wij Hem zullen kennen. Ons ‘Godsbeeld’ wordt dan een eigengemaakt beeld en dat is net zo goed zonde tegen het tweede gebod van Gods wet als de zonde die Israel bedreef toen ze dansten rondom het gouden kalf.

Er is wel eens gezegd dat het beeld van de heilige God, die toornt tegen de zonde typisch iets van het Oude Testament is. Maar nu, na de komst en het werk van de Heere Jezus, komen we God juist tegen als een verzoend God, vol van liefde en genade. Ook deze bewering houdt geen stand. Natuurlijk niet. Lezen we niet in het slot van Hebr. 12, dat onze God een verterend vuur is? Is er in het boek Openbaring niet juist sprake van de toorn van het Lam?

Het zal nodig zijn om God eerlijk voor te stellen. Hoe zullen we Hem anders ooit recht leren kennen? Daarom kan de conclusie geen andere zijn dan: Als bepaalde aspecten van het wezen Gods verwegen worden, hoe zal Hij dan echt gekend worden?

Gods gericht

Als God de heilige en rechtvaardige God is, dan vloeit daar uit voort - zie maar in Zondag 4 van de Catechismus - dat Hij de zonde bezoekt en straft en dat Hij de zondaar met Zich in het gericht betrekt. En over dat gericht spreekt Gods Woord herhaaldelijk. Dat gericht, waar de scheiding tussen mensen zich zal voltrekken: schapen en bokken gaan uiteen. Dat gericht, waar de schuldige zondaar veroordeeld wordt en de in Christus geborgen zondaar wordt vrijgesproken. Dat gericht dat uitloopt op eeuvyig wee of eeuwig wel. En dat gericht, dat aan het eind van ons aller leven staat maakt ons leven zo geweldig ernstig.

Die ernst dient dan ook door te klinken in de prediking. Gods Woord, mits recht verkondigd, plaatst ons al voor dat gericht. Het Woord oordeelt ons; het veroordeelt ons of het spreekt ons vrij. Daarom moet de rechte prediking ook onderscheiden. Als de Bijbel spreekt over wijze zowel als dwaze maagden en over een wijze, zowel als een dwaze bouwer, dan is geen enkele prediker gerechtigd om te doen alsof zijn gehoor bestaat uit enkel wijzen. Doet hij dat wel, dan haalt hij de ernst van het gericht uit zijn boodschap. Het is immers zijn opdracht om de rechtvaardige te zeggen dat het hem wel zal gaan, maar tegelijk de goddeloze te vertellen dat het hem kwalijk zal, tenzij hij zich bekeert...

Het preken van Gods Woord is wel eeuwigheidswerk genoemd. Terecht. En het mag best gevoeld worden in de gemeente dat we door de prediking voor Gods aangezicht gesteld worden en dat de ultieme vraag ons gesteld wordt: Hoe zult gij rechtvaardig verschijnen voor God? Om dan ook de twee mogelijkheden in alle duidelijkheid voor te stellen: eeuwig wel en eeuwig wee.

Maar, ook nu moet weer met verdriet geconstateerd worden, dat veel prediking op dit punt zeer tekort doet aan Gods openbaring. En aan heel wat mensen wordt deze eeuwigheidsernst onthouden.

Misschien heeft die en gene bij het lezen van wat tot nog toe in deze serie artikelen geschreven is, de vraag gesteld: Is er ook niet een andere kant? Is er ook niet een geheel ander soort prediking waarin ook de nodige dingen ontbreken, zodat we daar ook moeten luisteren naar wat niet wordt gezegd? Dat is zeker het geval en daar zullen we ook op ingaan. Een volgende keer dan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 2002

Bewaar het pand | 8 Pagina's

LUISTEREN NAAR WAT NIET GEZEGD WORDT - 5

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 2002

Bewaar het pand | 8 Pagina's