Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Lessen uit de Levensbron (6)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Lessen uit de Levensbron (6)

Zelf doen!

4 minuten leestijd

Er is nog een leerzame les te leren uit de preek van prof. Lengkeek over Zondag 2 van de Heidelberger Catechismus. In de toepassing, die volgt na het zingen van de tussenzang Psalm 51:1, zei hij ondermeer het volgende:

Waar evenwel de Geest van de Heere zaligmakend de zondaar bearbeidt, daar zal er een werkzaamheid komen om de straf op de zonde te ontgaan en wederom tot genade te komen. Hoe wordt de ziel uitgedreven naar de wet! Hoe tracht de wedergeborene te voldoen aan het heilige gebod des Heeren! En, om verlost te worden van de toekomende toorn en om de Heere te behagen, door Hem te dienen in overeenstemming met Zijn heilige wil, die de ziel kent in zijn rechtvaardigheid, heiligheid en goedheid. Wat wordt er gewerkt….!

Werken der wet

Menig kind van God zal zich hierin herkennen. Als de liefde van God wordt uitgestort, komt er een werkzaam leven. Jawel…, door de liefde gedreven. Maar wat zijn die beginnende liefdeswerken gemengd met onkunde en zelfbehoud. Er komt een breuk met de zonden. Er komt een drang om tot eer van God te leven. Er komt een leven van goede werken. Wie wedergeboren wordt, krijgt een vermaak in Gods dag en de prediking van het Woord. Er komt een gebedsleven wat er eerst niet was. Gods Woord ligt dikwijls open en er ontstaan werkzaamheden met het Woord.

In de binnenkamer worden de zonden beleden en beweend. Er komt een droefheid naar God die een onberouwelijke bekering tot zaligheid werkt.

De Psalmen doen zo’n kracht en maken het hart week en gevoelig.

Wat is het alles toch anders geworden. Er is een tijd aangebroken dat zo’n begenadigd mensenkind van kracht tot kracht lijkt voort te gaan in dat werkzame leven.

Ja waarlijk: Wat wordt er gewerkt!

Zalige mislukking

Maar wat heeft prof. Lengkeek nog meer gezegd?

Maar het baat niet. Ja toch, het baat wel, maar anders dan de ziel zich voorstelt. In plaats van beter wordt het slechter. In plaats van rechtvaardiger onrechtvaardiger. In plaats van heiliger afkeriger. In plaats van dichter bij het heil er verder van af. Wat een gewaarwording!

Hoe waar is dat. Zie het bij de bloedvloeiende vrouw, die we onder andere tegen komen in Markus 5:25-34. Wat gebeurde er met haar toen ze ziek werd en elke dag bloed verloor? Wat deed ze toen ze zich steeds zwakker voelde worden en daarmee de dood dichterbij kwam?

Ze ging van de ene arts naar de andere arts. Overal zocht ze genezing. Wat een werk heeft die vrouw niet gedaan om van haar ziekte, die als een gesel in haar leven was, verlost te worden. Maar het báátte niet!

Er staat van haar werken geschreven, dat ze veel geleden had van vele medicijnmeesters, en al het hare daaraan ten koste gelegd en geen baat gevonden had, maar met welke het veeleer erger geworden was.

Dat is inderdaad een gewaarwording.

Maar het is zo zalig om dat te leren. Nee, het is niet aangenaam als de Heilige Geest onze werken bij de handen gaat afbreken en laat zien dat onze aangename gestalten ons niet zalig kunnen maken.

Het is zo zalig om de leren: Het gebod dat ten leven was, hetzelve is mij ten dood bevonden.

In het paradijs was het gebod inderdaad ten leven. Toen kon de mens gehoorzamen aan Gods liefdesbevel: Doe dat en gij zult leven!

Maar zo is het niet meer.

Door de werken van de wet kan geen mens gerechtvaardigd worden. Wat heeft Christus door Zijn Woord en Geest toch een werk om een zondaar aan het einde van de wet te brengen.

Christus alleen

Het einde van de wet is Christus. Daar zal de Geest altijd op aanwerken in het zuivere geloofsleven. Wijlen ds. W.F. Laman begon één van zijn preken zo treffend met de volgende woorden:

Het was: ik en dan Hij!

Het werd: Hij en dan ik!

Doch nu is het: Hij alleen!

Zalig die zondaar die het leren mag. Die zal met Paulus kunnen getuigen:

Want ik ben door de wet der wet gestorven, opdat ik Gode leven zou.

Ik ben met Christus gekruist; en ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij; en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons Gods, Die mij liefgehad heeft en Zichzelven voor mij overgegeven heeft (Galaten 2:19,20).

Jezus, niet mijn eigen kracht,

Niet het werk, door mij volbracht,

Niet het offer, dat ik breng,

Niet de tranen, die ik pleng,

Schoon ik ganse nachten ween,

Kunnen redden, Gij alleen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 2023

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Lessen uit de Levensbron (6)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 2023

Bewaar het pand | 12 Pagina's