Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbesprekingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbesprekingen

4 minuten leestijd

Giles Firmin, Getrokken tot Christus, Een puriteinse visie op het plaatsmakende werk en de geloofsvereniging met Christus, Brevier - Kampen, 320 blz., 2020, € 29,90.

Giles Firmin (1613/14-1697) zal voor velen een onbekende predikant zijn. In eerste instantie heeft Firmin medicijnen gestudeerd in Cambridge (Engeland). Zoals zoveel puriteinen is hij naar Nieuw-Engeland (Noord-Amerika) getrokken. Hij heeft daar gewerkt als arts en is in 1644 teruggekeerd naar Engeland, waarna hij in 1648 predikant is geworden. ’Getrokken tot Christus’ (Engelse titel ’The Real Christian’) is zijn eerste werk dat onlangs in het Nederlands vertaald is.

De inhoud van dit boek kan het beste samengevat worden met de volledige titel van het boek, die in vertaling luidt: ’De ware christen, of een traktaat over de krachtige roeping, waarin het werk van God in het trekken van de ziel tot Christus wordt geopend overeenkomstig de Heilige Schrift; enige zaken, die door onze recente godgeleerden vereist worden als noodzakelijk voor een rechte voorbereiding voor Christus en een ware vereniging met Christus, welke veel moeite voor sommige ernstige christenen veroorzaakt hebben en nog steeds veroorzaken, met gepast respect voor deze waardige mannen, worden gebracht in de weegschaal van het heiligdom, daar gewogen en dienovereenkomstig beoordeeld’.

In dit boek beschrijft Firmin de krachtdadige of inwendige roeping waardoor een zondaar bekeerd en tot Christus wordt getrokken. In de Inleiding stelt hij dat er theologen zijn die voor belaste en gekwelde zielen struikelblokken leggen op weg naar de vrijstad. Hiermee bedoelt hij voornamelijk Thomas Hooker (1586- 1647) en diens schoonzoon Thomas Shepard (1605-1649), die hij in Nieuw-Engeland had leren kennen. Het betreft bepaalde uitdrukkingen in de ook onder ons bekende boeken ’De ware zielsvernedering en heilzame wanhoop’ en ’De gezonde gelovige’. Firmin is het onder andere niet eens met het daarin gestelde dat de verootmoediging zo ver moet gaan dat de zondaar niet alleen het eeuwig oordeel verdiend heeft, maar dat hij er ook tevreden mee moet zijn. Volgens de auteur is dit een voorwaarde die Christus en Zijn discipelen nooit hebben geëist (p. 168). Hij noemt het zelfs een vreselijke voorwaarde (p. 172). Firmin citeert ook uit correspondentie die hij met Shepard had. Overigens achtte hij Hooker en Shepard hoog. Hij noemde hen ’heilige mannen’ (p. 154) en ’hun heiligheid en talenten acht ik zeer hoog’ (p. 141). Op verschillende plaatsen in het boek stemt hij bij andere onderwerpen van harte met Hooker en Shepard in. Overigens plaatst Firmin ook kanttekeningen bij het gestelde door de bekende W. Perkins (1558- 1602) dat God gediend moet worden al ware er geen hemel tot beloning en hel tot straf (p. 301 e.v.).

In het ’Woord vooraf’ wordt het onderwerp ingeleid door dr. P.L. Rouwendal. Hij wijst erop dat ds. Jac. Koelman (1632-1695; de op p. 11 genoemde jaartallen zijn onjuist), als vertaler van het boek van Hooker, in een uitgebreide voorrede ook afstand van genoemde opvatting heeft genomen. Koelman noemt in dit voorwoord ook Firmin. Blijkbaar had hij zijn, destijds alleen in het Engels verkrijgbare, boek, gelezen; veel opmerkingen komen overeen. Rouwendal laat duidelijk blijken dat hij de argumenten van Firmin van harte onderschrijft. In dit verband haalt hij de bekende dichtregels van H. Witsius (1636-1708) aan: ’Zijt Ge met mijn doem gediend? Zoek Uw eer, ik heb ’t verdiend’. Volgens hem worden die ook nu nog ten onrechte gebruikt. Uit het verband blijkt volgens hem ’dat Witsius niet wilde zeggen dat een waarlijk verootmoedigde het hoofd op het blok legt en niet meer om genade vraagt, maar integendeel, dat zo iemand nog smeekt om Gods gunst, al erkent hij dat God rechtvaardig is als Hij hem die gunst niet wil schenken’ (p. 16). Het lijkt me dat met deze ’uitleg’ deze versregels onder ons gebruikt zijn/worden. Dit geheel in overeenstemming met Vraag 12 van de Heidelbergse Catechismus: ’Aangezien wij dan naar het rechtvaardig oordeel Gods tijdelijke en eeuwige straf verdiend hebben, is er enig middel, waardoor wij deze straf zouden kunnen ontgaan en wederom tot genade komen?’ Onze oprechte wens is dat dit zielsbevindelijk gekend mag worden/zijn, om in die weg de rijkdom van het Evangelie in Christus bij God vandaan ontsloten te krijgen.

Dit is een interessant boek voor degenen die belangstelling hebben voor de, in dit geval verschillende, zienswijzen van puriteinen. Het lezen en bevatten vereist soms wel enige inspanning.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 augustus 2020

De Wachter Sions | 16 Pagina's

Boekbesprekingen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 augustus 2020

De Wachter Sions | 16 Pagina's