Als leden lijden
In onze kerkelijke gemeenten wordt veel vrijwilligerswerk gedaan. Ook jij kent daar vast wel voorbeelden van. Hier in Gouda is Huize Winterdijk. Meer dan honderd vrijwilligers zetten zich daar een of meerdere keren per week in voor onze medemensen. ’t Is maar één voorbeeld van het zeer vele dat overal gedaan wordt.
Er gebeurt ook veel dat niet bij anderen bekend is. Een moeder kookt dagelijks meer eten dan voor haar gezin nodig is. Ze laat ook wat brengen bij een eenzame, oude man. Een ander gaat dagelijks even kijken bij buren die hulpbehoevend zijn. Doet wat nodig is. Inderdaad, gewoon dóen. Alsof het vanzelfsprekend is. Is iemand ziek of in rouw? Zijn er problemen? Een kaartje met hartelijke, meelevende woorden. Dat doet zó goed.
Daarnaast wordt in steeds meer gemeenten de kerkelijke vrijwilligershulp georganiseerd. Gerichte en structurele aandacht voor ouderen, zieken, hulpbehoevenden. Het gebeurt allemaal. Ook door jongeren. Hartverwarmend.
Als één lid lijdt …
De apostel Paulus vergelijkt in 1 Korinthe 12 de christelijke gemeente met een menselijk lichaam. Ieder lid heeft in dat lichaam een eigen, onmisbare en door God gegeven taak. Samen vormen de verschillende leden één lichaam, één gemeente. Prachtig beeld!
En wat zegt hij dan in vers 26: En hetzij één lid lijdt, zo lijden al de leden mede.
De kanttekening legt het zó uit: ”Die leden tonen met hun daden dat het lijden van de andere leden hen ook aangaat. En zij doen er alles aan om het lijdende lid van het lijden te bevrijden. Zo moeten ook doen de leden der gemeente.”
Die woorden komen op mij af. Ze doen mij vragen: Kan ik niet iets méér doen? Ben ik niet iemand vergeten?
Als je zélf bij erge en verdrietige dingen dat hartelijk meeleven krijgt, word je daar stil van. Dat die mensen de moeite willen nemen om met ons mee te leven en ons te troosten. Dat voelt in je hart zó warm. Dan voel je ook de warmte onderling in een kerkelijke gemeente.
Ook aandacht voor andersdenkenden
Maar ik weet dat er ook aandacht is voor mensen búiten onze gemeente. De alleenstaande, oude man die ik hierboven noemde, of die hulpbehoevende buren kunnen onkerkelijk zijn. Je kunt in het algemeen bejaardenoord dichtbij ook mensen blij maken. De eenzaamheid is groot. Misschien wel vooral omdat men niet bij een kerkelijke gemeente aangesloten is.
Gods Woord vraagt verschillende keren aandacht voor ’degenen die buiten zijn’ of degenen ’die het woord ongehoorzaam’ zijn. Daar komt bij dat zij door onze daden gewónnen kunnen worden. Dat staat in 1 Petrus 3 vers 1. De kanttekening bij ’gewonnen’ is treffend. Ik vat het eenvoudig samen. ”Dat is, tot Christus bekeerd worden. Niet dat het goed leven zonder woord genoeg is om de mens te bekeren of tot het geloof te brengen. Want dat doet de Heilige Geest door het Woord alleen.
Maar zulke mensen kunnen door onze goede wandel een goed gevoel krijgen van dat Woord en van de godsdienst die wij belijden. Zij kunnen zelfs een begeerte krijgen om dat Woord ook te horen en zichzelf door Gods genade daarnaar te richten.”
Veelzeggende woorden …
Ondernemers
Tegelijk weten we wat in Galaten 6 vers 10 staat: Zo dan, terwijl wij tijd hebben, laat ons goed doen aan allen, maar meest aan de huisgenoten des geloofs. Kanttekening: ”Aan deze zijn wij meer verbonden, en het zou onbehoorlijk zijn, dat (degenen) die tot één huis behoren, elkander honger en gebrek zouden laten lijden.”
In dit verband denk ik ook aan winkeliers en andere ondernemers (met hun werknemers) die het heel moeilijk kunnen hebben door de overheidsmaatregelen in deze coronatijd. Elk mens heeft de Bijbelse plicht om te werken (als hij daartoe in staat is). In 2 Thessalonicenzen 3 vermaant Paulus de gemeente dat zij met stilheid werkende, hun eigen brood eten. Hij bedoelt het brood, dat zij met eigen en eerlijke arbeid verkregen hebben.
En als je nu door de coronamaatregelen (of andere omstandigheden) je werk niet (voldoende) kan doen?
Met biddag zijn we gewend Psalm 144 te lezen. Daarin wordt aan de Heere eerbiedig gevraagd: Dat onze winkels vol zijnde, den enen voorraad na de anderen uitgeven.
En als nu de voorraden zich ophopen?
Men doet er álles aan om tóch het brood te verdienen en het personeel aan het werk te houden Maar als de inkomsten tóch drastisch afnemen en het voortbestaan van het bedrijf in gevaar komt?
Stil verdriet.
Lijdende leden.
En hetzij één lid lijdt, zo lijden al de leden mede.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 mei 2021
De Wachter Sions | 16 Pagina's