Een weg van behoud voor gevallen engelen?
Vanuit de kring van de catechisanten kwam er een vraag naar voren. Adam is gevallen. God heeft voor de gevallen méns in Zijn Zoon een weg tot behoud geopend. Hoe komt het dat er voor de gevallen engelen géén weg tot behoud is? In dit artikel gaan we eerst in op de schepping en de val van de engelen. Daarna geven we antwoord door het noemen van een aantal motieven waarom de mens wel, en de duivel niet meer zalig kan worden.
De schepping van de engelen
De engelen zijn waarschijnlijk geschapen op de eerste dag van de week. Die schepping vond plaats ná de schepping van de hemel, hun verblijfplaats. Van de hemel staat dat zij geschapen werd in den beginne. Ook Job 38:4 en 7 wijzen op die eerste dag: Waar waart gij toen Ik de aarde grondde? Geef het te kennen, indien gij kloek van verstand zijt (vers 4). Toen de morgensterren tezamen vrolijk zongen, en al de kinderen Gods juichten (vers 7). In ieder geval zijn de engelen geschapen bínnen de zes scheppingsdagen: Want in zes dagen heeft de HEERE den hemel en de aarde gemaakt, de zee, en alles wat daarin is (Éxodus 20:11a).
Engelen zijn, net als de mens, geschapen naar Gods beeld. Het is van groot belang om dit bij deze vraagstelling op te merken. Alle engelen zijn geschapen met een vrije wil en vrije wilskeuze.1 Verder zijn ze allen tegelijk geschapen. In één ogenblik werden alle engelen geschapen. Bij de mensen is sprake van voortplanting, maar omdat de engelen noch man, noch vrouw kennen (Matth. 22:30 en Mark. 12:25), is er geen sprake van groei van hun aantal, en moeten zij dus in één moment allen geschapen zijn.
Alle engelen, zoals ze geschapen werden, werden kinderen Gods genoemd. Als God in het gesprek met Job wijst op het ontstaan van de wereld, lang voordat Job bestond, noemt Hij de engelen morgensterren en kinderen Gods (zie de teksten hierboven). De heerlijke staat waarin alle engelen verkeerden, wordt door Jezus benoemd in Matthéüs 18:10: Ziet toe dat gij niet een van deze kleinen veracht; want Ik zeg ulieden, dat hun engelen in de hemelen altijd zien het aangezicht Mijns Vaders, Die in de hemelen is. Is er iets heerlijkers dan om altijd Gods vriendelijk aangezicht te mogen zien? Het zal het deel zijn van alle staande gebleven engelen en van de gezaligden in alle eeuwigheid. Maar het was het deel van álle engelen vóór hun val!
De val van de engelen
Net als de mens, werden de engelen valbaar geschapen. Zij hóefden niet te vallen. Zij kónden staande blijven. Er was, net als bij Adam in de staat der rechtheid, geen enkele noodzaak om te zondigen. De val van mens en engel is moedwillig en vrijwillig en daarom boosaardig geweest. De mens is gevallen door de verleiding van satan, een gevallen engel. Vóórdat de mens viel, is dus een deel van de engelen gevallen. Omdat de engelen met een vrije wil en een vrije wilskeuze zijn geschapen, is elke engel op eigen initiatief, door eigen schuld, voor eigen rekening van God afgevallen. We zouden in het natuurlijke leven zeggen: elke gevallen engel is hoofdelijk aansprakelijk.
Wat gebeurde er nu eigenlijk bij de val van de engelen? De apostel Judas zegt van de val van de engelen dat zij hun beginsel niet bewaard hebben (Judas:6). Dat betekent dat zij hun oorspronkelijke staat, geschapen naar Gods beeld en de hemelse gelukzaligheid genietend, hebben losgelaten. Jezus omschrijft in Johannes 8:44 eveneens de val van de engelen. Gij zijt uit den vader den duivel, en wilt de begeerten uws vaders doen. Die was een mensenmoorder van den beginne, en is in de waarheid niet staande gebleven; want geen waarheid is in hem. Wanneer hij de leugen spreekt, zo spreekt hij uit zijn eigen; want hij is een leugenaar en de vader derzelve leugen.
Toen de engelen dus geschapen werden, stonden alle engelen in de waarheid. God heeft alle engelen in aanraking gebracht met de waarheid, de werkelijke stand van zaken, namelijk dat alle schepselen aan God onderworpen zijn.2 De engelen kregen allen dat inzicht. Nu moesten de engelen deze feiten, deze stand van zaken, ook accepteren. Zij moesten het zelf ook willen. Met andere woorden: God plaatste hen in de waarheid, maar zij moesten die plaats ook van harte en gewillig accepteren. Het is de vál van satan geweest, dat hij God als zijn Meerdere niet heeft aanvaard. Hij accepteerde de geschapen werkelijkheid niet, en bedacht in zijn geest een onware, een niet-bestaande, een leugenachtige werkelijkheid. Hij had een afkeer van de geschapen werkelijkheid en koos voor een leugenachtige werkelijkheid. Zó is hij niet in de waarheid staande gebleven, maar heeft dit beginsel verlaten, en is gekomen in een staat van leugen. Daarom wordt satan ook wel de vader der leugen genoemd.
Antwoorden op de vraag
Engelen zijn dus net als de mensen gevallen. Terug naar de vraag: Hoe komt het dat er voor de gevallen engelen géén weg tot behoud is?
1. Allereerst moeten we, ook bij dergelijke vragen, Gods soevereiniteit betrekken. Uiteindelijk gaat de raad en het welbehagen van God aan alle dingen vooraf. Die van den beginne aan verkondig het einde, en vanouds af die dingen die nog niet geschied zijn; Die zegt: Mijn raad zal bestaan en Ik zal al Mijn welbehagen doen (Jes. 46:10).
2. Ds. B. Smijtegelt (1665-1739) schrijft ergens3 dat de zonde van de engelen groter was dan de zonde van Adam. Adam verkeerde in een weliswaar volmaakte schepping, maar de engelen verkeerden in de directe tegenwoordigheid van God. Daarnaast was de zonde van de engelen groter, omdat deze uit hun eigen geest voortkwam, terwijl Adam tot de zonde is verleid.
3. In Zondag 5 van onze Heidelbergse Catechismus wordt gezegd, dat geen gewoon schepsel de last van de eeuwige toorn van God kan dragen. Dat geldt voor de gevallen mens. Dat geldt ook van de gevallen engelen.
4. Een vierde belangrijke reden is ook de volgende. We hebben gezien dat de engelen hoofd voor hoofd geschapen werden, en dat de engelen hoofdelijk aansprakelijk waren voor hun daden. God had de méns echter geschapen en gesteld in een verbónd, het werkverbond. Ál de nakomelingen van Adam waren in Adam begrepen. Daarom zegt de Bijbel, dat de zonde door één mens in de wereld is gekomen en dáárdoor, dus door die ene daad, tot alle mensen is doorgegaan (lees Romeinen 5:16-19). Dit geldt ook van de genade en de verzoening door de Heere Jezus. Hij is het Hoofd van het genadeverbond. Als Hoofd van het genadeverbond stond Hij in de plaats van ál de uitverkorenen, die in het genadeverbond zijn opgenomen. Toen Híj de straf droeg als Hoofd van het verbond, verzoende Hij daarmee alle zonden van alle uitverkorenen die in Hem werden gerekend. Dat is de betekenis van de woorden uit 1 Korinthe 15:21-22: Want dewijl de dood door een mens is, zo is ook de opstanding der doden door een Mens. Want gelijk zij allen in Adam sterven, alzo zullen zij ook in Christus allen levend gemaakt worden.
Nu de engelen. Zij hebben nooit in een verbond met God gestaan. De engelen stonden hoofd voor hoofd. De engelen vielen daardoor ook hoofd voor hoofd. Voor élke engel zou dus een afzonderlijk offer voor de zonde moeten worden gebracht. Voor élke gevallen engel zou dus een andere engel die staande gebleven is, moeten sterven. Je begrijpt dat dit niet mogelijk is. Hier geldt echt: De ziel, die zondigt, die zal sterven (Ezech. 18:20). Daarom is het onmogelijk dat de gevallen engelen ooit met God verzoend kunnen worden. Het oordeel voor de gevallen engelen is dan ook een eeuwig oordeel (Judas:6).
Twee slotopmerkingen
1. Het oordeel voor de gevallen engelen is eeuwig. God had rechtvaardig datzelfde oordeel uit kunnen spreken over álle mensen. Over u, over jou, over mij. Wat is het ook in dat licht een onbegrijpelijk wonder dat het God behaagd heeft uit het gevallen menselijk geslacht een ontelbare schare te verkiezen tot de zaligheid en het middel daartoe te verordenen. Zijn eniggeboren Zoon, onze Heere. Is het ook voor ons tot verwondering?
Maar wat legt het ook een grote verantwoordelijkheid op ieder van ons. Als we verloren gaan, zullen we niet alleen eeuwig de beschuldiging hebben van Gods wet, van ons geweten en van zovelen meer, maar ook van de duivelen. Voor óns was er een Weg tot behoud, voor hen niet!
2. We noemden hierboven een van de motieven die ds Smijtegelt aanvoert. De zonde van de engelen is groter dan de zonde van de mens. Er zijn redenen waarom hij dit zei. Toch zal een door Gods Geest ontdekte zondaar het Smijtegelt niet zo snel gewonnen geven. Hij zegt het de apostel na:
Dit is een getrouw woord en alle aanneming waardig, dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om de zondaren zalig te maken, van welke ik de voornaamste ben. Maar daarom is mij barmhartigheid geschied, opdat Jezus Christus in mij, die de voornaamste ben, al Zijn lankmoedigheid zou betonen, tot een voorbeeld dergenen die in Hem geloven zullen ten eeuwigen leven (1 Tim. 1:15-16). Kanttekening 41 bij het woord ‘voorbeeld’ is een zeer moedgevende kanttekening. Daarom sluiten we hiermee af. ‘Of: exempel, namelijk dat niemand, hoe grote zondaar hij ook is, behoeft te mistrouwen de genade Gods, zo hij maar tot Christus door het geloof zijn toevlucht neemt.’
Noten
1. Dr. C. Steenblok, De gereformeerde dogmatiek in vraag en antwoord, Gouda, 1986, p.110 e.v.
2. Dr. A. de Bondt, De satan, Baarn, z.j., p. 137 e.v.
3. B. Smijtegelt, Maandagse catechisatiën, Utrecht, 1953, 3 e , p.56 e.v.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 februari 2024
De Wachter Sions | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 februari 2024
De Wachter Sions | 12 Pagina's