Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerkgeschiedenis van Den Bommel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerkgeschiedenis van Den Bommel

7 minuten leestijd

(60)

DE FRANSE TUD (1795—1813)

alot

Invoering bevolkingsregister

Tot heden iSll was het leven van de dorpeling kerkelijk bepaald. Spoedig na de geboorte werd hij in de kerk gedoopt. Daar deed hij belijdenis en daar zat hij aan de Tafel des Heeren. Eindelijk werd hij ook in de kerk begraven. Het lag'er onderwijs had hij ook van de kerk ontvangen. Zijn huwelijk was er ook gesloten. De kerk stond in het middelpunt van het leven. Zeer veel is door de Franse Revolutie

Zeer veel is door de Franse Revolutie ondersteboven geworpen.

In 1811 kwam de invoering van het bevolkingregister. De basis hiervan vormden de doop- en trouwboeken der Hervormde Gemeente. Deze moesten worden ingeleverd bij de burgemeester. De contra-boeken mochten wij zelf behouden. De huwelijken moesten eerst gesloten worden voor de burgerlijke overheid. Daarna stond het vrij ook kerkelijk te trouwen.

Vandaar dat men spreek vaji overtrouwen. Door jammerlijk verval wordt het huwelijk dikwijls beschouwd als een burgerlijk contract, waar men gemakkelijk af kan. Toch blijft het de oudste Goddelijke Instelling. In de oorlogsjaren 1940—^1945 zijn de doopboeken van heel oüs land opgeborgen geweest in mijn vorige gemeente Vaassen op het kasteel „De Cannenburgh". Zij bevinden zich nu voor elke provincie In de provinciale hoofdstad in het Rijksarchief. Dit is naar de wet van 1918. Terloops zij hier opgemerkt dat de

Terloops zij hier opgemerkt dat de nieuwe wet op het begraven van kracht werd op 1 januari 1829. Gaandeweg werden de „kerkhoven" veranderd in gemeentelijke begraafplaatsen. Zolang er ruimte was op het oude kerkhof bleef men daar begraven. Anderszins richtte de burgerlijke overheid een begaafplaats in. Zij deed dit op talloos vele plaatsen dd. 1 januari 1829. In ieder geval vervielen de rechten van de kerk. Ook trof de kerk wel overeenkomsten met de plaatselijke overheid.

Varia

De predikant kreeg wegens de nood der tijden een verhoogde toelage. Zo zien wij langzamerhand het gemeentetractement opkomen, dat eerst een bijdrage was ter aanvulling van het Rijkstractement, maar nu de basis gaat vormen wat het in de loop van de 19e eeuw geworden is.

In 1805 droegen wij bij tot de uitgave van de gezangen-bundel van 1806. Zij werd schier overal ingevoerd en veroorzaakte het gestrekte zingen. De zangwijzen waren hier en daar moeilijk, zodat men elke noot evenlang zong en van weeromstuit ook de psalmen. De psalmen staan in oude en nieuwe kerkboeken op hele en halve noten. Het ritmisch zingen is dus ouderwets.

In 1807 kwam er een belasting op da hulzen tot onderhoud van de dienaren der Justitie. In deze woelige tijd was er telkens wat anders.

In de kerk kwam een planken vloer naar het voorbeeld van Mlddelharnis. De toren werd voorzien van een nieuw halfslag-uurwerk.

De jaarwedde van de voorzanger kwam voortaan ten laste van de kerk, iets dat wij nu heel logisch vinden.

Ook in de ondersteuning der armen kwam vaster vorm, daar wij met de Plaat overeenkwamen eikaars armen te onderhouden, maar nog niet met gesloten beurzen, doch met jaarl^kse verrekening.

De inlijving bij Frankrijk heeft hier grote verslechtering gebracht in financieel opzicht. Nochtans waren wij verplicht in een versierde kerk feest te vieren „vanwege de geboorte van den Koning van Rome". Dit zal Napoleon wel geweest zijn.

De dlakonie heeft in drie jaren met de ellende van ds de Voogd door ongeregelde kerkdiensten ƒ 250.— schade geleden aan collecten. Vandaar dat de dlakonie vrijstelling vroeg van allerlei hoge belastingen. Hoewel wij het tekort konden aantonen wegens de ondersteuning der armen, werd ons verzoek afgewezen. Het kwam zover, dat de dlakonie moest lenen, hetgeen ook veroorzaakt werd door de ledige staatskas, die de belastingen een jaar te voren steeds opeiste.

Vertrek van ds. G. Onthuys

Reeds stipten wij dit even aan. Hij was onze 21ste predikant. Op 19 november 1812 nam hij afscheid met een woord uit Hand. 20 vers 24—28. Hij heeft hier dus ruim 10 jaren gestaan en dat in een bewogen tijd. Met zijn vertrek is tevens de Franse

Met zijn vertrek is tevens de Franse periode zowat afgelopen en keert de gemeente terug tot de orde van de dag. De opkomst van het Vaderland was nabij. Bilderdijk zong een lied: Holland leeft weer enz.

Maar de aloude Vaderlandse kerk zou een droevige periode tegemoet gaan.

Komst en vertrek van ds. J. C. PriUevitE

Den Bommel heeft een Album, waarin alle predikanten hun wedervaren hebben geschreven. Wij geven dit van bovengenoemde predikant hier weer: De twee en twintigste predikant is

De twee en twintigste predikant is geweest Jan Casper Prillevitz, beroepen van 's Gravenmoer den 9 april 1813, welk beroep door den Fransen Keize op het Paleis te St. Cloud den 26 juny goedgekeurd zijnde. Is hij den 19 september alhier bevestigd door desselfs neef, den weleerwaarden heer Frederlks predt. te Herkingen, met deze woorden uit de Openbaringen van Joh. cap. 2 vs 2a en verbond zig onze Leeraar narpid. dag met de woorden van Jezus Johs. 14 VS 18a: Ik zal U geene weesen laten.

Hij werd den 1 oktober 1818 beroe. pen met eenparige stemmen naar Giessen-Oudkerk onder de eerw. classis vaji Dordrecht. Dit beroep geaggrëerd Zijnde door den Heer dier plaatse, werd dadelijk, hoewel op min voordeelige voordelige voorwaarden aangenomen, vervol. gens door Zijne Majesteit den Koning der Nederlanden goedgekeurd en be. hoorlijk losgemaakt zijnde op den 21 January 1819 door zijne vrienden Ds h Slotemaker en den consulent dezet plaatse S. Everaars, predikte afscheid den 24 January 1819 met Coloss. 3 vs 14 en 15a en heeft hier dus gestaan 5 jaaren, 4 maanden en 9 dagen".

Den Bommel wordt zelfstandig

Door het volhardend streven van de heer Anthony van Weel is ons dorp iu 1812 zelfstandig geworden, los van Ooitgensplaat.

Beroeping zonder Ambachtsheei

In beroepingswerk was steeds de Ambachtsheer gemoeid. Wi] hebben er ook veel ellende van gezien. Maar u 1813 deed de kerkeraad dat anders, omdat „de tijdsomstandigheden van dies aard waren, dat de Prefect van dit departement dat toch niet In aanmerking zou nemen". De kerkeraad gaf daarvan kennis aan de classis. '

Weer een kerkeUijke finantide' commissie. I

De commissie van 1798 was onbonden Maar In 1812 werd er weer een ingesteld. U herinnert zich, dat het Overheids-tractement toen weer was inge-| trokken. Men moest weer zorgen voor de predikant en voor de voozanger Deze commissie deed rekenschap aanl de kerkeraad. .

Met de nederlagen van JNapoieon in Rusland, Leipzig en ten slotte Wateriool kwam alles langzamerhand weer in het| oude spoor. De regering deed in 1814 de verzeke-t

De regering deed in 1814 de verzeke-t ring, dat de tractementen weer zouden, worden uitbetaald. Met de vei'trokken ds Outhuys was nog een groot bedrag te verrekenen. Wij moesten ook een overzicht geven aan de regering van de laatste drie jaren. De commissie ver-i gaderde af en toe met de kerkeraad, waaruit blijkt, dat er in 1816 weinig geld in kas was, zodat zij het gemaakte contract van 1813 niet kon nakomen

De kerkeraad was nu gewend aan een commissie naast hem. Daarom u'erd het niet vreemd gevonden, dat de koning bij K.B. no. 13, dd. 10 mei 1820 vaststelde, dat overal notabelen zouden zijn om tegenwoordig te zijn bij het doen van de kerkerekening. Deze eerste notabelen werden dus koninklijk benoemd en op het gemeentehuls beëedigd traden bij loting af en werden vanaf 1821 door de stemgerechtigde manslidmaten verkozen. Van kerkvoogden nog geen spraJce. Deze treden in Den Bom-, mei op sedert 1868. De heren, die keikvoogden wilden hebben, dreigden, toen de kerkeraad met een kiescollege, indien de kerkeraad het beheer niet uit handen vrilde geven. De kerkeraad heeft toen maar toegegeven.

Maarssen. Ds. G. van der Zeei

(Wordt vervolgd)'

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 februari 1958

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's

Kerkgeschiedenis van Den Bommel

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 februari 1958

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's