Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vervolgverhaal

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vervolgverhaal

6 minuten leestijd

- 7 -

Niemand zou kunnen beweren, dat er iemand anders gerookt heeft. Onverschillig loopt hij terug naar de gelagkamer en juist heeft hij zijn plaats achter de tapkast weer ingenomen, of de commiezen stappen het vertrek binnen. In alle hoeken en gaten zoeken ze, maar zoals te verwachten was, zij vinden de vluchteling niet.

Bij Dirk stond het zweet op zijn gezicht. Hij hoorde zijn belagers in de kleine kamer lopen. Hij durfde zich niet te verroeren uit angst dat ze hem zouden horen.

Hij hoort het schuiven van stoelen en het piepen van kastdeuren.

Dirk luistert gespannen. Hij siddert bij de gedachte weer in de koude cel onder de kerktoren te zullen worden opgesloten. O, als...? Het geluid sterft weg.

Hij hoort nu ook geen gebonk van voeten meer. Met een zucht van verlichting gaat Dirk nu rustig zitten. Het gevaar is volgens hem voorbij. De commiezen zullen nu waarschijnlijk niet meer terugkomen naar de herberg.

Enkele uren later haalt de herbergier de ontsnapte gevangene uit de geheime kamer. Met smaak vertelt hij, dat de commiezen het gehele huis hebben doorzocht. Alleen onder de tafel onder het oude vloerkleed hebben ze niet gekeken. Gelukkig maar...

Dirk heeft er honger van gekregen. Bij het eten werkt hij zeven dikke boterhammen naar binnen. Ziezo, nu kan hij er weer even tegen. Na nog enkele dagen in de geheime kamer van de herberg te hebben vertoefd, verdwijnt Dirk over de grens.

HOOFDSTUK 7

Het stormt... Wild zwiepen de takken van de bomen. Het is guur weer. Telkens kletteren zware slagregens neer op de bossen en heidevelden van de grensstreek. Niemand waagt het om buiten te komen. Er is dan ook niemand te zien. Niemand?

Toch nadert iemand de grens. Even houdt de man zijn passen in, kijkt links en rechts en loopt dan de grens over.

Het is Dirk, de smokkelaarszoon. Dwars door het bos loopt hij naar de herberg. Het is de eerste maal sinds lange tijd dat hij weer terug is. Hij heeft bericht gekregen van zijn vader of hij naar de herberg wilde komen voor besprekingen. Als hij bij de herberg arriveert en de kleine kamer achter de gelagkamer binnenstapt, gaat er een gedempt gejuich op.

In al die tijd is er niet gesmokkeld. De commiezen hebben hun aandacht verslapt. Het lijkt wel alsof zij denken, dat het smokkelen nu voorgoed is afgelopen. Daar wil Dekker gebruik van maken. In het kort legt hij zijn plannen voor aan zijn medewerkers. De geheime kamer van de herberg zal voortaan als voorraadkamer worden gebruikt, nu de kelder onder de stal van de boerderij is ontdekt. De boerderij is trouwens een ruïne geworden na de hevige brand. De mannen stemmen met de plannen van hun leider in. Zij popelen van verlangen om weer te beginnen. Zij hebben nu lang genoeg stil gezeten. De verdiensten zijn tegenwoordig toch al niet zo best.

Ook de herbergier vindt alles goed, moet alles wel goed vinden. Tenslotte is het zijn eigendom waar het over gaat. Hij is er van overtuigd, dat het hem geen windeieren zal leggen. Later zal hij er anders over denken... Wel dringt hij er op aan, de uiterste voorzichtigheid te betrachten. Samen drinken ze op de goede afloop en spreken af de volgende avond weer bij elkaar te komen en dan 's nachts een vracht de grens over te brengen. Het is al laat. als de mannen één voor één naar het dorp verdwijnen.

Alleen Dirk blijft achter. Hij durft niet thuis te gaan slapen. Stel je voor, dat de commiezen er achter kwamen. Het is het beste, dat hij in de geheime kamer blijft slapen. Daar is hij immers volkomen veilig.

De andere morgen wordt de smokkelwaar met een kaar naar de herberg gebracht. Niemand die er erg in had dat er iets mis was met die kar.

Zonder moeilijkheden werd de smokkelwaar in de geheime kamer gebracht. Dirk hielp mee, maar durfde niet buiten te komen. De gelagkamer was leeg, en dat was heel erg belangrijk. De herbergier voelt zich niet zo erg op zijn gemak.

De herbergier voelt zich niet zo erg op zijn gemak. Als alles ontdekt wordt, dan kan hij hier wel inpakken. En hoe hij het gisteravond ook eens was met de plannen van Dekker, diep in zijn hart heeft hij er spijt van dat hij zijn toestemming heeft gegeven. Aan de andere kant zou hij veel schade geleden hebben als hij geweigerd had mee te werken. Dat had hem veel klanten gekost, en hij kan toch niet van de wind leven, ook al heeft hij zijn schaapjes bijna op het droge. Toch is hij niet gerust, en met een bezwaard hart

Toch is hij niet gerust, en met een bezwaard hart sluit de herbergier het luik van de geheime kamer en legt met behulp van Dirk het vloerkleed op zijn plaats.

Dirk heeft het gewaagd om in het kamertje te blijven. Mocht er onraad zijn, dan kan hij altijd nog naar de zolder gaan. En nu maar wachten tot het avond is. Vannacht zullen de smokkelaars uit de grensstreek hun slag slaan. Dirk gaat vannacht gelijk mee terug. Hij blijft voorlopig bij kennissen over de grens, maar het is wel de bedoeling, dat hij in de toekomst alle tochten meemaakt. Telkens kijkt hij op de klok. Wat duurt de dag lang als je niets te doen hebt. De krant heeft hij al wel drie keer gelezen. Eigenlijk is hij dit hele gedoe beu. Waarom kunnen ze neit als een ander fatsoenlijk leven? Soms was het wel leuk en spannend, dat smokkelen, maar nu is het bittere ernst geworden en wat zal het einde er van zijn? Bah, het is allemaal de schuld van vader. Hij moet altijd de baas spelen. Diep in zijn hart heeft Dirk een hekel aan zijn vader. Zo'n onsympathieke man heeft hij nog nooit meegemaakt. Nee, dan heeft hij het op de boerderij over de grens heel wat beter naar zijn zin. De familie Segers doet wel mee met het smokkelen, maar onderling is er een buitengewoon goede verstandhouding. Voor Dirk was het vreemd, want in zijn jonge leven had hij niets anders gehad dan snauwen.

Er is er nog één, die het smokkelaarsleven moe is. Het is echter heel moeilijk om er af te komen. Als men eenmaal in de smokkelaarskring was opgenomen, dan werd er ook verwacht, dat men onvoorwaardelijk gehoorzaamde aan de leider. In dit geval was het Dekker. Het is Janssens, de houthakker. Hij heeft al heel

Het is Janssens, de houthakker. Hij heeft al heel dikwijls in twijfel gestaan om er mee op te houden. Hij heeft het al eens gezegd tegen Dekker, maar deze was woedend tegen hem uitgevaren en had hem toegesnauwd, dat hij maar voorzichtig moest zijn en geen rare dingen moest gaan doen.

Janssens had de wenk begrepen en niets meer gezegd. (wordt vervolgd

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 23 november 1993

Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's

Vervolgverhaal

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 23 november 1993

Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's