De Ark Des Verbonds

Slechts één hindernis scheidt Israël nog van het Beloofde Land. Het volk staat voor de Jordaan. Op het ongunstigste moment, want het is oogsttijd, het seizoen waarin de Jordaan haar hoogste waterstanden bereikt. Waarom laat de Heere Israël juist nu bij de Jordaan komen? Omdat Hij een God van wonderen is.

Op de oever staren sterke mannen naar het woeste water, maar ook moeders met kinderen op de arm. Hoe moeten ze ooit aan de overkant komen? Het Beloofde Land is zo dichtbij, maar lijkt toch zo ver weg. Hoe zal de belofte van God ooit vervuld worden? Misschien is dat de worsteling van uw hart. U staat voor een jordaan van zonde en schuld tegenover de Heere. Uw ogen gingen open voor de scheiding die er door de zonde gekomen is tussen God en uw ziel. De belofte van het Evangelie gaf weleens hoop, maar als u ziet op uw onwaardigheid, dan lijkt het onmogelijk om zalig te worden. Misschien staat u voor een jordaan van beproeving, die u moedeloos maakt. En nergens een brug of een veerpont. U loopt vast, net als Israël bij de Jordaan.

Waar is nu de Heere? Hij is al vooruit! ‘Zie, de ark des verbonds van den Heere der ganse aarde gaat door voor ulieder aangezicht in de Jordaan.’ De God van het genadeverbond staat niet aan de overkant te wachten totdat Israël in eigen kracht de oversteek weet te maken. Nee, de Heere gaat als eerste de Jordaan in. Kijk, de priesters lopen naar de oever. Ze dragen de ark van het verbond. Dat was het symbool van Gods aanwezigheid bij Israël. Op de schouders, zodat heel Israël de ark goed kan zien. De priesters zetten hun voeten in de kolkende rivier en het wonder gebeurt. Het Jordaanwater hoopt zich op en de doortocht is vrij. De ark in de Jordaan wijst ons op Christus, Die door de Vader is gegeven tot een Verzoening (Rom. 3:25). Hij ging onder in de jordaan van Gods eeuwige toorn. In Hem hebben goddelozen weer toegang tot God.

Staat u nog moedeloos naar de Jordaan te staren? Misschien ziet u zo op tegen de allerlaatste jordaan, de doodsjordaan. Welke jordaan het ook is, houd voor ogen dat de Heere er Zelf als eerste doorheen is gegaan, in Zijn Zoon. Voor welke jordaan u ook staat, God heeft gezorgd voor een pad. ‘Hoe zal ik dat pad vinden?’ Als u doet wat Jozua in vers 3 tegen Israël zegt: ‘Volgt haar na.’ Israël moest de ark volgen. Wij moeten door het geloof de Heere leren volgen, achter Hem aan. ‘Ziende op den overste Leidsman en Voleinder des geloofs, Jezus’ (Heb. 12:2). Terwijl de priesters met de ark in de rivierbedding staan, komt Israël veilig aan de overkant. Niemand blijft achter. Zelfs de voeten worden niet nat. De Heere doet ver boven bidden en denken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen