Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Iets over de opvattingen in het leven van  Blaise Pascal (in de jaren 1623—1662)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Iets over de opvattingen in het leven van Blaise Pascal (in de jaren 1623—1662)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

(2)

De moeilijkheden op natuur-wetenschappelijk gebied in de 17e eeuw bleven voor de nu 18-jarige Blaise Pascal in zijn leven niet gespaard. Hij moest bij al zijn werkzaamheden (uitvindingen) werken met zeer ongeschoolde werkheden, en dit knakte op de duur zijn gezondheid geheel. Hij kon later verklaren dat hij sedert zijn studielust met de arbeiders geen dag zonder hoofdpijn was geweest.

Maar in het stadje ROUEN gebeurt meer. Vijf jaar later grijpt God op een bijzondere wijze in het leven der Pascals in. De vader van Blaise valt door de gladheid op straat en wordt met een gebroken been opgenomen. Vader Etienne stond er op om behandeld te worden door twee zijner vrienden, edellieden die zeer ervaren waren in de natuurkunde en in de geneeskunde. De ernst van dit ongeval maakte een bepaald verblijf ten huize van de familie Pascal noodzakelijk; zij bleven er niet minder dan 3 volle maanden. Deze 2 heelmeesters waren niet alleen bezorgd om het lichamelijk heil van Etienne Pascal, maar hun grote vroomheid en hun liefde tot de medemens, schonken zij ook aandacht aan het zieleheil van hun patiënt. Tijdens hun inwoning bij de Pascals maakten zij van iedere gelegenheid gebruik om van hun ernstig geloof te getuigen.

De Pascals kregen daardoor geschriften in handen van Saint-Cyran en Arnauld, want de genezers bleken Jansenisten te zijn, waarvan de schrijvers van die geschriften toen de geestelijke leiders waren. De edellieden, die de geneeskunst over va-

der Pascals gebroken been uitoefenden, werden zelfs geestelijk gevoed met de geest van de theoloog Jansenius en zagen met smart dat in de familie Pascal bij veel geest en talent de ware vroomheid en diepte geheel ontbrak, ja eigenlijk niet gekend werd.

De theoloog Jansenius (1585-1639) was zelf eerst professor te Leuven, later bisschop te Yperen en schrijver van een volumineus en uiterst zwaarwichtig boek, verschenen in 1640 en getiteld , , Augustinus" dat weldra de Franse godsdienstige wereld in beroering zou brengen en niet zonder diepgaande invloed zal blijken te zijn op het levenslot van Blaise Pascal. De strekking van dit werk, en zomede die van de geschriften van zijn volgelingen, kwam, kort gezegd, daarop neer, dat de zonde niet alleen de natuur van de mens verzwakt en hem beroofd heeft van goddelijke gaven, en dat is het meest fatale, hem tot in de grond van zijn wezen heeft bedorven. Dat behoorde natuurlijk tot de algemeen aanvaarde kerkelijke dogmatiek en als zodanig leert het niets bijzonders. Het ongewone bestond alleen daarin, dat Jansen die naar het heet, dertig maal de geschriften van Augustinus over de genade en de predestinatie las, met grote kracht de nadruk legde op deze twee grondbegrippen van de Christelijke dogmatiek en daardoor afweek van de gangbare Roomse Kerkleer.

Voor het eerst in Pascals leven werd zijn onpersoonlijke religie iets persoonlijk, iets dat hemzelf aangaat en dat hem waard scheen om voortaan zijn gehele leven te vervullen. Overtuigde Jansenisten spreken zeer veel over geloofszaken en brengen vader en zijn kinderen tot het lezen van verschillende geschriften van de Jansenisten, w.o. vooral het geschrift van Arnauld getiteld: , , De la Frequente communion" (De herhaalde Communie). Dit boekje werd door bekeerde Jansenisten niet alleen gelezen, ja verslonden. Het eerst wordt Blaise, de zoeker naar de waarheid en het wezen der dingen getroffen. Hij leest en denkt na over alles wat Jansenius en de Hauranne (St Cyran) hem in hun Augustinusstudiën te zeggen hadden over zondeval en des mensen ellende buiten God, over de menselijke wil en de vrijheid en algenoegzaamheid van de genade van God. U behoeft er zich niet over te verwonderen dat Pascal en Jansenius, bij wie beiden de waarheid boven alles gaat, elkaar vinden en dat we Pascal in het eind horen uitroepen: hier is de waarheid. Maar wie nu deze z.g. eerste bekering van Pascal enkel een verstandsbekering zou willen noemen, die leze zijn klein geschrift over , , de bekering van de zondaar' ' en late zich ontroeren door de Gebeden, welke Pascal in die dagen neerschreef, - Jacqueline is dadelijk en volkomen gewonnen en ook Gilberte, die kort te voren gehuwd is met de magistraat Périer. En wanneer daarna de herstelde vader, als aan de hand van zijn kinderen zich aan God geeft, dan is de beslissende wending volbracht. Vier jaar later, in 1650, sterft vader Pascal. Jacqueline volgt nu haar hartewens en treedt de haast gewijde omgeving van Port-Royal des Champs binnen, een klooster in de buurt van Versailles, hoewel haar broer zich daartegen fel verzette. Maar Blaise, de zich nimmer sparende, moet het eindelijk opgeven. De dokters ontzeggen hem alle geestelijke inspanning en raden hem aan verstrooiing te zoeken.

Van 1651-1654 zijn de jaren, waarvan men zegt dat Pascal , , in de wereld" verkeerde. Met zijn rijke vrienden, de hertog de Roannez, de Méré en Dormat, leidde hij het leven van de beschaafde jeugd in die dagen. Maar wat Gilberte getuigen kon van zijn leven tot aan zijn bekering: dat hij door bijzondere bewaring Gods voor alle zonden der jeugd was gespaard gebleven, mag met vertrouwen ook van hem gezegd worden voor deze tijd. Ook in deze omgeving bleef Pascal de , , solitaire". De verstrooiing van Pascal was van de soort, die voor velen tot model van bezigheid kan strekken. Zie artikel van de theoloog Vinet (1797-1847). De vleugelen bleven hem bij, al liep hij een ogenblik in het wereldse slijk der straten. (Quack).

De wild bruisende stroom der onstuimig-wereldse genietingen zag hij aan zijn voeten voorbij vloeien, hij zelf bleef op de oever staan. De adelaar ontwende niet aan hoger lucht al toefde hij een wijle op aarde. (Prof. Van Dijk). Men heeft deze mondaine periode in Pascals leven schromelijk overdreven, misschien is hier de strenge non Jacqueline schuld aan, die niet licht oordeelde over de afdwalingen van haar broer. Maar Blaise Pascal is echter nooit een losbol, een bon vivant geweest. Hij zou volgens zijn zuster en zijn vrienden zijn reinheid hebben bewaard. (wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 augustus 1991

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Iets over de opvattingen in het leven van  Blaise Pascal (in de jaren 1623—1662)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 augustus 1991

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's