Archibald Alexander (5)

Omschrijving

Bij de wedergeboorte wordt het beeld van God hersteld, een beginsel van heiligheid ingeplant, geestelijk leven gegeven, het verstand wordt verlicht, de wil wordt vernieuwd en de gevoelens worden gereinigd en tot hemelse dingen verheven. De werking van de Heilige Geest bij de weder geboorte is voor ons ondoorgrondelijk.

Onjuiste opvattingen

Mensen die geloven dat de menselijke natuur onbesmet is (Pelagianen) zeggen dat er niets anders nodig is dan de waarheid te kennen. Dan is een mens zelf in staat om goed te leven door naar de Bijbel te luisteren en zijn vrije wil te gebruiken. Anderen beweren grotendeels hetzelfde maar zeggen wel dat bij de wedergeboorte een Goddelijke werking van de Heilige Geest nodig is om gericht te worden op de Bijbel (Semi­ pelagianen). Nog weer anderen beweren dat het inzicht in de Bijbel door de Heiige Geest tot stand moet worden gebracht, maar dat dan vanzelf de levensvernieuwing volgt.

Juiste opvatting

Maar naast de verlichting van het verstand is vernieuwing van het hart nodig. Blinde zielsogen moeten geopend worden. Onbekeerden missen de ware kennis van God. Onbekeerden zien geen schoonheid en heerlijkheid in Christus. Van nature zijn verstand en wil verdorven. Bij de wedergeboorte krijg je een nieuw zicht op de Goddelijke waarheid. Niet bij ieder gaat alles precies hetzelfde. Een blinde die overdag ziende wordt gemaakt ziet het zonlicht. Wie ’s nachts voor het eerst kan zien ziet het maanlicht. Weer een ander ziet een prachtig landschap. Dus er zijn verschillende waarnemingen van pas bekeerden. Maar zij zien allen de Goddelijke waarheid op een nieuwe manier.

Geloof

Wedergeborenen geloven de waarheid. Dit gaat gepaard met vertrouwen. Vertrouwen is bijvoorbeeld vast geloven dat een belofte waar is. Ook geschiedenissen en profetieën worden geloofd. Alexander zegt dat geloof de eerste en de belangrijkste daad van een wedergeboren ziel is. Geloof is vast overtuigd zijn van de waarheid. Dit wordt gewerkt wordt door de Heilige Geest. Alle wedergeborenen kennen zondeovertuiging, beleven dat God hen rechtvaardig zou kunnen veroordelen, kunnen zelf niets tot hun zaligheid toebrengen, worden gericht op Christus en willen tot eer van God leven.

De grote opwekking

Jonathan Edwards heeft geschreven over de grote opwekking die plaatsvond in Northampton, New England, in 1734 en daarna. Sommigen hadden meer benauwdheid en vrees dan anderen. Sommigen kregen eerder hoop en bemoediging dan anderen. Sommigen kwamen tot aan de grens van de afgrond voordat de dagenraad aanbrak in hun ziel. Gewoonlijk werd eerst de zondige levenswandel gezien, daarna de zonden in het hart. Vaak werd geprobeerd het leven te verbeteren om zo Gods toorn weg te nemen. Maar dat mislukte. Sommigen ondervonden geen grote verschrikkingen. Zij werden later dieper ontdekt. Na korte of langere tijd kwam het tot de overtuiging dat God niet onrechtvaardig zou zijn in hun veroordeling vanwege hun zondigheid. “Gewoonlijk kwamen ze tot de conclusie dat ze aan Gods voeten zouden liggen en Zijn tijd afwachten” (blz. 106). Dat gaf kalmte en rust in de ziel. Het denken ging zich duidelijk op Christus richten in Zijn algenoegzaamheid en bereidheid om zondaren te verlossen. Dikwijls sprak een bepaalde Bijbeltekst. Soms ook meerdere teksten. Waar de eigengerechtigheid werd ontnomen werden sommigen bemoedigd door de barmhartigheid en de genade van God in het Evangelie geopenbaard, later kwam er meer zicht op Christus.

Geloofswerkzaamheden

Hiertoe behoort het geloof dat Christus kan verlossen. De volle overtuiging daarvan geeft vreugde en hoop en de wil om zalig te worden zoals God dat wil. De rechtvaardigheid van de Borg wordt ontvangen door het geloof. “Maar de belangrijkste werkzaamheden van het geloof zijn het aannemen van en rusten op Christus alleen voor rechtvaardiging, heiligmaking en het eeuwige leven, vanwege het verbond der genade.” (blz. 111). Tot de werkzaamheden van het geloof behoort ook liefde tot de waarheid en hongeren en dorsten naar Christus. Het geloof werkt door de liefde. Het geloof doet hongeren en dorsten naar Christus. Het geloof zonder liefde is geen echt geloof. Het geloof zonder goede werken is een dood geloof. Van de liefde tot God geldt: ‘Wij hebben Hem lief omdat Hij ons eerst liefgehad heeft.’ Gods kinderen verwonderen zich niet alleen over de wijsheid, de liefde en de rechtvaardigheid van God in het verlossen van zondaren, maar kennen ook liefde tot de Zaligmaker. De liefde doet verlangen naar de verlossing van medemensen. Gods kinderen wenen vanwege verdriet over hun zonde en vreugde over de verlossing. De last van christen viel niet af toen hij het enge poortje doorging, maar bij het kruis. Weder geborenen willen tot eer van God leven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen