“Uitkijkend over de stad, zag ik het uitdoven van het laatste licht”
Het is al donker als het geelblauwe gevaarte zich langzaam in beweging zet vanaf het Amsterdamse treinstation in de richting van Den Haag. Aan de ene kant van het gangpad zit een aantal heren tegenover elkaar op een vierzitsplek. U kent ze wel: twee tegenover twee, een uitstekende plaats voor een goed gesprek. Eerst gaat het nog even over het bezochte concert, maar bij wat ze verder te bespreken hebben, valt vooral op dat ze aardig wat letters gegeten hebben. Aan de andere kant van het gangpad zit een man met een krant. Hij leest.
“Hé, hebben jullie die documentaire ‘De mannen van de SGP’ bij de EO gezien?” Ja, die hadden ook de andere drie gezien. “Ik vond het toch eigenlijk best bijzonder, want die wereld ken ik eerlijk gezegd helemaal niet. Ik heb er wel een beeld bij gehad, maar eigenlijk is die meneer Van der Vlies een heel fatsoenlijke kerel die ook nog eens dingen zegt waar ik het eigenlijk wel mee eens ben.”
Gevieren komen ze toch wel tot de conclusie dat het beeld dat zij van die SGP’ers hebben, eigenlijk niet strookt met de gedocumenteerde werkelijkheid.
De krantlezende man aan de andere kant van het gangpad is opvallend diep verdiept in zijn grote krant. Het is zo’n broadsheetformaat, zoals je die in 2006 nog regelmatig tegenkomt en waar je zo goed onopvallend achter kunt bivakkeren. Deze, op het eerste gezicht zo geïnteresseerde nieuwslézer, is eigenlijk een veel intenser geïnteresseerde nieuwslúísteraar.
Als het gespreksonderwerp door het viertal voldoende is besproken, is het voor deze luisteraar tijd om zijn krant te laten zaken.
Een van de vier vrienden die schuin tegenover de krantenlezer zit, knippert met zijn ogen en stoot zijn buurman aan. Die man, gehuld in Brits tweed… “Maar dat is toch…?” De voormalig krantenlezer houdt z’n gezicht nog in de plooi. “Ja, dat is hem echt. Hoe bestaat het...”
Dan neemt de man-in-tweed het woord: “Heren, ik zie dat u me herkent. En ja, ik vind het toch wel leuk om u te laten kennismaken met een echte, loslopende SGP’er. Dit is ‘m dan.” Wat volgde, was een heel leuk gesprek, dat ook nog doorging op het station van Den Haag.
De achtergrond van deze geschiedenis verbeeldt een kernpunt uit het werkzame leven van Menno de Bruyne, onze manin-tweed.
Open Houding
Vanaf 1 juni 1984 tot en met 31 oktober 2024 heeft hij altijd aangedrongen op meer openheid. Dat wil zeggen: de SGP moest meer laten zien waar ze voor staan. Daar hoeven we ons niet voor te schamen. “Sóms merk je dan dat mensen zich aangesproken en aangetrokken voelen – ondanks onszelf, moet ik daarbij zeggen.”
“Vóór mijn tijd bleek dat ook al bij een Kamergriffier. De man werd zo geraakt door wat onze Kamerleden zeiden dat hij niet alleen SGP ging stemmen, maar ook later een regelmatige kerkganger werd en het – naar ik hoop – nu beter heeft dan toen.”
“Deze openheid was nodig, omdat er zoveel vooroordelen over ons leven en die kunnen op een gegeven moment ook heel schadelijke vormen gaan aannemen.”
De totstandkoming van de genoemde EO-documentaire ligt in het verlengde van de beruchte ‘vrouwendiscussie’. En dat was een ruzie die desastreuze effecten had. “Want meningsverschillen en ruzie met de mensen buiten de SGP hoort er wel een beetje bij, maar intérne ruzies zijn verwoestend. Deze toestanden zorgden voor enorm veel vooroordelen in de wereld om ons heen. Zodanig veel dat we tegen elkaar zeiden: ‘Hier moeten we iets mee, want het heersende beeld van ons staat haaks op wie we echt zijn!’.” Zo kwam het dat er, op voorspraak van onze voorman Van der Vlies, door het hele fractieteam en in overleg met de partijvoorzitter werd besloten om de televisiecamera toe te laten en onszelf te laten filmen. Alles mochten ze meemaken en (op het gebed na) ook alles uitzenden.
Voorlichting Gewenst
Ook de komst van Menno de Bruyne naar de Tweede Kamerfractie van de SGP was een gevolg van een soortgelijk streven. Het percentage stemmers voor de SGP liep terug in de vroege jaren 80. Er moest een verandering komen om het tij te keren. Althans, voor zover het de menselijke inspanningen betreft. “Van der Vlies (toen nog onder fractieleider Van Rossum) pakte dat op. Er moest iemand als persvoorlichter aangetrokken worden. Van der Vlies was de vernieuwer die met dit idee kwam.” “Ik moet bekennen dat ik me ook altijd heb afgevraagd hoe dat is gegaan. Waarschijnlijk ben ik aangenomen tijdens een zonsverduistering, toen niet alles even helder gezien kon worden. Maar ik kreeg dan ook de zwaarste sollicitatieprocedure die ooit voor een fractiemedewerker is toegepast: ik werd door het voltallige hoofdbestuur gekeurd. Dat was natuurlijk een gezelschap waar ik (ook nu nog, maar anders) hoog tegenop keek. Om mijn kansen te vergroten, had ik ook korter haar en donkerder kleding dan normaal.” “Bij het partijbureau had je Rinus Dankers – een naam die ik met ere noem. Hij was mijn referentie die ik al vaak had ontmoet in mijn studietijd, toen ik de kleine partijen en met name de SGP onderzocht. Als ik wat wilde weten, ging ik naar Dankers. Hij zorgde vooral voor de interne communicatie; de communicatie naar raden en Staten waar SGP-fracties vertegenwoordigd waren.”
16 Kamerleden
Voor mediacontacten moest je toch meer op het Binnenhof zijn. En zo kreeg Menno dus zijn rol vanaf 1 juni 1984.
Hij heeft zijn werk mogen doen onder de helft van alle Tweede Kamerleden die de SGP tot op heden heeft (gehad). Hij begon onder Van Rossum, Van Dis jr. en Van der Vlies. Daarna kwamen J.T. van den Berg, Van der Staaij, Dijkgraaf, Bisschop, Stoffer, Van Dijk en Flach. Ook de Eerste Kamerleden, de Binnenhofbewoners van de andere zijde, heeft Menno voor het overgrote deel meegemaakt: Abma, Barendregt, G. van den Berg, Holdijk, Van Dijk, Schalk en De Vries. “Te midden een versnipperd politiek landschap zijn we een partij met een ankerpunt gebleven. Dat heb ik ze allemaal horen uitdragen. Ieder deed dat op z’n eigen manier en met eigen gaven.”
Slotakkoord
Op de dag dat Menno geïnterviewd wordt voor De Banier is het meteen ook zijn laatste werkdag. Hij haast zich van het ene interview naar het andere. Maar vanmorgen kreeg hij toch al een bemoediging. Op de heenweg naar het Kamergebouw was een deel van de weg zo mooi bekleed met herfstblad en zo mooi omlijst door nevels en diffuus licht dat hij heel bemoedigd dit slotakkoord komt geven.
Woordjes
Zodra de interviewers beginnen over de activiteiten en de benodigde kwaliteiten, blijkt dat we hem met pluimstrijkerij juist tegen de haren in strijken. Zo dienen we het feit op dat hij zóveel heeft geschreven en zo druk doende was met taal. Alle verkiezingsprogramma’s vanaf 1984 (op één na) heeft hij geschreven. Dat is voorwaar geen kleinigheid! Maar zodra het voor ons zonneklaar is dat de geïnterviewde over veel verbale vaardigheden beschikt, ontglipt hij ons weer… gebruikmakend van zijn verbale vaardigheden. Maar toch even, Menno, al die verkiezingsprogramma’s en slogans. Dat ís toch wat! “Ik heb ze geredigeerd, tot een geheel geprobeerd samen te brengen. We hebben er nooit meer dan drie zetels mee gehaald, maar dat doet er misschien ook niet zoveel toe. Ik heb weleens gezegd: ‘Ik kan niet zo heel veel dingen, maar wat ik in elk geval wel kan, is woordjes in een enigszins zinvolle volgorde achter elkaar zetten’. Bij de ChristenUnie wordt dat overigens betwijfeld.” Vervolgens worden de interviewers ongemerkt het rijk der ‘propjes’ ingeleid.
Haagse Propjes
De herkomst van de propjes is al vaker beschreven, maar twee belangrijke inspiratiebronnen zijn wel ds. J.T. Doornenbal en ene heer Wiegel. Deze roemruchte VVD’er kon na de ‘nacht van Wiegel’ natuurlijk niet al te opvallend in een SGP-lijfblad worden geprezen, maar in een opiniërende rubriek als ‘Haagse propjes’ werd daarvoor een ruimer podium geboden. De proppenschieter spreekt zo enthousiast over deze inspiratiebronnen dat ook onze lezers er niet vreemd van moeten opkijken als een naam als Wiegel – een man die nu zijn persoonlijke vriend is geworden - niet voor het laatst wordt genoemd… Maar ja, de proppen raken op. Wie helpt hem uit de brand?
Op De Proppen
“Ik hoop nog een boek te gaan schrijven”, heeft Menno ons herhaaldelijk toevertrouwd. Dus, alle vragen over hoogte- en dieptepunten zal hij niet uitentreuren gaan beantwoorden. Bij elk interview in deze afscheidsperiode komen er weer nieuwe anekdotes op de proppen.
Desgevraagd wil hij er nog wel op ingaan als het wat persóónlijkere ervaringen betreft, want dat de omwenteling in de tijd van Fortuyn een ingrijpend moment was, zal niemand verbazen. Nee, dichter bij huis raakt het vooral als er interne onrust ontstaat. “Het is een politieke wetmatigheid: als er interne ruzie is, leidt dat tot verlies. En die schade werd ook geleden, want in 1994 verloren we onze derde zetel, terwijl iedereen dacht dat de SGP wel een ‘abonnement’ had op de drie zetels. Maar het is niet alleen het electorale verlies dat pijn doet. Ook je geloofwaardigheid wordt erdoor ondergraven. Dat raakt onze partij nog eens extra.”
Kapotte Mensen
“Nóg persoonlijker heb ik de pijn gevoeld in de tijd van de mond-enklauwzeercrisis (MKZ) in 2001. Bas van der Vlies en ik waren beiden dierenliefhebbers. Hij had her en der in de partij laten weten: ‘als je nu getroffenen in je omgeving hebt, laat het ons dan weten. Dan bel ik ze op.’ Dat waren een soort pastorale gesprekken - héél moeilijke gesprekken. 300.000 dieren zijn geruimd en dat om económische redenen. Het vlees mocht niet meer geëxporteerd worden. Brussel had dat gedicteerd. Ik heb toen uit naam van Van der Vlies nog een vlammend artikel in de kranten geschreven, dat het een grote schande is en een aanklacht tegen de mensheid.
We zijn ook op bedrijfsbezoeken geweest. Ik kan me nog een zo’n bezoek herinneren aan een boerderij in oost-Gelderland waar een in meer dan 100 jaar zorgvuldig opgebouwd familiebedrijf net geruimd was… Je hoort mensen weleens zeggen dat ze ergens ‘kapot’ van zijn. Nou, daar heb ik ‘kapotte’ mensen gezien. Die beelden zie ik nóg.”
Lieve Achterban
Naast de persoonlijk pijnlijke herinneringen zijn er ook de onbetaalbaar mooie momenten. “Mijn beste herinneringen bewaar ik aan de rondleidingen. Daar ben ik nou echt dankbaar voor: de liefde voor de partij, de dankbare, oprecht geïnteresseerde en vaak bescheiden houding van mensen. We hebben zo’n trouwe, zo’n loyale en lieve achterban! Ik weet dat er etters tussen kúnnen zitten, maar die geven zich kennelijk niet op voor de rondleidingen.
Ook het rondleiden van jongeren gaf veel voldoening en waardering, al moest je dat vaak wel uit andere woorden afleiden. Als je woorden hoorde als ‘stoer’, ‘gaaf‘, ‘vet’, ‘chill’, ‘ziek’/’sick’ of ‘kapot…’ (vroeger kende ik er meer), dan wist je: dat zit goed.”
Dankbaarheid
Over dankbaarheid gesproken... We leven in de tijd van dankdag. “Als er één reden heeft om dankbaar te zijn - ondanks en dankzij alles - dan ben ik het toch wel. Daar ligt heel veel in, maar als ik nu terugkijk, kan ik dat niet ontkennen. En het klinkt wellicht onlogisch, maar ik voel ook voor de toekomst al wel ‘dankbaarheid’, want de toekomst ligt niet in onze hand. Ik zie uit naar de dankdag, maar ik zie er ook een beetje tegenop, omdat er dan zo ontzettend veel opborrelt.”
Afscheid
Het afscheidnemen is al een tijd terug begonnen. “Alle werkkamers (dertien in totaal) ben ik nog eens langsgegaan, vlak voordat we moesten verhuizen. Het Binnenhof was een dierbare plek.”
“Innerlijk heb ik onlangs al afscheid genomen van Den Haag. Ik zat hier op de zevende verdieping op een avond te werken toen het laatste licht doofde boven de Noordzee. Dan ligt daar de stad waar je 40 jaar met lief en leed hebt rondgelopen, waar álles ligt… Ja, dan wordt het je even te veel, maar ook dat was goed. Na een half uur heb ik de speech voor Chris, waar ik mee bezig was, afgerond. Dat moment zal ik niet snel vergeten. Niet omdat het licht zo mooi was, maar het beeld van het dovende licht aan de einder. Dan wordt de sluier even iets verder opgetrokken. 40 jaar. Ja, dat was bijzonder.”
“Het is weleens door me heen geschoten toen ik hier zat te mijmeren: wat als de bazuinen nu plotseling gaan klinken, terwijl ik hier uitkijk over de stad. Dat zou wat zijn!”
De documentaire ‘De mannen van de SGP’ uit 2006 is nog steeds terug te zien op het YouTubekanaal ‘Binnenhof NL’.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 2024
De Banier | 32 Pagina's