‘Bewegen Verbindt, Juist in het Christelijk Onderwijs’
Gymdocent Paul van Meijeren Sport ook Tijdens Evangelisatiewerk
Hij combineert zijn baan als gymdocent bij Driestar College met een rol als jongerenwerker bij christelijke gemeente De Wegwijzer in Almere. Daarnaast studeert hij theologie in Ede. Waar die drie bezigheden elkaar raken? ‘Belangrijk is om zelf dicht bij de Bron te zijn, en van daaruit jongeren écht te zien.’
Voor Paul van Meijeren is het leven een zoektocht. Die voerde hem langs de Calo Windesheim in Zwolle naar de sporthallen van het Goudse Driestar College. De drie dagen die hij daar wekelijks doorbrengt, trekt hij meestentijds op met leerlingen uit de trajectgroepen. ‘Ik zit daar op mijn plek en geniet, ook al zijn er ook de nodige uitdagingen’, zegt hij er zelf over. ‘Mijn leerlingen worstelen soms behoorlijk met hun emoties en het reguleren ervan. Juist in het bewegingsonderwijs komt dat tot uiting.’
De gymdocent maakt de indruk niet gauw tevreden te zijn. ‘Ook dat is een zoektocht: wanneer vind je dat je les goed is gegaan?’ Toch zijn er, juist in de gymzaal, ook gouden momenten. ‘Laatst kwam er een leerling naar me toe. Tijdens de les had hij een nogal grof scheldwoord geroepen. Daar zat hij mee. Ik heb hem toen op die tekst uit 1 Johannes 1 mogen wijzen. We doen zonden, maar als we onze zonden belijden, is de Heere trouw en rechtvaardig en vergeeft Hij ze.’
‘Ik was daar wel verwonderd over’, vervolgt Van Meijeren. ‘Maar je merkt ook dat zoiets makkelijker in de gymzaal gebeurt. Tijdens het sporten komen emoties naar boven. Dat kan zomaar tot zo’n scheldwoord leiden. Maar je merkt ook dat bewegen verbindt. En leerlingen vinden het leuk. Daarom kun je als docent bewegingsonderwijs soms ook heel dicht bij de jongeren komen. Je probeert er dan echt voor ze te zijn.’
Grenzen verleggen
De persoonlijke band met leerlingen staat bij de leraar voorop. ‘Ik wil ze zien, ze leren kennen. Ik wil weten wat ze nodig hebben. Als dat lukt, kun je ze helpen om grenzen te verleggen en stappen te maken in hun gedrag.’ Hij wil niet het beeld uitdragen dat hem dat altijd lukt. ‘Het gaat met vallen en opstaan – ook bij mijzelf. Het is gewoon een beetje puzzelen. Maar soms merk je dat je juist in het bewegingsonderwijs op dingen stuit die voor de mentoren heel behulpzaam blijken.’ Dat is het waardevolle van het bewegingsonderwijs. ‘Je weet dat het vak in reformatorische kring niet altijd gewaardeerd is. Maar ik denk dat het dan vooral gaat om de sfeer zoals die bij veel – niet alle – sportclubs heerst. En als het gaat om die bekende tekst uit 1 Timotheüs, dat de lichamelijke oefening van weinig nut is, dan staat dat ook los van de kern van waar het in het bewegingsonderwijs om gaat. Bewegen is belangrijk. Het is gezond voor lichaam en geest.’
‘In spel, actief bezig zijn, competitie, omgaan met elkaar in een team en het verleggen van grenzen komt er heel veel los. Je leert elkaar op een andere manier kennen. Dat geldt evengoed voor een seculiere als voor een christelijke school, al wordt op de seculiere school een vloek misschien anders behandeld dan bij ons. Waarden als samenwerking en naastenliefde kunnen in de gymles goed in beeld komen. Het gaat niet om winnen of verliezen. We willen leerlingen vooral het plezier van het bewegen meegeven. Als ze later een drukke baan hebben, moeten ze weten hoe bewegen kan helpen om te ontspannen.’
Christelijke gymles
Dat je teams niet indeelt door het klassieke “poten” en kiezen, is zo’n beetje het eerste wat gymdocenten in hun opleiding meekrijgen. Van Meijeren: ‘Dat is heel onpedagogisch. Je hoort van mensen die achter in de dertig zijn hoe ze er nog steeds last van hebben dat ze altijd als laatste werden uitgekozen.’ Een christelijke gymles moet zich op een dieper niveau onderscheiden van het seculiere bewegingsonderwijs. ‘Uiteindelijk gaat het om de liefde van de Heere Jezus. Dat leerlingen proeven dat je anders bent. Dat ze, ondanks wat ze soms doen, welkom zijn.’
Het christen-zijn beperkt zich wat de docent betreft niet tot de dagopeningen en -sluitingen. Wel vindt hij die heel belangrijk. ‘Laten we ook vooral het gebed niet onderschatten’, zegt hij erbij. ‘Als bij een dagopening je eigen afhankelijkheid doorklinkt, maak je meteen duidelijk dat je niet iemand bent die zelf alles denkt te kunnen fiksen.’ Die afhankelijkheid probeert de Goudse gymdocent na de dagopening mee te nemen de lessen in.
Basketballen
Twee dagen per week is Van Meijeren in Almere te vinden. Via vrijwilligerswerk op de jeugdclubs van christelijke gemeente De Wegwijzer – ooit voortgekomen uit evangelisatiewerk vanuit de gereformeerde gemeente van Lelystad – raakte hij hierbij betrokken als jongerenwerker. ‘Ook daar merk ik dat sporten verbindt’, lacht hij. ‘Iedere woensdag- en vrijdagmiddag ga ik basketballen in de wijk. Daardoor ken ik inmiddels zo’n vijftig jongeren uit Almere-West behoorlijk goed.’
‘De jongeren met wie ik om ga in Almere zijn voor 80 procent niet bekend met het christelijk geloof. In vergelijking met de leerlingen van Driestar College missen zij heel veel Bijbelken nis. Driestar-leerlingen hebben al heel veel meegekregen. Bij hen probeer ik vooral prikkelend door te vragen; en gelukkig zijn er onder hen ook bij wie het verlangen om de Heere te dienen herkenning oproept. Voor de jongeren in Almere is heel veel nieuw. Soms vloeken ze erop los. Bij hen zeg ik er niet altijd meteen wat van. Maar ik probeer wel te laten merken dat ik anders in het leven sta. Niet gefrustreerd, maar ik ken een geheim.’
Vrucht dragen
Gouda, Almere, Ede waar hij een theologische opleiding is begonnen … Het geheim verbindt de drie plaatsen in de zoektocht van Van Meijeren. ‘Het gaat erom dat je als docent verbonden bent met de Heere Jezus, het gaat om Johannes 15: in Hem zijn en door Hem vrucht dragen. Als je niet verbonden bent met de Bron, worden het mijn vruchten. Die maken het verschil niet. Het gaat niet om mijn persoon, maar om de Heere Jezus. Dat is het droombeeld, hoor. In de dagelijkse werkelijkheid is dat een strijd, een worsteling. Maar misschien moeten we in ons onderwijs wat minder denken dat wij de pedagoog zijn en het meer van de grote Pedagoog verwachten.’
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 april 2023
De Reformatorische School | 48 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 april 2023
De Reformatorische School | 48 Pagina's