Kinderhoekje

Beste jongens en meisjes!

Dit is de laatste keer weer in januari dat ons „hoekje" geplaatst wordt. Als we het mogen beleven is het februari als het raadselhoekje weer te lezen is. Voor deze week heb ik een mooi en gemakkelijk raadsel. Ieder kind zal het best kunnen oplossen. Het is het

JANUARI-RAADSEL 4.

Met A ben ik een heel groot schip.

Met B Izebels god.

Waarmee een zekere profeet,

E heeft bespot. Met A ben ik een Bijbelboek.

Met A ben ik een Bijbelboek.

Met B een zeker man.

Die Israël, hoe graag gedaan. Maar niet vervloeken kan.

Maar niet vervloeken kan. Met D ben ik een afgodsbeeld

Met D ben ik een afgodsbeeld

In. 't land der Filistijnen.

Met S een richter, die op 't feest

Van d' afgod moest verschijnen.

Z.... was een kleine man.

Hij wou de Heiland zien,

Zijn woonplaats heette J

Dat weet je wel misschien.

Een zeker vorst schrok van een hand.

Hoe heette deze koning?

Wie vond er bij het vee des velds

Een lange tijd zijn woning?

Dit raadsel werd ingezonden door Kees Janse, Middelharnis.

Alleen de woorden die gevraagd worden, moeten jullie opschrijven.

CORRESPONDENTIE

Sjaan van L., Dirksland. Je hebt gelijk: ik had het niet in de krant geschreven, dat het inzenden was. Ik dacht, de kinderen zullen het wel begrijpen, dat het laatste raadsel van het jaar meteen ook wel het laatste van de maand is. Je rapport is best, hoor! Ga zo maar door! Die uitleg van de kop en poten en van die kippen vind ik aardig. Zou het waar zijn, dat kippen van roofvogels afstainmen? Ik dacht, dat het echte zaadeters waren en dat ze dat altijd geweest zijn. Maar ik heb er geen verstand van, hoor.

ElUe van D., Zoetermeer. Nog steeds liever school dan vakantie? Dat zullen niet veel kinderen je nazeggen. Je rapport is goed, hoor! Geven ze op school bij jullie niet veel voor vlijt en gedrag? Kalkoen heb ik niet gegeten in de Kerstweek. Ik kan me niet indenlien, dat ik ooit dat vlees heb gegeten. Adri V. d. B., Den Bommel. Ik geloof,

Adri V. d. B., Den Bommel. Ik geloof, dat Prisma wel een goed merk is. Je bent er toch wel zuinig mee, zeker! Dat boek van Anne de Vries zal wel mooi zijn. Je schaatsen moesten weer terug. Nu staan ze nog in 't vet. Vind je 't jammer? Nu zou het zo'n mooie tijd voor vriezen zijn, nietwaar? Sjaak van D., Zoetermeer. Weet je

Sjaak van D., Zoetermeer. Weet je nog goed, dat je voor het eerst aan me schreef? Hoe lang is dat geleden? Ik denk een jaar of drie, is 't niet? Je rapport ziet er best uit. Vooral handelskennis en algebra zijn heel mooi. Vele kinderen hebben met die vakken nogal moeite, maar jij niet het minst, zie ik. Ook boekhouden en bedrijfsrekenen staan op diezelfde hoogte.

Jocfiem G., Den Helder. Over dat rapport mag je wel tevreden zijn. Eén vijfje en de andere cijfers erboven, dat is niet slecht. Zie je wel, dat het gaat, als je je best doet? Houd nu vol, hoor! Het mag niet minder worden, Jochem! Dus blokken en goed luisteren op de les.

Gerrit v. d. E., Den Bommel. Je hebt weer een lange brief geschreven, Gerrit! Dat verhaal zal de aanwezigen wel hebben geboeid, denk ik. Jij zou het wel kunnen navertellen, hoor ik. Jullie hebben wel goed voor die konijnen gezorgd, want anders hadden ze dat grote gewicht niet gehaald. Nu zat er een aardige verdienste aan en die kwam wel goed van pas, nietwaar?

Greetje M., Oud-Beijerland. Maak dat je die cijfers zo houdt, Greetje! Ik geloof dat er geen domme kinderen meer zijn op school! Je brief was toch nog goed geschreven, hoor, al was je moeder bezig met het naaimachien. Ze heeft zeker een beetje zachtjesaan gewerkt voor jou?

Stientje G., Den Helder. Maar kind, wat heb jij mooie cijfers! Nu snap ik dat je vindt, dat de opstelcijfers maar laag zijn. Jij noemt een cijfer al gauw laag; dat heb ik wel in de gaten. Jij bent aan hoge gewend. Dat is leuk om boodschappen voor een ander te doen, als je tenminste de boodschappen voor moeder dan maar niet vergeet. Wel een kwarteeuw geleden deed een meisje voor ons ook de boodschappen en ze schrijft nog geregeld, al is ze nu moeder van kinderen. Wimpie mag niet alleen de stad in, hoor! Zal je het tegen hem zeggen? Hij moet toch geen ongeluk krijgen?

Jaap T., Ouddorp. Je doet goed je best op school, hoor Jaap! Je zal de reis naar Zeeland niet licht vergeten. Het was mooi ook, 's avonds met die lichten van de schepen. Je kan niet begrijpen hoe de schippers in het donker de weg lïunnen vinden, hè?

Jaap M., Oud-Beijerland. De rapporten, die ik onder mijn ogen krijg, zijn stuk voor stuk goed. Jullie zijn beste, brave kinderen, hoor! Konden jullie de schepen in R. horen blazen, toen het jaar afscheid nam? Geweldig, wat een lawaai zal het daar geweest zijn!

Hannie en Ellie de B., Ouddorp. Een mooi versierde brief van jullie, zeg! Was het een ondergaande zon, of kwam de zon op, ten teken van het nieuwe jaar dat begon? Hoe heb jij het gehad, Hannie, op de reis? En Ellie, heb jij moeder trouw gezelschap gehouden? Dat is mooi van je, hoor!

Sjaon T., OvAdorp. Je hebt wel gelezen, dat de kaart terecht is gekomen, hè? Je hebt netjes geschreven, Sjaan! En er staat maar één zes op je rapport! Fijn, hoor! Door natte sneeuw fietsen valt niet mee. Toch zal je dat nog wel meer overkomen, denk ik.

Liedy M., Oud-Beijerland. Jij sluit deze week de rij, Liedy! Dat komt niet omdat jouw brief het laatst binnen was, hoor, maar er moet toch één de laatste zijn, niet? Je,boek heeft maar een korte naam, maar het kan toch wel prachtig zijn. Is dat zo?

Allemaal. Het is inzenden, dus nogmaals: op de brief en op de enveloppe naam, leeftijd en adres!

De hartelijke groeten van

OOM KO.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen