Over het ontstaan van Kerstliederen
Het lied van Joseph Mohr
December wordt wel genoemd: de maand van het lied. En terecht, er is geen enkele andere maand aan te wijzen, waarin het lied een zó vooraanstaande plaats inneemt als juist in deze maand. Met name doelen wij op he kerstlied. Reeds enkele weken vóór de eigenlijke viering van het kerstfeest worden door jong en oud in kerken, concertzalen e.d. de kerstliederen gezongen en door allerlei muziekinstrumenten vertolkt.
Uit de geschiedenis blijkt, dat de oudste kerstgezangen hun ontstaan danken aan de kerstspelen, die zo omstreeks het jaar 900 in de kerken worden opgevoerd. Er wordt ook verhaald, dat het de monnik Tuotillo is geweest, die het eerste kerstlied heeft gemaakt.
Het is hier de plaats niet om de gehele ontwikkeling van het kerstlied door de loop der eeuwen na te gaan, maar een feit is, dat veel van deze liederen in de loop der tijden aan de reeds bestaande werden toegevoegd. Hoewel tal van genoemde liederen niets anders bevatten dan een bonte mengeling van vals sentiment, zijn er toch ook enkele tientallen aan te wijzen die ons, bij he zingen of aanhoren hiervan, telkens weer door hun zuivere eenvoud ontroeren.
Een van de allerbekendste kerstliederen is wel het: Stille Nacht, Heilige Nacht. Hoe is dit lied ontstaan?
Op de avond van de 23e december van het jaar 1818 loopt over de besneeuwde velden rond het dorpje Oberndorf bij Salzburg een jonge man. Het is de enkele maanden geleden tot hulp-pastoor van het dorpje benoemde Joseph Mohr. Hij heeft zo juist een ernstig zieke bezocht en is nu op weg naar huis. Boven zijn hoofd flonkeren de duizenden sterren in de heldere vrieslucht. Behalve het zachte knerpen van de sneeuw onder zijn schoenen, heerst rondom hem een ademloze stilte. Een stilte, die Joseph Mohr tot in het diepst van zijn ziel ontroert. Zijn dichterlijke ziel ademt de vrede van deze schone winteravond. Zou deze vredige stilte hebben geheerst in de Kerstnacht, alvorens Gods engelen hun Gloria zongen, zo vraagt hij zich af? Hij denkt aan het kerstfeest dat morgen in zijn gemeente weer zal worden gevierd; het feest van de geboorte van de Zaligmaker in de stal van Bethlehem, en hij denkt aan de herders in Efrata's velden die het Kindeke aanbeden, nadat de Engel hen gezegd had waar zij de Messias zouden vinden. Joseph Mohr overdenkt dit alles en in zijn hart begint iets te zingen bij het overpeinzen van zoveel wonderlijke liefde die God aan zonoiaren wil schenken. Binnen in hem wordt een lied geboren, eenvoudig, maar zuiver, gevoelvol. Thuis gekomen grijpt hij ganzeveer en inkt en schrijft zijn lied op. Weinig vermoedde hij toen, dat ditzelfde lied later nog eens in vele talen zou vertaald worden.
De volgende morgen brengt hij een bezoek aan Franz Gruber, de organist van de gemeente. Hij vertelt hem hoe hij er toekwam dit lied te maken en verzoekt zijn vriend Gruber de Melodie bij dit lied te componeren. Gruber leest aandachtig, slaat hierna enkele akkoorden aan op de piano en.... in de kerstnacht zingen twee mannen, Joseph Mohr en Franz Gruber, in de St. Nicolaaskerk van Oberndorf voor het eerst het lied: StiUe Nacht, Heilige Nacht.
Als op 4 december 1848 Joseph Mohr overlijdt, weet bijna niemand dat hi de dichter is van het lied dat elk jaar op het kerstfeest wordt gezongen. Een orgelbouwer uit Tirol, die het orgel in de kerk van Oberndori komt repareren hoort dit lied en neemt het mee naar zijn land. Vandaar wordt het bekend in Leipzig waar het in 1831 voor het eerst gezongen wordt en in 1834 in druk wordt uitgegeven. In het jaar 1840 wordt dit lied in een liederenbundel opgenomen en men vermeldt daarbij dat het een oud Tirols kerstlied is.
Eerst in 1854, als Joseph Mohr dus al 6 jaar is overleden, maakt Franz Gruber bekend wie de dichter is van dit lied.
Elk jaar wordt in Wagrain, de plaats waar Joseph Mohr stierf, een korte plechtigheid gehouden. Als de beierende kerkklokken de kerstnacht hebben ingeluid, zingt op het besneeuwde kerkhof van die plaats het kerkkoor dit mooie eenvoudige lied: Stille Nacht, Heilige Nacht. Als een dankbare herinnering aan de schepper van dit lied (dat heden ten dage tot in de inheemse talen toe is vertaald en door blank en bruin wordt gezongen) de eenvoudige dorpspastoor van Oberndorf: Mohr. Joseph (L. K.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 december 1961
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 december 1961
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's