Algemeen of Bijzonder?
ONDERWIJSMETHODEN
Het is zo vanzelfsprekend dat je er niet vaak over spreekt. Hooguit komt het op een jaarvergadering van de schoolvereniging een keer aan de orde. Ik heb het nu over het Nederlandse onderwijsbestel, waarbij het niet alleen de overheid is die zorgdraagt voor onderwijs op de scholen, maar ook verenigingen van ouders dat mogen doen. Nu komt dat in meer landen voor, maar het bijzondere in ons land is dat de overheid dit onderwijs ook volledig financiert. Eén aspect van het ‘eigen onderwijs’ wil ik in deze aflevering onder de aandacht brengen, en dat is de invloed van de onderwijsmethoden op de stof die de kinderen meekrijgen en vooral ook vanuit welke achtergrond dat gebeurt. Is dat een seculiere achtergrond of wordt die gestempeld door de Bijbel?
In ons land kennen we het onderscheid tussen het openbaar onderwijs en het bijzonder onderwijs. In grote lijnen kun je zeggen dat het openbaar onderwijs door de burgerlijke overheid wordt georganiseerd en dat het bijzonder onderwijs uitgaat van verenigingen van ouders.
Uitgangspunt daarbij was en is dat de overheid geen bemoeienis heeft met de wijze waarop de scholen in het bijzonder onderwijs omgaan met de inhoud van het onderwijs. De overheid mag wel kwaliteitseisen stellen. Daar zal ook niemand bezwaar tegen inbrengen. Het is niet meer dan redelijk dat er voor het vele (belasting) geld dat naar het onderwijs gaat, de (door de overheid vastgestelde) leerdoelen gerealiseerd worden. Per vak zijn er een aantal kerndoelen geformuleerd. Om deze doelen in de loop van de (basis)school te realiseren zijn er onderwijsmethoden ontwikkeld die in de loop van de schoolperiode toewerken naar een eindresultaat. Het is niet verwonderlijk dat deze methoden de tijdgeest weerspiegelen. Voorbeelden en afbeeldingen zijn vanzelfsprekend eigentijds. Daar zit een gevaar in en dat moeten we ons goed realiseren. Het eigentijdse in een seculariserende maatschappij brengt thema’s met zich mee waarvan we op grond van Gods Woord en Zijn heilige wet moeten zeggen dat deze niet in onderwijsmethoden voor christelijke en reformatorische scholen thuishoren. De voorbeelden liggen voor de hand. Ik noem er enkele: de visie op het begin van het leven, met accenten op voortplanting, huwelijk, seksualiteit en abortus. Eveneens de visie op het einde van het leven, met zaken als euthanasie, begraven en cremeren. Tussen die twee momenten ligt het leven. Daarbij kijken we als christenen nogal anders dan ‘de wereld’ naar dingen als het uitgaansleven, muziekkeuze, kleding, kerkgang en zondagsrust, om niet meer te noemen. Die verschillen ga ik nu niet uitwerken, dat past niet binnen de omvang van dit artikel. U hebt daar allen wel een idee bij.
In onze maatschappij is er sprake van veel tolerantie. De liberale geest doortrekt ons volksleven. Merkwaardig is wel dat op het moment dat wij als christenen andere wegen gaan dan de seculiere medemens er sprake is van onbegrip en soms ook verontwaardiging. We hebben dat gezien in de coronaperiode, we zien en zagen het bij discussies over al dan niet verplichte openstelling van winkels op zondag, maar ook bij het gebruik van lesmethoden in het onderwijs. Ik hoef alleen maar in herinnering te roepen de media-aandacht naar aanleiding van een artikel in de NRC (8 okt. 2021) en de Kamervragen als gevolg daarvan. Kennelijk prikkelt het, wanneer de norm van Gods Woord zwaarder telt dan de norm van de seculiere wereld. Het ligt voor de hand om te veronderstellen dat deze commotie ertoe zal leiden dat uitgevers van (seculiere/ algemene) onderwijsmethoden niet zo gemakkelijk meer rekening zullen willen houden met wensen vanuit de christelijke en reformatorische scholen.
Ik werd op dit thema geattendeerd door een schrijven van de SLRO, de Stichting Leermiddelenontwikkeling Reformatorisch Onderwijs, met als titel: moeten lesboeken altijd een christelijke visie uitdragen? Daaraan werd de vraag gekoppeld of het nu echt zo nodig is dat er een stichting is die zich bezighoudt met leermiddelen voor onze christelijke en reformatorische basisscholen.
Vanuit het onderwijsveld is die vraag positief beantwoord. De stichting is inmiddels een feit. Nut en noodzaak van de stichting worden onderbouwd vanuit de gedachte dat de educatieve uitgevers de richtlijnen voor het maken van methoden zullen aanpassen aan de huidige maatschappelijke ontwikkelingen.
Nu bestaat het geven van onderwijs natuurlijk niet alleen uit een methode. Ook de docent heeft een niet te onderschatten rol. Hij of zij is voor de leerlingen de identificatiefiguur. Het wordt voor de leerkracht wel complex als hij of zij bij bepaalde leerboeken moet aangeven dat het wel op die manier in het boek staat, maar dat het toch niet zo is. Bij al de eerder genoemde thema’s kan dit aan de orde zijn.
Overigens is het wel van belang dat leerlingen weten wat de overheersende mening is buiten de eigen gezindte. Juist om een goed onderbouwde argumentatie aan te leren voor de Bijbelse waarheid tegenover de seculiere opvatting moet je weten hoe men er buiten de eigen gezindte over denkt. Toen ik zo’n 60 jaar geleden op school zat leerden wij nadrukkelijk ook wat Darwin dacht over de evolutie (en daarmee ook over de schepping). Dit werd afgezet tegen wat de Bijbel als Gods onfeilbaar Woord ons leert. De rol van de docent is hierin cruciaal. Dat blijft zo, ongeacht welke methode gebruikt wordt.
Niet alle vakgebieden zijn even gevoelig voor wat betreft de identiteit. Meest prominent is misschien wel het burgerschapsonderwijs. Vanuit de politiek zijn hiervoor de nodige eisen neergelegd met betrekking tot wat leerlingen moeten meekrijgen om als goede burger in onze maatschappij te kunnen functioneren. Dat je daarbij vanuit de Bijbelse invalshoek tot een heel andere invulling komt dan vanuit de seculiere is inmiddels wel gebleken, zeker na de aanscherping van de wet in 2021. De ‘stenen des aanstoots’ vanuit de maatschappij ten opzichte van de christelijke visie komen bij dit onderwerp nadrukkelijk aan de orde. Ik denk daarbij aan de visie op huwelijk en gezin en de actuele genderdiscussie. Het vergt stuurmanskunst om in onderwijsmethoden op een Bijbels verantwoorde wijze hiermee om te gaan. Inmiddels is door de SLRO een leerlijn voor dit vak ontwikkeld. Niet alleen voor het vak burgerschap is een eigen leerlijn zeer behulpzaam voor docenten; dat geldt ook voor het vak muziek. Wat is daarbij verantwoord en wat niet? Geen eenvoudige opdracht om dit zodanig te verwerken dat docenten hierbij worden ondersteund en leerlingen geholpen.
Het slot van eerdergenoemd schrijven luidt: ‘In Nederland zijn we bevoorrecht met het hebben van reformatorische scholen.
Onze kinderen krijgen onderwijs dat gegrond is op Gods Woord en dat aansluit op hetgeen in onze kerken en in onze gezinnen wordt voorgestaan. Laten we dit als predikant, als kerkenraad en als ouders niet vanzelfsprekend gaan vinden. Dat zou een zeer gevaarlijke houding zijn. Voor de SLRO is er veel werk te doen. Het ontwikkelen van verantwoord lesmateriaal voor PO-scholen is verantwoordelijk en arbeidsintensief werk. Werk dat, net als al het werk dat op onze scholen plaatsvindt, afhankelijk is van de zegen des Heeren. Want de zegen des HEEREN, die maakt rijk.
Aan bovenstaand slotwoord is niet veel toe te voegen. Ik begon dit stukje met de stelling dat het zo vanzelfsprekend is dat je er vaak niet over spreekt. Al schrijvend en lezend moeten we concluderen dat het niet vanzelfsprekend is dat er nog christelijk en reformatorisch onderwijs is. Het is bijzonder, en reden tot veel dankbaarheid dat het er, ondanks de tijdgeest, nog mag zijn. Achter de schermen gebeurt veel - en methodeontwikkeling is maar één aspect - om ondanks die tijdgeest de leerlingen onderwijs te geven met een Bijbelse basis. We mogen daarbij alle betrokkenen, docenten en ondersteuners, van harte Gods zegen toewensen. Dat wij allen maar veel mogen bidden voor het onderwijs, dat de Heere al het onderwijs zal willen zegenen en dat het naast de gezinnen en de kerken een middel in Gods hand zal zijn om leerlingen te leiden op het smalle pad dat Bunyan ons in de Christenreis zo treffend tekent.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 2022
Zicht op de kerk | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 2022
Zicht op de kerk | 32 Pagina's