Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Christelijke school

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Christelijke school

7 minuten leestijd

Het christelijk onderwijs lijdt onder een tekort aan leraren. Ook komt de grondslag van de christelijke school steeds meer onder kritiek te staan van het hedendaagse seculiere denken. De Inspectie van het Onderwijs geeft uitvoering aan wetgeving die op gespannen voet staat met de missie van de christelijke school. Daar maken we ons zorgen over. Maar er zijn ook andere ontwikkelingen die misschien nog wel spannender zijn en ons confronteren met de kwetsbaarheid van de christelijke school. Omdat ze ons confronteren met onszelf.

De School

Eerst iets over de school. Wat is een school? In een school kijk je haar achterban in de ziel. Een school is een onderdeel van de samenleving met als opdracht leerlingen te vormen en te onderwijzen, in het verlengde van de opvoeding door de ouders. Op een christelijke school vormt De Bijbel het gezaghebbend kader. En op een christelijke school op reformatorische grondslag verwijzen de statuten ook naar de drie gereformeerde belijdenisgeschriften. De school staat niet op zichzelf. Ze wordt gevormd door ouders, leerlingen, docenten, leidinggevenden, bestuurders en toezichthouders. Daaronder bevinden zich ook ambtsdragers die dienen in de kerk. Samen vormen zij de school. Daarom: in een school kijk je haar achterban in de ziel.

De Samenleving

De samenleving, waarvan de christelijke school deel uitmaakt, wankelt. In velerlei opzichten. De kerken lopen leeg. Het gezag verdwijnt. De zuilen zijn afgebroken. Tradities worden steeds minder op waarde geschat. Het politieke electoraat is op drift. Er vindt een seksuele revolutie plaats. En de vrijheid van het geweten komt meer onder druk te staan. We leven in een tijd van enorme verschuivingen, van emancipatie, van ontwrichting, van verwarring. Maar dat is niet nieuw. Onze tijd is, bij voorbeeld, in veel opzichten te vergelijken met die van Luther. Ook toen wankelde alles. In de kerk en in de samenleving. In Luthers tijd droeg de boekdrukkunst bij aan grote omwentelingen. In onze tijd doet het internet dat.

Ontwikkelingen

Deze ontwikkelingen gaan de gereformeerde gezindte niet voorbij. En daarmee ook de christelijke school niet. De christelijke school is in beweging omdat de samenleving beweegt. Doorgaans is beweging goed om vitaal en relevant te blijven. Maar er is ook een soort van beweging die niet altijd positief te duiden is en zelfs bedreigend kan zijn voor het voortbestaan. Van dat soort bewegingen met betrekking tot de christelijke school volgen onderstaand een aantal voorbeelden. Ze zijn bedreigender dan het lerarentekort. En misschien ook wel bedreigender dan het huidige politieke klimaat en de ontwikkeling van wet- en regelgeving die daaruit voortvloeit.

We raken het wonder kwijt.

Het wonder van het bestaan van volledig bekostigd christelijk onderwijs wordt niet meer op waarde geschat. Het geschenk is verworden tot een recht. Het altaar waarop onze voorouders offerden ligt onder het stof van gewoonte en vergetelheid (zie kader: ‘Monument des geloofs’).

Het gezag van de Schrift staat onder druk. Ook de gehechtheid aan de grondslag van de school. Opvattingen lijken steeds meer vloeibaar te worden. Er wordt ruimte gevraagd voor andere inzichten, terwijl juist standvastigheid vereist is.

Het onderling vertrouwen wordt meer en meer op de proef gesteld. Door de ontwikkelingen in de kerken (bijvoorbeeld als gevolg van moderne Schrift-uitleg) komen de opvattingen van de flanken van de achterban van de school steeds verder uit elkaar te liggen.

Consumentisme. Wordt de school op het hart gedragen en in gebed voor de Heere neergelegd, of wordt de school benaderd als een soort supermarkt waar kritisch – en liefst zonder verplichting – vrijelijk wordt geconsumeerd? Dat laatste gebeurt steeds meer.

Mediaverslaafdheid. Als gereformeerde gezindte zijn we erin geslaagd om de invloed van de televisie op onze gezinnen beperkt te houden. Maar sinds de komst van het internet zijn de sluizen opengezet en worden onze jongeren èn ouderen iedere dag door overspoeld met ‘de geestelijke boosheden in de lucht’. De impact hiervan op ons denken is groter dan we vaak beseffen. Zonder dat we ons ervan bewust zijn worden we aan het infuus van de satan gelegd en wordt een antichristelijk gif in onze aderen gebracht. Dit vereist dubbele waakzaamheid.

Ontrouw. Er is sprake van een grote toename van het aantal gebroken gezinnen in onze gezindte. Als gevolg daarvan wordt van de school verwacht, naast een vormings- en onderwijsinstelling, ook een soort zorginstelling te zijn. Om kinderen met psychisch lijden en gedragsproblemen op te vangen. Maar, docenten zijn docenten; geen psychologen en geen psychiaters.

Reformatie

We leven met onze kinderen in een culturele crisis: God weg. Bijbel dicht. Kerk leeg. Gezin stuk. En voor dit alles komt er één ding in de plaats: IK. Dat gebeurt niet alleen buiten onze gezindte maar net zo goed erbinnen. En dus ook in de school. Net als in de tijd van Luther is een reformatie nodig: bekering tot God. Reformatie van ons hart. En daarmee van ons gezin, onze kerk en onze school. Dàt is wat wij en onze kinderen nodig hebben. Ik wil in dit verband Groen van Prinsterer citeren, uit een rede die hij hield voor de Evangelische Alliantie in Geneve in 1867. Het is alsof hij tot in detail op de hoogte is van wat er in onze gezinnen, kerken en scholen aan de hand is. Hij spreekt ons als volgt aan: ‘De huidige crisis wijst u duidelijk uw taak. Die is: deze stortvloed van systematische goddeloosheid te weerstaan (…). Dat is geen gemakkelijke taak. Om goed opgewassen te zijn tegen deze plicht hebben we een geest van toewijding nodig, van opoffering, waardoor we ons verheffen boven elke andere waardering, waardoor we ons ook verlagen tot de staat van uitvaagsel der wereld.’ Wat onze kinderen ook nodig hebben zijn wervende voorbeelden. Ouders, docenten en ambtsdragers die kunnen vertellen hoe goed het leven met de Heere is en dat ook in de praktijk brengen. Mensen die dicht bij onze kinderen staan en die bij onze kinderen jaloersheid opwekken. Die midden in de wereld staan, de wereld van onze kinderen kennen en doorgronden, maar niet van deze wereld zijn. Burgers van twee werelden, met de woorden van Dr. W. Aalders: ‘mensen die reizen op het kompas van het geloof naar het Jeruzalem hierboven’.

Hoop

De christelijke school staat in de branding van de samenleving. Maar voor ons en onze jongeren is er, in deze verwarrende tijd, toch een boodschap van hoop, troost en verwachting.

En die mag ook vanuit de christelijke school gebracht worden: God rechtvaardigt goddelozen. Hij zoekt ze op en nodigt hen om tot Hem te komen! Hij zond Zijn Zoon in deze wereld om zondaren zalig te maken. Wij, met onze kinderen, staan bloot aan een woedende satan die zoekt wie hij te pakken kan krijgen; wetende dat hij nog slechts weinig tijd heeft. Maar op de Paasmorgen heeft hij het onderspit gedolven en heeft Jezus getriomfeerd. Hij heeft de satan de kop vermorzeld en de hel en de dood overwonnen. Hij voer ten hemel op vol eer! Op de Pinksterdag heeft Hij Zijn Geest uitgezonden die ook nu nog zoekt naar rekruten voor Koning Jezus. Onderdanen die Hij in de hemel een plaats bereidt. Ook vandaag is Hij nog bezig om ze op te zoeken. Laten we daarom met verwachting bidden om Zijn komst, Die alleen ons heil en dat van onze kinderen volmaken kan.

Dit artikel is een samenvatting van een lezing voor de Classis Zuid-West


Monument Des Geloofs

Ergens, diep in het polderland, afgelegen en verlaten, stond een eeuw geleden een christelijke school. 't Was maar een onooglijk klein ding. Een houten gebouwtje, dat van buiten noch van binnen een florissante aanblik bood. De bouwmaterialen waren tweedehands geweest, afkomstig van een oude legerbarak uit de Haarlemmermeer. Op de deur stond nog steeds met sierlijke letters: ‘Officier der genie’. Toch waren er voor de oprichting van dit schooltje offers gebracht, offers der armen. En dankbaar hadden de weinige christenouders in die omgeving dat gebouwtje zien verrijzen. Het was voor hen een kostbaar bezit!

Op zekere dag verschijnt daar de inspecteur, en zegt na een grondige inspectie tot het schoolhoofd: ‘Waarde vriend, dat kan zo niet langer, jullie moeten naar een ander gebouw omzien, want dit hier lijkt wel een varkenshok.’ Na schooltijd zoekt het hoofd de voorzitter van het schoolbestuur op en deelt hem verslagen het oordeel van de inspecteur mee. De reactie is verrassend, want verontwaardigd barst de voorzitter uit: ‘Wat zegt die man? Een varkenshok? Hij raast! Het is een monument des geloofs!’’

Uit: ‘Memorietafel van het christelijk onderwijs’ door drs. T. M. Gilhuis (1914-1990).

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 november 2023

Zicht op de kerk | 32 Pagina's

De Christelijke school

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 november 2023

Zicht op de kerk | 32 Pagina's