Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Overmoed en zelfbedrog bedreigen ook ons

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Overmoed en zelfbedrog bedreigen ook ons

" En Agag zeide: Voorwaar, de bitterheid des doods is geweken!" 1 Samuël 15:32

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />

Het was voor Agag een hacheUjk ogenbhk toen hij werd gevangen door koning Saul. Het volk had van God de opdracht gekregen om af te rekenen met Amalek, omdat het zich vijandig had opgesteld toen Israël uit Egypte kwam. Alles moest zonder pardon worden gedood, zowel mens als dier. Aanvankelijk schijnt Saul zich te houden aan deze wraakactie. Al het volk verbant hij door de scherpte des zwaards. Maar hij maakt een uitzondering voor de koning der Amalekieten en voor het beste vee. Als Samuël komt is die dan ook diep teleurgesteld en vertoornd. Want omdat Saul het woord des Heeren verworpen heeft, heeft de Heere hem verworpen. Wanneer Agag tot Samuël wordt gebracht gloort bij hem de hoop dat de bedreiging van zijn leven definitief van de baan is. Wat kan hij nog duchten van zo'n oude man, en hij zegt: „Voorwaar, de bitterheid des doods is geweken!" Hij is te trots om te smeken om genade, of zijn leven mag worden gespaard. Bovendien: zal hij die, zoals Samuël verder zegt, zo veel mensen de dood injoeg, zelf bang zijn voor de dood? In zijn woorden beluisteren we overmoed en uiteindelijk zelfbedrog.

Sinds de mens geluisterd heeft naar de leugen: „Gij zult de dood niet sterven", koestert ieder mens de heimelijke hoop dat hij hier het eeuwige leven heeft. Het geloof in de medische macht stelt velen gerust. Steeds weer nieuwe ontdekkingen hebben de gemiddelde leeftijd van de mens verhoogd. De gedachte hieraan heeft bij velen de angst voor een vroegtijdig sterven weggenomen. En worden we bedreigd door een zwaar en langdurig lijden, vanwege een ziekte of een ongeluk, dan kan men door een vrijwillige, vroegtijdige dood zijn leven beëindigen. Dood is immers dood?! Vandaar toename van euthanasie, want de duivel zorgt dat „de bitterheid des doods is geweken".

Helaas komen we dit zelfbedrog niet alleen tegen buiten de kerk, maar ook in de kerk. We zullen allen nog wel toestemmen dat na het sterven ons een eeuwig lot wacht, hetzij in de hemel hetzij in de plaats der rampzaligheid. En we vinden het verschrikkelijk als iemand dat ontkent. Maar geloven wij zelf wel hoe bitter de dood zal zijn als we onbekeerd sterven? O, welk een valse gerustheid bij hen die week aan week, vaak al jaren, horen van hel en hemel. Zeker, daar kan verandering in komen wanneer de algemene werkingen van de Heilige Geest de zondaar gaan overtuigen. Een van de eerste dingen die we dan gaan zien is dat we moeten sterven, maar dat we niet kunnen sterven vanwege onze onverzoende staat. Spoedig zal dan de verzoeker komen met een tekst, een belofte of een versje. En met een waangeloof grijpt men dat vaak aan en men gelooft dat de Heere Jezus ook voor ons gestorven is. En de angst gaat over, de bitterheid des doods wijkt, want men is verlost. Wee die prediker die -zoals Saul Agag verschoonde- het zwaard des Geestes, hetwelk is Gods Woord, niet recht gebruikt. Door hem niet zijn doodslaat aan te zeggen, en hem te wijzen op de noodzaak om te sterven aan de zonden, de wet, onze eigenwillige vroomheid, kortom aan onszelf

Maar, o eeuwig wonder, zij die hun dood-zijn in misdaden en zonden gaan leren inleven, en door de wet sterven aan de wet en alles wat geen God in Christus is, aan hen wordt het leven geschonken in een Ander. Die voor de Zijnen, door de genade Gods voor allen de dood gesmaakt heeft. Hij heeft toen geroepen: „'k Heb buiten U, daar Ik zo bitter lij, geen hulp te wachten." De dood is Hem bitter geweest, omdat Hij de bitterheid van de zonden daarin geproefd heeft. En zo heeft Hij verlost degenen die met vreze des doods, door al hun leven, aan de dienstbaarheid onderworpen waren. Lezer(es), vlucht dan met uw zonden, dood en nood tot Hem. Het leven te zoeken en het menen te hebben buiten een persoonlijke geloofsvereniging met Christus is zelfbedrog. Maar een doodschuldige zondaar die gelooft in Hem heeft het eeuwige leven. „Nu tart ik de dood, nu verwin ik het graf, nu neemt mij geen satan de zegekroon af Mijnjezus geleidt mij door de aardse woestijn. "Gestorven voor mij!" zal mijn zwanenlied zijn."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 september 1991

Terdege | 72 Pagina's

Overmoed en zelfbedrog bedreigen ook ons

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 september 1991

Terdege | 72 Pagina's