Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In coronatijd naar Libanon

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In coronatijd naar Libanon

Kees en Esther van der Knijff: Voor ons was de ‘zendingstrein’ niet meer te stoppen

5 minuten leestijd

Kees (31) en Esther (32) van der Knijff zijn 17 januari voor de GZB uitgezonden naar Libanon, samen met hun kinderen Hannah (6), Nathan (3) en Timon (1). Dat hun vertrek werd uitgesteld door een complete lockdown in Libanon, geeft aan hoe onzeker hun toekomst is. Wat beweegt hen?

K ees wordt docent aan het Arab Baptist Theological Seminary en Esther jeugdarts bij een kliniek in een van de armste wijken van Beiroet, het Howard Karagheusian Primary Healthcare Center.

Waarom gaan jullie de zending in en namen jullie geen goedbetaalde baan in Nederland?

Het blijft even stil. Dan zegt Kees: “Waarom een goedbetaalde baan als je voor de zending kunt kiezen? Een goedbetaalde baan heeft ons nooit aangesproken. Wij vinden allebei waardevol werk belangrijker dan dat we dat koppelen aan ambitie of salaris.”

Esther: “In Nederland werkten we ook met veel voldoening. Al in onze verkeringstijd hadden we het erover dat we een periode onze welvaart en rijkdom wilden delen met anderen. Dat was voor Kees de motivatie om theologie te gaan studeren, en voor mij om als arts mensen praktisch te helpen.”

Hoe ging bij jullie het vuur voor de zending branden?

Kees: “Al rond 2012, tijdens mijn studie theologie, verlangde ik ernaar iets in het buitenland te gaan betekenen. Ik wist echter nog niet welke kant ik zou opgaan. Dit verlangen ging nooit weg. Het was niet de vraag of, maar wanneer we zouden gaan.”

Esther: “Dat zendingsvuurtje is naar mij overgeslagen. Eind 2016 praatten we in een restaurantje over de vraag: ‘Waar zouden we over vijf jaar willen wonen en werken?’ We hoopten sterk dat we iets voor Gods koninkrijk in het buitenland zouden kunnen betekenen. Daarom hebben we begin 2017 contact gezocht met de GZB.”

Kees: “Toenmalig GZBdirecteur Ouwehand adviseerde mij de predikantsopleiding te doen. Dat was een uitdaging: ik moest van onderzoeker weer student worden, en ik kreeg geen salaris meer. Maar omdat we bewust kozen voor de zending, was dit een logische stap.”

Wat hielp om te volharden?

Esther: “Doordat we ons verlangen deelden met mensen om ons heen. Die bevestigden ons: ‘De combinatie van een theoloog en een arts is prachtig om in de zending aan de slag te gaan.’ Dat sterkte ons in onze overtuiging.”

Kees: “Afgelopen maanden in Nederland was het best lastig om in coronatijd afscheid te nemen. Maar onze ouders zouden het heel erg gevonden hebben als het niet doorging. Ze zeiden: ‘Als jullie niet op jullie zendingsverlangen waren teruggekomen, zouden wij het hebben gedaan.’ Zo van: Jullie moesten toch de zending in?”

Dat betekent veel: je huis verkopen, je families en je kerk verlaten en een onbekend avontuur aangaan. Ooit getwijfeld?

Kees: “We hebben avonden gehad waarin het ons aanvloog: ‘Help, waar zijn we aan begonnen?’ Hier hadden we een comfortabel en voorspelbaar bestaan, ook kerkelijk. Spullen zullen we niet erg missen, maar wel de veilige plek van ons thuis. Bovendien houden we beiden van structuur en controle, terwijl we juist de achterliggende periode weinig structuur en controle hadden, ook wegens corona.”

Esther: “De verhuizing zelf is eveneens onzeker. Op dit moment (van het interview, GW) weten we alleen dat we na de vliegreis de eerste periode in het seminarie moeten wonen, omdat we nog geen huis hebben. God zal daar voor zorgen.”

Kees: “We hebben nooit fundamenteel getwijfeld of we dit moesten doen.”

Wat betekent deze stap voor jullie kinderen?

Esther: “Voor hen is dit best spannend. Het is onduidelijk wat de emigratie betekent voor hun ontwikkeling en verdere leven. Hoe zorgen wij als ouders ervoor dat het voor hen een goede en verrijkende tijd wordt en geen ballast en moeite oplevert?”

Kees: “Hannah, van 6, maakt het bewust mee. Haar reactie varieert van morgen willen vertrekken tot een huilbui over wat ze allemaal kwijtraakt. En dat laatste zal nog wel een paar keer gebeuren: als ze opa en oma voorlopig de laatste keer ziet, als ze afscheid van vriendinnetjes moet nemen.”

Esther: “Ook in Nederland kunnen we hun geen stil en gerust leven garanderen. Ook daar zouden ze moeilijke momenten hebben. Tegelijk hopen we dat ze verrijkende momenten krijgen die andere kinderen niet meemaken.”

Kees: “We kregen weleens te horen: ‘Wat doe je je kinderen aan om ze in Libanon te laten opgroeien?’ Ook dit kun je omdraaien. Wat doe je je kinderen aan als je ze in Nederland opvoedt? Is Nederland per definitie het beste? Bij ons heerst vaak de hoogmoedige gedachte dat wij precies weten hoe het zit. Maar Nederland is ook niet ideaal, bijvoorbeeld door de verleidingen van de rijkdom. Dat kinderen in groep 5 al met dure smartphones rondlopen is niet normaal. En er is vertrouwen op God voor nodig om in een andere cultuur te leven en om te zien naar anderen. Hopelijk leren ze dat.”

Waar zien jullie naar uit?

Kees: “Dat we op onze bestemming zijn en vruchtbaar zijn. Wij, westerlingen, kunnen veel van de kerk daar leren, bijvoorbeeld in de omgang met Syrische vluchtelingen. Terwijl Syriërs voor Libanezen hetzelfde zijn als de Duitsers destijds voor ons: overheersers die voor puin en pijn zorgden. De Libanese kerk kiest ervoor zich open te stellen. Daaraan kan de Nederlandse kerk zich spiegelen: Hoe stellen wij ons open voor mensen uit andere culturen, vaak met grote problemen? Wat betekent het om missionair en diaconaal te zijn?”

Esther: “Wij hopen op verbindingen met christenen wereldwijd. Om mooie dingen te delen met gemeenten in Nederland en onderlinge verbondenheid te ervaren.”

Kees: “Voor ons was de trein van zending niet meer te stoppen. Na ons bezoek aan Libanon, februari vorig jaar, proefden we: Er moet een duidelijke reden zijn om niet te gaan. Corona was dat niet. Redenen om niet te gaan zijn altijd te vinden. Gods leiding in je leven is geen bliksemschicht bij heldere hemel. Als je denkt dat je wellicht de zending in zou willen, ga gewoon eens het gesprek aan. Misschien gaat het vlammetje gaandeweg branden.”

Meer weten? Kijk op www.gzb.nl/lichtvoorlibanon

Dit artikel werd u aangeboden door: Gereformeerde Zendingsbond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 februari 2021

Alle Volken | 24 Pagina's

In coronatijd naar Libanon

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 februari 2021

Alle Volken | 24 Pagina's