Psalm 6 spreekt op de ziekenzaal
Jongens die serieuzer waren dan hij sprongen in militaire dienst uit de band. Het is ouderling A. ’t Gilde nog altijd een wonder dat de Heere zijn weg heeft ‘omtuind’. In die tijd kwam hij in Haarlem terecht. Hij is er altijd gebleven en staat nu 50 jaar in het ambt.
Van 1 april 1970 tot 1 april 2008 diende ’t Gilde in zijn woonplaats. Nadat de gemeente werd opge- heven, ging hij in Hoofddorp kerken. De kerkenraad vroeg hem direct om er te catechiseren. Op 18 maart 2009 werd hij ook weer ouderling. Op 18 maart is ’t Gilde een halve eeuw ambtsdrager.
Vanwege zijn gezondheid neemt de 80-ja- rige ouderling binnenkort afscheid. Kerst 2019 is hij al met preeklezen gestopt. ‘Mijn stem werd minder en ik ging ook steeds meer Zeeuws praten’.
’t Gilde werd in Terneuzen geboren. Ds. C. Kramp doopte hem in 1941 in de Bakkeri- aanse gemeente waartoe ’t Gildes moeder behoorde. Die gemeente werd oud gere- formeerd en ’t Gilde kreeg er catechisatie van ds. A. de Reuver. Zijn vader was her- vormd, maar sloot zich in 1950 aan bij de Gereformeerde Gemeente. ‘Tien jaar heb ik onder ds. D.L. Aangeenbrug gekerkt. Ik herinner me vooral de ernst in zijn predi- king en tijdens de catechisatie’.
De weg omtuind
De militaire diensttijd begon in augustus 1960 in Tilburg. ‘Een jongen uit onze ge- meente die twee maanden eerder was opgekomen, nam me direct mee naar ser- geant I.M. Sinke, die thuis preeklas. Ik was vaak de hele zondag in dat gezin. Zo werd mijn weg omtuind’.
Hetzelfde gebeurde toen hij na vier maan- den werd overgeplaatst naar Haarlem. ‘Die jongen uit onze gemeente was daar al twee maanden en nam me mee naar kos- ter J. Vaders, bij wie veel jongeren over de vloer kwamen’. Daar ontmoette ’t Gilde een 16-jarige verpleegster die van Hoofddorp naar Haarlem kwam. Ze trouwden in 1966. Een preek van student A.W. Verhoef in september 1962 maakte diepe indruk.
’t Gilde kocht ”De geestelijke mens” van Costerus en zat tot diep in de nacht te le- zen. In november 1964 sprak een preek van ds. A.J. Wijnmaalen over Jesaja 54:11 tot zijn hart. ‘In die eerste tijd ging ik met een jongen uit Krabbendijke twee, drie keer per week naar de kerk. Het was mijn lust en mijn leven. Gesprekken met de Haarlemse ouderlingen waren me tot veel onderwijs’.
Alleen maar luisteren
Ds. A. Hofman bevestigde hem tot diaken. ‘Ik mocht weten dat ik dat worden zou, want de Heere had in mijn hart gelegd: Hij Die u roept, is getrouw... Tijdens de leden- vergadering nam ik het aan. Maar je weet dan nog niet waar je voorstaat. Anderhalve maand later moest ik op ziekenhuisbe- zoek, omdat de ouderlingen verhinderd waren en ik spontaan gezegd had dat ik die maandagmorgen vrij had. Ik heb een tijdje door dat ziekenhuis gelopen voordat ik naar de zieke vrouw durfde, want wat moest ik daar zeggen? Maar ik hoefde niets te zeggen; ik hoefde alleen maar te luisteren’.
Een ander ziekenhuisbezoek komt in ge- dachten. ‘In 1984, bij een bejaarde vrouw. Ze leek onbereikbaar. Ik las Psalm 6, wat ik bij sterfbedden vaak deed, deed een gebed en ging weer. Meer dan twintig jaar later hoorde ik dat in de kamer ernaast een man in grote nood had gelegen. Hij hoorde Psalm 6 voorlezen en dat was hem tot troost’.
Van Haarlem naar Hoofddorp
Op biddag 1982 bevestigde ds. D. Hakkenberg ’t Gilde tot ouderling. ‘Zeg de kinde- ren Israëls dat ze voorttrekken, leefde toen in m’n hart’.
In 2007 bleef hij als enige ouderling over. De Haarlemse gemeente werd kleiner; de onderhoudskosten van het oude kerkgebouw waren hoog. ‘In 2008 zijn we gestopt. Behalve mijn vrouw en ik woont er nu in Haarlem nog één echtpaar uit onze gemeenten. Naar Hoofddorp is het voor ons maar een kwartier rijden. Naar de kerk in de binnenstad van Haarlem deden we er doordeweeks langer over. Soms reed ik daar bijna een half uur rond om een parkeerplaats te vinden. Bezoekende predikanten gaven hun sleutels aan m’n zoon: Hier, probeer m’n auto maar ergens kwijt te raken’.
In Hoofddorp heeft ’t Gilde nog twaalf jaar gediend. Vele preken heeft hij gelezen; 22 jaar heeft hij gecatechiseerd. ‘Ik zei tegen een predikant dat ik nog steeds tegen alles opzie, ook tegen een consisto- riekamergebed. ‘De Heere houdt u aan een kort touwtje’, zei hij. Terugziend op deze 50 jaar blijft er aan onze kant geen roem over, alleen schuld. De Heere heeft echter waargemaakt: Hij Die u roept, is getrouw, Die het ook doen zal’.
L. Vogelaar, Scherpenzeel
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 maart 2021
De Saambinder | 24 Pagina's