Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De leerkracht en de school

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De leerkracht en de school

4 minuten leestijd

Staat of valt het christelijk onderwijs met de christelijke school? Over die vraag schreef dr. Kees Boele een boek onder de titel ”Van zuil naar zout”.

Onlangs verscheen in het Reformatorisch Dagblad een interview met hem. Boele beschikt ongetwijfeld over een brede onderwijservaring. Hij was voorzitter van het College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Ede, daarna van de openbare Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en nu van de Protestantse Theologische Universiteit. Terecht wijst hij erop dat er meer christelijk onderwijs is dan op christelijke scholen aan de orde komt. We hebben immers ook het gezin en de kerk. Die zijn niet alleen van ouder datum, maar principieel gezien zijn ze ook van meer fundamentele betekenis. Dat moeten we niet vergeten. De hoge opdracht van Godswege om kinderen in de christelijke leer te onderwijzen en hun een christelijk levensgedrag voor te leven, ligt primair in het gezin. Evenzo heeft de kerk tot taak om de kinderen die door de doop in haar midden zijn opgenomen, te onderwijzen en de Bijbelse boodschap aan hun hart te leggen. God wil immers werken in de lijn der geslachten.

Vader Jakob

Historisch gezien komt de school pas later in beeld. Vader Jakob had twaalf zonen, maar hij stuurde niet één van hen naar een christelijke school. Dat was in die tijd niet aan de orde. In Nederland kwam de leerplicht pas rond 1900. Voordien ging lang niet ieder kind naar school. Bovendien vormde voor veel jongeren de lagere school tevens het einde van hun schoolloopbaan. Ook dat is nu heel anders geworden.

Daarmee is de betekenis van het onderwijs aanzienlijk toegenomen. De maatschappelijke betekenis, maar ook de vormende rol van de school. Het is niet onbelangrijk in welk milieu onze kinderen zo’n vijftien jaar of langer verkeren. En dat in een periode dat ze zich ontwikkelen van kleuter tot jongvolwassene. Wat krijgen ze op school mee en met wie gaan ze om? Dat betekent ook dat de christelijke school, en dan uiteraard een school die deze naam met recht draagt, voor ons belangrijker is dan ooit. Maar juist nu wordt de positie daarvan steeds meer ter discussie gesteld. Hoe lang zal de overheid die scholen nog willen bekostigen? Tegen die achtergrond heeft Boele zijn boek geschreven.

Vergrootglas

Reformatorische scholen liggen tegenwoordig maatschappelijk en politiek onder een vergrootglas. Hoe verhouden hun normen en waarden zich tot die van de moderne samenleving? Bij de meeste christelijke scholen stelt de confessionele identiteit weinig meer voor. Hun opvattingen, bijvoorbeeld over homoseksuele relaties, wijken niet af van wat in de seculiere wereld gangbaar is. Maar bij een school die de Bijbel als uitgangspunt heeft leidt de identiteit gemakkelijk tot een frontale botsing.

Ook al zouden er geen christelijke scholen meer zijn, dan ziet Boele nog wel mogelijkheden voor christelijk onderwijs in schoolverband. Christelijke leerkrachten op openbare scholen zouden daarvoor kunnen zorgen. Het belang van een goede christen-docent is belangrijker dan dat van de christelijke school als organisatie, zo stelde hij in het RD-interview.

Nu is de rol van de leerkrachten in het onderwijs uiteraard van groot belang, ook als het gaat om de principiële identiteit. De grondslagbepalingen in de statuten zijn zeker van betekenis, zoals het ook veel uitmaakt wie er in het schoolbestuur zitten. Maar de man of vrouw voor de klas bepaalt in hoge mate wat de leerlingen op hun levensreis wordt meegegeven. Vandaar dat het essentieel is dat de leer- krachten in het reformatorisch onderwijs achter de identiteit van de school staan.

Beperkte ruimte

De school bepaalt echter ook de ruimte die docenten hebben om hun eigen levensvisie uit te dragen. Op een openbare school zal die ruimte beperkt zijn. Niet zozeer voor modern-christelijke leerkrach- ten. Hun levensbeschouwing verschilt niet heel veel van wat in de brede maatschappij normaal gevonden wordt.

Voor docenten die echter de Bijbel als uitgangspunt nemen ligt dat anders. Niet alleen zullen die op zo’n school veel moeten accepteren en gedogen wat tegen hun principes ingaat. Maar ze zullen ook erg op hun woorden moeten letten, wil hun loopbaan niet in een groot conflict eindigen. Wie bijvoorbeeld wat durft te zeggen van de hedendaagse vrije seksuele moraal, van homoseksuele relaties of van transgenders krijgt gemakkelijk de wind van voren. Dergelijke opmerkingen zouden botsen met het veilige schoolklimaat dat de school nastreeft, zo ze al niet regelrecht als haatdragend worden getypeerd. Dat Boele hier niet al te veel problemen ziet, hangt uiteraard samen met waar hij zelf staat. Voor hem is de christen-humanist Erasmus het voorbeeld van modern-christelijk onderwijs. Dat zegt wel wat.


C.S.L. Janse, Apeldoorn

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 mei 2021

De Saambinder | 24 Pagina's

De leerkracht en de school

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 mei 2021

De Saambinder | 24 Pagina's