Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Opgewekt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Opgewekt

5 minuten leestijd

Er staat in deze tekst: ‘opgewekt om onze rechtvaardigmaking’. En juist dat kleine woordje ‘ons’ is van de grootste betekenis. Of het wel of niet was om ónze rechtvaardigmaking zal beslissend zijn voor de eeuwigheid.

Het zal er op aankomen of Jezus wel of niet ónze schuldenlast droeg en aan Gods recht voor óns heeft voldaan. Of Hij wel of niet voor ons de dood is ingegaan en is opgewekt om onze rechtvaardigmaking. Welnu, het antwoord op die vraag kan alleen God door Zijn Geest ons geven. Al zijn we van kindsaf aan bij de waarheid opgevoed, al zijn we niet onkundig in geestelijke zaken, al weten we dat de Heere Jezus voor al Zijn volk het leven en de zaligheid verworven heeft, dit alles geeft geen antwoord op de vraag of 't ook voor óns persoonlijk is.

Voor al Gods uitverkorenen, voor al Zijn volk, heeft Hij geleden, is Hij gestorven en begraven en ten derden dage opgewekt van de doden. Maar, om welgetroost te leven en zalig te sterven, zullen we meer moeten weten. Dan gaat het over de wetenschap dat het ook ons persoonlijk geldt. Juist om die wetenschap zal het dan ook die zondaar of zondares te doen zijn, die door het ontdekkende licht des Heiligen Geestes zichzelf leert kennen als een onwaardige, dood- en doemschuldige voor Gods heilig aangezicht. Daarom is het zo profijtelijk als God ons geen rust schenkt zolang die wetenschap gemist wordt. Waar die wetenschap gevonden wordt, geeft ze een blijvende troost en de kennis in onze harten met God verzoend te zijn door de dood Zijns Zoons.

Mijn Verlosser

O, die troost ontvalt niet in de hoogste strijd, in alle benauwdheden, onder alle beproevingen, ja zelfs niet in die wegen waarin de Heere Zijn aangezicht verbergt. Job kon zeggen in het diepst van zijn beproevingen: ‘Ik weet: mijn Verlosser leeft’. Het is dus zeer wel mogelijk ervan verzekerd te zijn dat we in Christus voor God rechtvaardig zijn, omdat de Christus ons als Verlosser en Zaligmaker van God geschonken is.

Zal niet elk van Gods kinderen, althans, wanneer ze op hun plaats zijn en niet zijn vastgevaren op de klip van gevoeligheden en gemoedelijkheden, ernaar uitzien om die wetenschap van God te mogen ontvangen? Zeker, ook Gods bekommerde volk mag weleens zoete tijden doorleven. Hoe lieflijk en dierbaar kunnen 's Heeren vertroostingen, hoe ruim de weg der zaligheid hun ontsloten, hoe heerlijk de Koning in Zijn schoonheid aanschouwd zijn, maar... met dat alles missen ze dat ene, wat niet gemist kan worden, namelijk de wetenschap dat ze in en met Christus zijn opgewekt. Daar ze de bewuste staatsverwisseling niet doorleefden, kunnen ze niet zeggen: We wéten dat we zijn overgegaan uit de dood in het leven, of zoals Paulus zegt in onze tekst: ‘opgewekt om onze rechtvaardigmaking’. Er kan veel gezien en ervaren zijn van Jezus' liefde, Zijn borgtochtelijk werk, zelfs van Zijn zoen- en kruisdood, en toch, met dat alles, kan er nog zo'n leegte in de ziel zijn.

Hij zal Zichzelf als de opgestane Levensvorst aan ons hart moeten openbaren en verklaren.

Evenwel, de weg die daartoe leidt, is een weg die door de diepte van de dood gaat. Om het leven in Jezus te vinden, zullen we ons eigen leven moeten verliezen. En juist dat kunnen we niet en willen we niet. We strijden ertegen en satans woord wordt waarheid: Huid voor huid en al wat iemand heeft, zal hij geven voor zijn leven. En toch, ons leven hebben we verbeurd. We hebben naar het rechtvaardig vonnis de dood verdiend. Maar juist dat vonnis kunnen we niet aanvaarden. Immers, het aanvaarden daarvan houdt in om zelf de dood in te moeten. Dan openbaart zich de zo diep ingewortelde vijandschap. In die wegen leren we onszelf pas recht kennen als vijanden van God en van het kruis van Christus.

Wraakzwaard

In de zangtijd van Gods kinderen kan het hart zo vol liefde zijn. Wie kan dan geloven dat in ons hart toch nog zo onuitsprekelijk veel leeft waar we aan sterven moeten. Met Petrus kunnen we soms wel gaan denken dat we met Jezus sterven kunnen; maar als God het wraakzwaard van Zijn gerechtigheid tegen ons gaat richten, dan blijft er van die liefde niets over. De diepe wortel van dit alles ligt daarin, dat we meer ophebben met ons eigen leven en eigen zaligheid dan met de ere Gods.

Het zal eens daar moeten komen dat we niet meer vragen hoe ik zal zalig worden, maar dat we vragen hoe God aan Zijn eer zal komen. En God kan alleen verheerlijkt worden in de handhaving van Zijn Goddelijk recht. O, welgelukzalig is de zondaar die God brengt waar wij onszelf niet brengen kunnen. Die, gedagvaard voor het Goddelijk gericht, Gods recht omhelzen mag en zijn eigen vonnis ondertekenen gaat. Dan is er één ding in onze ziel wat alles overheersen gaat, de liefde tot Gods heilige deugden en volmaaktheden.

Wat mag het wonder dan groot worden dat er voor zulk één nu nog zaligheid is, niet omdat God Zichzelf of Zijn recht krenkt, maar omdat Gods deugden verheerlijkt zijn in Golgotha's offer en Gods recht voldoening vond in Hem, Die is overgeleverd om onze zonden, maar ook opgewekt om onze rechtvaardigmaking.

Gerechtvaardigd

God Zelf heeft voor Zijn eer gezorgd. De Vader Zelf gaf Zijn eniggeboren Zoon en Deze gaf voldoening in de plaats der Zijnen. Dan mogen we uit de hand van Hem, tegen Wie we gezondigd hebben, de Zaligmaker ontvangen met al Zijn volheid en Zijn eeuwige gerechtigheid. Dan is Jezus de onze, Zijn gerechtigheid de onze, Zijn leven het onze en Zijn rechtvaardigmaking de onze. Hoe groot is toch dit wonder om in Christus rechtvaardig, zonder zonde te zijn, ja, zo volkomen, als hadden we nooit zonde gekend noch gedaan. Dan mogen we weten: 't Was ook voor mij, zo'n doemschuldig hellewicht, dat Jezus sterven wilde, maar 't is ook voor mij, dat Hij nu eeuwig leeft.

(Uit: De Saambinder, 10 april 1986)


En opgewekt om onze rechtvaardigmaking. Romeinen 4:25b

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 april 2025

De Saambinder | 24 Pagina's

Opgewekt

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 april 2025

De Saambinder | 24 Pagina's