Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Huis des Heeren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Huis des Heeren

(Bulten verantwoordeltjltheid der Red.)

9 minuten leestijd

Mijnheer de Redacteur, Gaarne zag ik voor de volgende regels een plaatsje ingeruimd in uw blad, als antwoord op het „Ingezonden: Kerkconcert te Sommelsdijk" in het nummer van 2 Maart 1949. Ik kan niet nalaten op enkele uitspraken van de heer Caron nader in te gaan. De zaak waarom het gaat is ernstig genoeg, wanneer gezegd wordt, dat de ,,verderfelijke geest op het eiland een blanco mandaat heeft gekregen." Met andere woorden de duivelse geest wordt hier geduld en heeft vrij spel. Deze stelling, die een zware beschuldiging voor heel de christelijke bevolking inhoudt, tracht de heer Caron te bewijzen door een bepaalde beschouwing van het kerkgebouw te geven, waartegen gezondigd zou zijn door het gegeven kerkconcert. Voordat hij echter met argumenten naar voren komt, maakt hij een tweetal opmerkingen, die niet ter zake doen. Allereerst vestigt hij er de aandacht op, dat in tal van kerken een leer verkondigd wordt, die niet is naar de Schriften. Dit is volkomen waar, helaas. Doch is zulk een kerk dan ook nog wel „Huis des Heeren?" Overigens heeft dit met de zaak, die in het geding is mets te maken, evenmin als de toespeling op activiteit op „staatkundig terrein." Zulke politieke opmerkingen moest men buiten de kwestie van een orgelconcert houden. Met zulke slagwoorden moet men voorzichtig zijn.

Door de algemene verzoeningsleer af te keuren, moet blijken, dat wij „gereformeerd" zijn en zo benaderen wij dan een bepaalde vraag. Dit is niet zakelijk -en zelfs niet oprecht. Op deze wijze wordt bij het publiek stemming gemaakt, zonder dat zakelijke argumenten, in dit geval Bijbelse argumenten de doorslag geven. Ook is het gevaarlijk te veel te zeggen. Er is immers niemand, die de kerk beschouwt, zoals de heer C. het voorstelt: „een gebouw waar de „gelovigen" zich verzamelen, ten einde van hun vorm-christendom te doen blijken op hun tijd." Neen, het vorm-christendom zit dieper, dat is overal, waar onder een zuivere (!) belijdenis een mens in zijn onbekeerlijkheid verhard. Bij een niet-Bijbelse leer kan er geen sprake van vorm-christendom zijn, omdat de schriftuurlijke vorm ontbreekt. Maar bij een zuivere mondbelijdenis is er zoveel te meer gevaar voor een vormendienst, voor een spreken in termen, het hart ontbreekt. waaraan

Doch terzake. Hoe ziet de heer C. de kerk, d.w.z. het kerkgebouw? Als een plaats, waar God woont. Hij herinnert aan de brandende braambos. Mozes moet de schoenen van de voeten doen, want de plaats waar hij staat is heilig land. Maar vergeet niet, dat even later op die plaats de schapen weer liepen te grazen! Heilig is iedere plaats, waar de Heere een mens nadert en toespreekt: zijn binnenkamer, zijn bed! Hier moet aan een veel geestelijker vorm van heiligheid gedacht worden. Vandaar ook het verbod: Nader hier niet toe! Dit kan toch niet op een kerkgebouw worden overgebracht?! Zo verdraait men de Schrift en laat haar iets zeggen, wat zij niet zeggen wil!

De tweede bewijsplaats is: Waar twee of drie in Mijn Naam vergadert zijn, ben Ik in het midden van hen! Dat kan zijn in een kamer, in een schuur of stal zelfs in tijd van vervolging, waarop de Heere hier doelt. Over blijvende heiligheid van de plaats, die niet eens genoemd wordt, wordt met geen woord gerept.

, Ook het uitdrijven van de wisselaars en veeverkopers uit de tempel wordt naar voren gebracht. De wisselaars, die de mensen bedrogen, door ze af te zetten en de veemarkt in de tempel, is toch niet te vergelijken met een kerkconcert ? Bovendien wordt hier de fout gemaakt, dat kerk en tempel op één lijn worden gesteld, zoals de Roomse kft-k dat doet. In de tempel woonde God echter onder de schaduwendienst, maar in de kerk hebben wij. Protestanten, geen woonplaats Gods, zoals de Roomsen in het altaar! Of de vraag zo eenvoudig te beantwoorden is, wat de Heere zou doen indien hij lichamelijk op aarde was in deze tijd, waag ik te betwijfelen. Hierover wordt veel gegist, doch ieder laat dan de Heere Jezus doen, wat hij zelf graag zou gedaan zien. Dit blijkt uit de literatuur, die daarover is verschenen.

Een socialist laat Jezus het socialisme prediken, een Parizeer laat Hem de Farizeërs verheerlijken, en zo maakt ieder van de Middelaar wat Hij wil. Dit is een gevaarlijke weg.

Met de komst van de Heere Jezus is al het uiterlijke in de eredienst weggevallen. Denk aan de vraag van de Samaritaanse vrouw, waar men aanbidden moet, op de Gerizim of in Jeruzalem en hoor het antwoord van de mond der waarheid: Noch hier, noch daar, want God is een Geest en die Hem aanbidden, zullen Hem aanbidden in geest en waarheid. Daarop komt het aan, of wij onze godsdienst in geest en waarheid bedrijven. En dan loopt de lijn niet: voor of tegen een kerkconcert, maar voor of tegen Christus. Dat die ernst ons doordrrnge. Dan zeggen wij niet zo gemakkelijk als de heer C. "Wij moeten als levende lidmaten van Christus de ware strijd aanbinden." Levende lidmaten van Christus! Wat gaat dat in eens weer gemakkelijk. Doch laat ik voor de duidelijkheid deze zin nog eens overschrijven: „Indien er nog onlosmakelijke banden van liefde en gehechtheid tot het Huis des Heeren in onze harten aanwezig zijn, dan als levende lidmaten van Christus de ware strijd aangebonden in woord en geschrift." Stil eens even, worden wij nu door gehechtheid aan het Huis des Heeren levende lidmaten van Christus? Dan zijn er in Middelhamis nog heel wat levende lidmaten, want de gehechtheid aan het Huis des Heeren is er groot, zoals bij de brand van de kerk wel bleek. Maar, helaas, neen! Ik ben een levend lidmaat van Christus, zegt de Catechismus, omdat ik de zalving van Christus deelachtig ben, dus de zalving met de Heilige Geest! Dat is heel wat anders. Dan vergelijken wij een orgelconcert niet met een Kerstspel, zoals in Haarlem werd opgevoerd, want dan zijn we niet eerlijk. Dan menen wij niet: men komt zo licht van het één tot het ander, want ieder geval moet op zich zelf beschouwd worden.

Ook wat betreft het schrijven over de jeugd, moet ik met de- heer C. verschillen. Er moeten wegen gezocht worden om onze jeugd te bereiken, merkt hij op. Accoord, maar wie doet dat? Leer ze eerst maar Gods Woord lezen en verstaan, dan zijn wij al heel wat verder. Maar vele jongeren hebben een afkeer van voorgewende godsdienstigheid, die de mug uitzijgt en de kemel doorzwelgt en terecht! Ook moet men niet bouwen op een eerlijkheidsgevoel onder de jeugd. Gods Woord leert, dat alle mensen leugenachtig zijn. Ook de jonge mensen. Daar houd ik het op! Bovendien IS het onjuist, omdat alleen te zeggen, dat de jeugd evengoed als de anderen leven onder de werkelijkheid van dood en oordeel. Er is meer: zij leven onder een aangeboden zaligheid! Maar genoeg. Nog een enkele opmer

Maar genoeg. Nog een enkele opmerking over de zaak zelf. Tot nog toe sprak ik van de argumenten in het ingezonden stuk, waartegen ik ten stelligste moet protesteren. Principieel gezien is het zo: Het orgel in de kerk dient tot begeleiding van de gemeentezang. De vraag, waarom alles draait is deze: Mag dit orgel, deze koning onder de instrumenten, ook buiten de kerk gebruikt worden, waardoor de kerk dan een plaats (Vervolg pag. 2 Ie kolom)

Mijnheer de Redacteur, Met genoegen heb ik de stem van protest van de heer Caron te Ouddorp gelezen, die hij in „Eilanden-nieuws" tegen het optreden van het Philharmonisch Orkest in de Ned. Herv. Kerk te Sommelsdijk heeft laten horen. Jammer, dat de heer Caron niets over

Jammer, dat de heer Caron niets over het programma van de avond zélf heeft geschreven, o.m. dat er ook roomse liederen gezongen zijn, maar mogelijk was hem dit riet bekend. Dan v/as zijn stuk nog meer tot zijn" recht gekomen. Ds Zeilstra, Ger. Predt. te Middelharnis, die dezo zangavond geopend heeft, liet niet na, op dit punt zijn aandacht te laten vallen en er in afkeurenden zin over te spreken. Het is dan ook méér dan erg, dat in

Het is dan ook méér dan erg, dat in onze vaderlandse kerk, de kerk die vrijgevochten is in de tachtigjarige oorlog van onder Rome's tyrannie, werd toegelaten zoiets op te voeren. Daarom vraag ik van de redactie enige ruimte om een gedeelte van het Latijnse programma af te drukken met de (vrije) vertaling er bij. Zelf ben ik geen Latinist, maar heb voor de vertaling iemand anders in de arm genomen.

Onder meer vermeldde het programma: „Ave verum corpus" van W. A. Mozart, wat betekent: „Wees gegroet waarachtig Ucliaam." '

Gezongen werd:

Docti sacris institutie, panem vinum in salutis, consecramus hostiam. Dogma datur Christianis, quod in car

Dogma datur Christianis, quod in carnem transit panis et vinum in sanguinem Quod non capis, quod non vides, animosa firmat fides praeter verum ordinem.

Sub diversis speciebus, signes tantum et non rebus, latent res eximaea.

Vertaling:

Onderwezen zijnde in de heilige instellingen, heiligen vrij het offer (de hostie) nl. het zaligmakende brood en wijn. Door de christenen wordt de leerstelling gegeven, dat het brood verandert in vlees en de wijn in bloed.

Wat men niet neemt (begrijpt, beseft), wat men niet ziet, versterkt het moedige geloof volgens de waarachtige orde. Onder verschillende verschijningsvor

Onder verschillende verschijningsvormen slechts door tekenen en niet door de werkelijkheid zelf, zijn de uitnemende zaken verborgen.

Commentaar behoef ik daar verder niet op te geven. Het spijt mij zeer, dat in ons Herv. Kerkblad „De Zaaier" hierover met geen woord is gerept.

Ik wil tevens nog opmerken dat het Rotterdams Philharmonisch orkest, waarmee het Gemengd Koor „Jubilate Deo" is aangespannen en dat in de Ned. Herv. Kerk te Sommelsdijk is opgetreden, evengoed des Zondags in de schouwburg optreedt.

Het dacht mij goed dit eens onder de aandacht van het publiek te brengen in de hoop dat het die uitwerking heeft, dat onze Herv. Kerken nimmermeer voor zulk een doel worden afgestaan.

H. K. V. ALPHEN

Nieuwe Tonge, Maart 1949.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 maart 1949

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's

Het Huis des Heeren

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 maart 1949

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's