De ‘vulling’ van het geweten
Opvoeding is gewetensvorming, wordt weleens gezegd. Daar zit heel wat in. Gewetensvorming heeft te maken met waarden en normen. Wat is goed, wat is fout?
De ouders zijn in dit opzicht van grote betekenis. Zij staan bij wijze van spreken aan de wieg van de vorming van het geweten. Het opgroeiende kind kent geen andere wereld dan het eigen gezin. Als vader en moeder op een onaardige manier met elkaar omgaan, is dat voor het kind nor- maal. Natuurlijk Ís het niet normaal, maar het jonge kind heeft geen vergelijkingsma- teriaal. Als pa en ma elkaar eens aanhalen en elkaar een zoen geven, is dát voor een kind normaal. Gewetensvorming is dus heel wat meer dan het doorgeven van regeltjes. Dat hoort er weliswaar ook bij, maar de sfeer die je als ouders in je gezin vormgeeft, is van grote invloed. Dat is voor het jonge kind de norm.
Wat leven ouders voor? Als zij er geen probleem mee hebben om op de zondag- middag naar de bioscoop te gaan, laat de innerlijke stem van hun kinderen niet van zich horen. Als kinderen uit onze gezindte na de kerkdienst op hun kamer een voetbalwedstrijd volgen, zal de inner- lijke stem - in ieder geval in het begin – spreken. De functie van het geweten is dus sterk afhankelijk van de manier waarop het gevormd is. Je kunt dus niet zeggen, zoals een inleider tijdens een ouderavond eens zei: ‘Iets is fout als je geweten van zich laat horen’. Als dat zo zou zijn, is het geweten de norm en niet Gods Woord. In de Bijbel kunnen we voorbeelden lezen van goedbedoeld gedrag dat door God bestraft werd. De geschiedenis van Uza is aangrijpend. Hij had goede intenties. Toen de ark werd vervoerd op een wagen, struikelden de runderen. In een reflex probeerde Uza te voorkomen dat de ark zou vallen. Wat was zijn bedoeling zuiver. En toch, hij handelde in strijd met de voor- schriften die de Heere gegeven had en daarop volgde Zijn straf.
Normen van buitenaf of van binnenuit
Hier zijn we bij een belangrijk onderscheid. Leg je de norm in jezelf, of is de norm die van buitenaf, beter gezegd: van Boven komt, beslissend? Kinderen tot globaal de basisschoolleeftijd weten over het algemeen goed het verschil tussen goed en fout, tussen zwart en wit. Als je hen vraagt waarom iets verkeerd is, geven ze vaak als antwoord: ‘Dat mag niet van de Heere’, of ‘Het staat in de Bijbel dat dit niet goed is.’ Zij hanteren een norm die buiten henzelf is.
Met het ouder worden komt er een andere fase in de gewetensvorming. Dan wordt het eigen gevoel mede bepa- lend. Wat vind ik er zelf van? Het meisje uit de intro van dit artikel, had kennis van de Bijbelse normen. Maar die gaven bij haar niet de doorslag. Ze kwam samen met haar vriend tot de conclusie dat ze op die manier met elkaar konden omgaan. Er is ‘een verhaal bij te houden’: ze hebben al drie jaar verkering en zijn er zeker van dat ze met elkaar zullen gaan trouwen. Deze manier van redeneren past overi- gens helemaal in het klimaat van onze tijd. Luister naar je gevoel en blijf dicht bij jezelf. Dan wordt het pakket normen iets wat je zelf samenstelt. Het zijn autonome normen in tegenstelling tot heteronome, die van Boven af naar ons komen.
Een zwijgend geweten
Het geweten kan op deze manier tot zwijgen gebracht worden. Augustinus zei daarover: ‘Gewenning maakt het gewicht van iedere zonde lichter’. Een veelzeggende uitspraak. Zonde drukt na ver- loop van tijd niet meer. Je raakt eraan gewend. De Engelse puritein Matthew Meade schreef in een van zijn boeken over de aard van de zonde: eerst zwaar, dan lichter, dan gemakkelijk, dan aange- naam en tenslotte onmisbaar. Dan zwijgt het geweten. Wat ernstig, niet alleen voor jongeren.
Van David kunnen we een duidelijk voorbeeld lezen dat hij last had van een sprekend geweten: ‘En Davids hart sloeg hem, nadat hij het volk geteld had; en David zeide tot den HEERE: Ik heb zeer gezondigd in hetgeen ik gedaan heb; maar nu, o HEERE, neem toch de misdaad Uws knechts weg, want ik heb zeer zottelijk gedaan’.
Na die doorleefde schuldbelijdenis vergaf de Heere hem die zonde. Wat een genade!
Dit is het vierde deel in een serie van zes artikelen over opvoeding en de veranderde wereld van ouders en jongeren. Volgende week deel 5.
Ik heb seksuele gemeenschap met mijn vriend.
We hebben daar geen moeite mee.
We hebben al drie jaar verkering en weten dat het toch niet uit gaat.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 april 2022
De Saambinder | 20 Pagina's