Trouw
Trouw is belangrijk. Het betekent standvastig zijn in liefde en toewijding, ook als het moeilijk is. De Heere vraagt het van ons, zowel ten opzichte van Hem als van onze naaste. Vanwege de zonde is trouw altijd een geschenk van de Heere. Maar in onze ontkerkelijkte samenleving is trouw wel een dubbele opgave.
Laten we het begrip eerst eens verkennen in de wereld om ons heen. Bij het woord trouw denken we vanzelf aan het huwelijk. Dat is de oefenplaats en bakermat voor trouw. Een oefenplaats, want trouw moet blijken. Ook een bakermat, want kinderen krijgen de beste stimulans om trouw te zijn als ze bij hun ouders zien wat trouw is.
Maar met de huwelijkstrouw is het in ons land helaas droevig gesteld. In 2023 waren er 24.310 echtscheidingen. Dat is zeven op 1000 getrouwde stellen. Nog een andere vergelijking: in 2023 werden 67.959 huwelijken voltrokken.
Deze cijfers vallen niet mee.
In 1965 bedroeg het aantal echtscheidingen 6000 (op een inwoneraantal van 12 miljoen). Toen was het aantal echtscheidingen dus aanmerkelijk lager dan nu. In onze tijd worden naast het huwelijk allerlei alternatieve vormen van samenleven gekozen. En het huwelijk zelf is opengesteld voor mensen van gelijk geslacht. Zo zien we dus op het punt van huwelijkstrouw een enorm verbrokkeld beeld. De oefenplaats en de bakermat van trouw heeft het in onze tijd zwaar te verduren.
Flexibel werk
Trouw beoefen je niet alleen in het huwelijk. Wat dacht u van de werkkring? In 2016 had 60 procent van de werkende bevolking een vast contract. In 2003 was dat nog ruim 70 procent. Nog langer geleden was vast werk de standaard, ook bij de post (de PTT) en de pakketdienst (Van Gend en Loos). Mensen bleven hun werkgever vaak lang trouw. Dan zal de werkgever (hopelijk!) ook op trouwe manier gezorgd hebben voor zijn werknemers. Gelukkig zijn er in ons werk nog steeds allerlei elementen van trouw. Maar arbeidsrelaties zijn minder hecht en minder persoonlijk geworden. Ook hier toont het begrip trouw een verbrokkeld beeld.
Trouw wordt minder vanzelfsprekend. En dat beïnvloedt ons op allerlei manieren. De pakketbezorger komt ook bij ons aan de deur en we klagen over de onbetrouwbaarheid van de post. En gebrokenheid in huwelijken en gezinnen gaat helaas ook onze deuren niet voorbij.
Ook in de kerk
Ook onze kerkdeuren niet. Jezelf goed en vrij voelen, wordt belangrijker gevonden. Daardoor worden de verbanden losser. En stel dat dan één van de ouderlingen in het verzorgen van de leesdienst altijd wel wat heeft in zijn gebed of preekkeus wat we ervaren als een scherp randje. Of er is iets in het karakter of van de gemeente of het kerkverband waarbij we ons niet fijn voelen. De manier waarop wij hiermee omgaan toont grote overeenkomst met wat de wereld om ons heen laat zien.
Nu zijn we er op zich nog wel goed in om over de leer te redeneren. En inderdaad, die kan in het geding zijn. Maar in dit soort situaties worden we op de proef gesteld. En dat kon ten diepste wel eens gaan over onze trouw. ‘En al ware het dat ik de gave der profetie had, en wist al de verborgenheden en al de wetenschap; en al ware het, dat ik al het geloof had, zodat ik bergen verzette, en de liefde niet had, zo ware ik niets’ (1 Kor. 13:2). ‘Liefde’ heeft hier alles te maken met trouw. Wat gebeurt er als reformatorische kerkmensen zichzelf zo toetsen aan dit Woord van God?
Eén misverstand wil ik direct wegnemen. Dit betekent niet dat ambtsdragers geen lering moeten of willen aannemen. Er moet zelfs sprake zijn van een gezonde wisselwerking tussen gemeenteleden, óók met hun ambtsdragers. Punt is alleen dat vertrouwen hier een sleutelwoord is. En dat komt voort uit: trouw.
Heerlijkheid van God en Christus
Eén zorg is wel het belangrijkste. Het gaat hier om een Bijbels begrip. Het komt Hem toe dat we trouw zijn in liefde tot Hem en onze naasten. En dat we dat ook zijn in het waarnemen van Zijn dienst. Door al onze ontrouw doen we de Heere tekort. Als we zien hoe de ontrouw om zich heen grijpt, wat staan we dan beschaamd. Het is tegengesteld aan wat de Heere vraagt in Zijn Woord. En wij zouden juist aan de wereld moeten laten zien wat dat betekent.
God is getrouw aan Zijn welbehagen. Dat gaat door Christus’ hand gelukkiglijk (voorspoedig) voort. Wat hebben we nodig dat de Heilige Geest dit uitwerkt en toepast in ons persoonlijk leven. ‘Indien wij ontrouw zijn, Hij blijft getrouw; Hij kan Zichzelven niet verloochenen’ (2 Tim. 2:13). Paulus schreef dit vanuit de worstelingen in de praktijk van het leven. Daar leert de Heilige Geest ontrouwe zondaren een trouwe Borg en Zaligmaker benodigen. Wat heil is er te vinden in Zijn zelfverloochenende liefde.
Is daarvan door genade iets te zien in ons leven? Dat juist op de momenten en in de zaken waarin het voor ons het moeilijkste is, mag blijken: dit is trouw.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 maart 2025
De Saambinder | 24 Pagina's