Boekbesprekingen

Het boek De Zondaar verheugd in Gods heiligdom bevat twaalf preken van de Schotse predikant en hoogleraar Thomas Halyburton. Hij was de laatste twee jaar van zijn korte leven (1674- 1712) ook professor te St. Andrews. Tien van de twaalf preken zijn uitgesproken voor, tijdens of na de bediening van het Heilig Avondmaal. De laatste twee preken zijn door de hooggeleerde predikant gehouden naar aanleiding van het overlijden van een vriend. Met instemming citeren we de vertaler: ’De doorgaans lange preken verdienen het dat ze rustig en aandachtig gelezen worden. Zo kunnen ze ertoe dienen om tot diepe bezinning te brengen.’ Voor het lezen in de kerk moeten de meeste van deze preken ingekort worden. Het is niet zo dat ze alleen gelezen kunnen worden rond de viering van het Heilig Avondmaal. De predicaties in dit boek kunnen ook op andere tijden tot stichting zijn. Ze zijn namelijk niet al te nadrukkelijk toegespitst op het Heilig Avondmaal. Wel zijn ze separerend en plaatsen ze onder de zegen des Heeren in een gemis en tekort. We willen dat aantonen door een citaat. Behalve dat gewezen wordt op de noodzaak van inleving van onze verloren staat (p. 50) schrijft hij op pagina 51: ’Is de gekruisigde Christus de Kracht Gods en de Wijsheid Gods, denk dan na over de dood van Christus, en gedenk die. Ja, ik had bijna gezegd: kunt u christen zijn en aan iets anders denken? Het is iets verbazingwekkends dat de gedachten van christenen zich op iets anders kunnen richten en dat ze niet vervuld zijn van wat het kanaal is van hun heil en van alle zaligmakende weldaden. Zult u niet denken aan datgene waarvan alles afhangt, waarvoor al datgene is geschonken dat u nodig hebt of verwacht?’

Als het gaat over de beloften dan houdt deze predikant eraan vast dat deze alleen het ware Israël toekomen, ’degenen die door een waar geloof waarlijk in Christus zijn ingeënt’ (p. 85). Zeer verheerlijkend voor de enige Zaligmaker en ook naar de on-dervinding en het hart van de Zijnen zijn de woorden over het komen van Christus: ’Het is heel aangrijpend om Hem te zien komen. Hij wacht niet totdat zij Hem zoeken. Nee, Hij is hun vóór, Hij verrast hen met Zijn goedheid, terwijl het hun zeer wel betaamd zou hebben om de eerste stap in Zijn richting te zetten en Hem om hulp te smeken. Zie, Hij staat daar niet op. Nee, ’Hij komt, springende op de bergen, huppelende op de heuvelen’. Wanneer arme, zondige wormen, die geen recht hebben op hulp, die hulp niet zoeken en er niet van dromen, wanneer mensen niet eens naar Hem uitzien – zie, dan komt Hij hun te hulp’ (p. 122). Om niet meer te citeren sluiten we af met een raad aan Gods volk aan het eind van de tiende preek: ’Wees met ootmoedigheid bekleed. Leef door het geloof. Wees onder de treurenden in Sion. Draag Sion aldoor op uw hart. Maak gebruik van de bedeling van het Evangelie. Waak en bid, opdat u in geen verzoeking zult vallen’ (p. 240). Goede wijn behoeft geen krans.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen