De heilige oorlog (157)
Doorgaande jacht op de vijand
De macht van Diábolus brokkelt af. Al meer volgelingen van hem worden omgebracht. Daaronder zijn ook de kinderen van Hopeloos, zoals Laat-het-goede-los. In zijn plaats komt Meditatie, die een goede invloed heeft op Mensziel. Vastewil en IJver zetten hun werk voort.
Besnoeide-Belofte terechtgesteld
Samen met zijn dienaar IJver arresteert Vastewil de volgende Diábolonist: Besnoeide-Belofte. Dat is een beruchte schurk, want hij zorgt ervoor dat een groot deel van de beloften onbruikbaar is. Daarom wordt hij door de rechters in het openbaar tot een voorbeeld gesteld. Hij wordt schuldig bevonden en veroordeeld om eerst aan de schandpaal te worden genageld, om daarna door alle kinderen en het dienstpersoneel van Mensziel geslagen te worden en dan opgehangen te worden, zodat hij zou sterven. Er zijn er misschien die zich verwonderen vanwege deze mishandelingen, maar degenen die alles eerlijk onder ogen zien, moeten erkennen dat iemand die de beloften besnoeit en daardoor onbruikbaar maakt, in korte tijd veel kwaad kan doen in Mensziel. 1 Ik ben oprecht van oordeel dat allen die dezelfde naam dragen en op dezelfde wijze leven, op dezelfde wijze behandeld moeten worden.
De jacht op Vleselijk-Gevoel
Vastewil grijpt ook Vleselijk-Gevoel en zet hem gevangen. Hoe hij het echter voor elkaar krijgt is onbekend, maar hij weet de gevangenis open te breken en te ontsnappen. Het is zelfs zo, dat de onverschrokken schurk de stad niet verlaat, maar in de holen van de Diábolonisten op de loer blijft liggen en ’s nachts in de huizen van oprechte mannen rondspookt. Daarom wordt op het marktplein van Mensziel bekendgemaakt dat diegene die Vleselijk-Gevoel ontdekt, arresteert en doodt, dagelijks zal worden toegelaten om bij de Prins te eten en bevorderd zal worden tot de schatbewaarder van Mensziel. Er zijn er dan ook veel die zichzelf verplichten Vleselijk-Gevoel te grijpen en te doden. Het lukt ze echter niet, al wordt hij vaak gezien.
Het werk van Zelfverloochening
Vastewil weet Verkeerde-gedachtenvan-Christus te grijpen en werpt hem in de gevangenis. Hoewel het lang duurt vanwege een slepende longziekte, sterft hij daar uiteindelijk.
Ook Eigenliefde wordt gegrepen met de bedoeling om hem gevangen te zetten. Zijn rechtszaak wordt echter uitgesteld omdat er veel inwoners van Mensziel familie van hem zijn. Maar uiteindelijk komt Zelfverloochening en zegt: ‘Als zulke schurken worden gedoogd in Mensziel, zal ik niet langer in dienst blijven.’ Hij plukt Eigenliefde uit de menigte en laat hem door zijn soldaten bewaken, die hem uiteindelijk de hersens inslaan. Sommige burgers van Mensziel mopperen daarover, maar niemand durft het hardop te zeggen, omdat Prins Immanuël in de stad is. Deze dappere daad van Zelfverloochening komt de Prins ter ore. Hij laat hem halen en geeft hem een voorname positie in Mensziel. Ook Vastewil krijgt veel lof van Immanuël voor wat hij heeft gedaan voor Mensziel.
Zelfverloochening vat moed en verhevigt de achtervolging van Diábolonisten, samen met Vastewil. Ze pakken Leven-door-het-gevoel en Wettisch- Leven op, die ook in de gevangenis worden geworpen, waar ze uiteindelijk sterven.
Rust en vrede
Maar Ongeloof weet de dans elke keer te ontspringen. 2 Ze krijgen hem niet te pakken, wat ze ook proberen. Samen met nog enkelen van de geraffineerdste Diábolonisten blijft hij een bewoner van Mensziel tot de tijd dat Mensziel het aardse koninkrijk verlaat. Ze houden zich echter verborgen in hun schuilplaatsen. Als een van hen tevoorschijn komt of als ze gezien worden in een van de straten van Mensziel, dan worden ze door de hele stad in groepen achterna gezeten. Ja, de kleinste kinderen roepen hen na zoals ze bij dieven doen en ze zien ernaar uit om hen dood te stenigen. Zo komt Mensziel uiteindelijk weer tot een zekere vrede en rust. De Prins blijft binnen de muren. De kapiteins en hun soldaten doen hun werk en Mensziel richt zich op de handel waar ze vroeger druk mee was. De stad gonst weer van bedrijvigheid.
Geen rust en toch rust
Met grote gewilligheid, ijver en zelfverloochening worden - met de hulp van de Heere - in de strijd tegen de zonde grote overwinningen behaald, maar moet ook ervaren worden dat er geen volmaakte heiligheid in dit leven bereikt kan worden. De volkomen rust wordt pas na dit leven ervaren, maar bij tijden schenkt de Heere de Zijnen in dit leven al vrede en rust. Dat wordt door Bunyan in dit laatste deel van hoofdstuk 18 (‘Houd moed, Mensziel!’) op treffende wijze getekend.
Geen rust door strijd om de beloften …
Gods Woord staat vol beloften voor de uitverkorenen. Het is de duivel veel waard om de ogen van Gods kinderen daarvoor gesloten te houden, of om de Goddelijke beloften te verdraaien. Bunyan spreekt over het besnoeien, het inkorten van de beloften, waardoor ze onbruikbaar raken. Hij noemt dat als een van de gevaarlijkste vijanden van de zaligheid in de ziel, die stevig aangepakt moet worden. En inderdaad, als Gods beloften voor een schuldig volk uit het oog raken, dan kan dat leiden tot wanhopige gedachten: ‘Weet de Heere nog wel van mij af?’, of: ‘Zouden Zijn beloftenissen verder haar vervulling missen?’ (Ps. 77:5, ber.). Hoe belangrijk is het, dat de Evangeliebeloften een rijke plaats in de prediking behouden. Petrus kon er ook niet van zwijgen, nadat hij zijn hoorders hun schuld en zonde eerlijk voor ogen had gehouden: Want u komt de belofte toe, en uw kinderen, en allen die daar verre zijn, zovelen als er de Heere onze God toe roepen zal (Hand. 2:39). Niet voor niets worden Gods kinderen ‘de kinderen der beloftenis’ genoemd (Rom. 9:8). 3
… en strijd tegen vleselijke gevoelens …..
Een andere grote vijand van de zaligheid van de ziel is het vleselijk gevoel. Dat zijn de werken van de oude mens, die elke keer weer de kop opsteken. Want het vlees begeert tegen den Geest, en de Geest tegen het vlees; en deze staan tegen elkander, alzo dat gij niet doet hetgeen gij wildet (Gal. 5:17). Deze gevoelens sterven niet voordat de laatste adem wordt uitgeblazen. Wel is er in de weg van waarachtige bekering sprake van een afsterven van de oude mens (zie HC zondag 33).
… en tegen verkeerde gedachten van Christus …
Het is de satan ook veel waard om het zicht op Christus te verduisteren door in het hart verkeerde gedachten over Hem te verwekken. Die verkeerde gedachten waren er bij de bloedvloeiende vrouw, die jarenlang haar heil heeft gezocht bij de artsen. Totdat de nood onhoudbaar wordt en ze ondanks haar onreinheid Hem aangrijpt bij de zoom van Zijn kleed (o.a. Matth. 9:20-22). Laat het zonder ophouden ons gebed zijn dat wij alle gedachte gevangen leiden tot de gehoorzaamheid van Christus! (2 Kor. 10:5).
… en tegen eigenliefde …
Gods wet eist liefde tot God boven alles. Lijnrecht daartegenover staat de eigenliefde, de liefde die gericht is op de verheerlijking van ons eigen ik. Deze verkeerde eigenliefde 4 kruipt werkelijk overal tussen. De mens houdt deze eigenliefde vast met hand en tand. De strijd tegen eigenliefde is daarom een zeer pijnlijke strijd. Deze eigenliefde is een van de grootste oorzaken van veel onenigheid onder Gods volk. En er werd ook twisting onder hen, wie van hen scheen de meeste te zijn (Luk. 22:24). En de satan weet dat vuurtje wel op te stoken, zodat er zelfs verbittering ontstaat, zoals tussen Paulus en Barnabas: Er ontstond dan een verbittering, alzo dat zij van elkander gescheiden zijn (Hand. 15:39a).
…. door zelfverloochening
De strijd tegen eigenliefde, maar ook tegen een verkeerd gevoelsleven en een wettisch leven, vraagt veel zelfverloochening. Het is een strijd die ten diepste alleen door genade gevoerd kan worden, omdat het een strijd tegen ongeloof is. En het ongeloof weet zich behendig op de been te houden. We willen zelf wat zijn, ons gevoel de voorrang geven en door onze werken de zaligheid verdienen. Zelfverloochening staat zo haaks op het moderne levensgevoel, waar zelfbeschikking en zelfverlossing hoog in het vaandel staan. Laten we de genade en zegen van zelfverloochening onze kinderen maar al in hun jonge leven voorhouden en voorleven als een noodzakelijke en gezegende gave Gods.
Toch rust
Door de strijd tegen de zonden verliest satan terrein en wordt gehoor gegeven aan de opdracht: En geeft den duivel geen plaats (Éf. 4:27). Dan komt er plaats voor de gezegende Immanuël, de ‘God met ons’. Daar woont liefde tot God, en dat heeft grote gevolgen: Zo iemand Mij liefheeft, die zal Mijn woord bewaren; en Mijn Vader zal hem liefhebben, en Wij zullen tot hem komen en zullen woning bij hem maken (Joh. 14:23). Daar is rust te vinden, in de plaats waar Christus, de Ark der behoudenis is te vinden, in het geestelijke Sion: Dit is Mijn rust tot in eeuwigheid, hier zal Ik wonen, want Ik heb ze begeerd (Ps. 132:14).
Noten
1. Deze en de volgende zin zijn persoonlijke opmerkingen van Bunyan.
2. Bunyan noemt Ongeloof hier ‘a nimble Jack’. Daarmee wordt iemand bedoeld die heel behendig is.
3. Het valt buiten het kader van deze artikelen om de strijd over de prediking van de beloften te beschrijven.
4. Uiteraard mogen we het goede voor onszelf zoeken, anders kon de Heere niet gebieden onze naaste lief te hebben als onszelf. Wie voor zichzelf het goede zoekt, zal de zonde haten omdat die tot onze eeuwige ondergang leidt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 februari 2025
De Wachter Sions | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 februari 2025
De Wachter Sions | 12 Pagina's