Wie overwint...

Er komt in de wereldgeschiedenis een moment dat het kwaad zich tot het uiterste toe uitleven kan. De droesem is boven gekomen.

Het ogenblik is nu echter zeer nabij, dat Christus in Zijn volle heerlijkheid de geschiedenis binnentreedt. In zijn heerlijkheid, die de heerlijkheid van God, van de Heilige Geest, van de hemel, van de liefde, van de waarheid is. Een heerlijkheid, die onzegbaar zal glanzen en lichten tegenover deze antichristelijke duisternis en dit ongoddelijke verderf. En dit zal dan Zijn overwinning zijn, dat Zijn heerlijkheid alle volken volkomen inzichtig zal zijn geworden. Als Hij in Zijn hemelse glans de deuren van de geschiedenis opent en binnentreedt, kan er geen sprake meer van zijn dat iemand Hem niet zou erkennen als de volstrekte Heer en Koning. Voor de een zal dat echter een oorzaak zijn van oneindige dank en jubel omdat zijn komst redding en verlossing is. Voor de ander echter een oorzaak van verslagenheid, omdat men door de waarheid overwonnen is, en nu de zware last van schuld tegenover God in wroeging moet uitboeten.

Dan zal het Godsrijk op aarde worden opgericht als het Rijk van de Geest, omdat de gewetens van allen overtuigd zijn. Dot is het nieuwe Jeruzalem, waarover in Openbaring met heerlijke beelden gesproken wordt. Alles zal vol zijn van de kennis en vreze des Heren. En ieder zal hier zijn eigen plaats, zijn eigen roeping, zijn eigen bestemming vinden. Jeruzalem zal geen nivellerend eenheidsrijk zijn, doch het zal 'dorpsgewijs' bewoond worden, de aard en aanleg van een ieder zal er tot zijn recht komen. En alles zal een nimmer eindigend lof- en danklied zijn aan God en aan Christus. Maar het hart van het levende middelpunt van deze Godprijzende volkerengemeenschap zal zijn dat bijzondere volk, dat in de tijd van strijd en benauwdheid voor de voleinding trouw geweest is aan Jezus Christus. Dot zijn zij die in de tijd en tijden van de antichrist in trouw en in lijden hebben getuigd van de waarheid en in onthouding en vertrouwen hebben uitgezien naar de komst van hun Heer. De glorie van dit volk is, dat zij in de tijd van lijden en druk getuigenis hebben mogen afleggen van de liefde voor Jezus. Hun bloed heeft zich vermengd met het bloed van Christus, hun smart met Zijn smart. En zoals zij bij Christus geweest zijn in het lijden, zo zijn zij nu één met Hem in Zijn glorie.

(Overgenomen uit: In verzet tegen de tijd, Den Haag, 1964)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen