Het Zwaard Van De Wet Awgb
De titel
Het klinkt erg strijdlustig. Dat is ook de bedoeling. Men moet dan wel bedenken wie dat zwaard hanteert. Ik kom hieronder daarop terug. Toen de wet Algemene Wet
Toen de wet Algemene Wet Gelijke Behandeling (afgekort AWGB) in de jaren tachtig en begin negentig werd besproken en ingevoerd, heb ik aan de discussie daarover deelgenomen. Ik heb toen met dankbaarheid erop gewezen dat in het toenmalige voorstel alle rechten dezelfde impact hadden. Hiermee bedoel ik dat het ene recht niet boven het andere ging. Dus: dat er respect moest zijn voor elk recht afzonderlijk.
Tegelijk heb ik erop gewezen dat deze wet gemakkelijk tot een groot gevaar zou kunnen worden voor wat ik nu maar noem: de vrijheid van het beleven van godsdienst, als namelijk een van de rechten tot (wat ik nu maar noem) norm of maatstaf over de andere rechten verheven zou worden. Dan was het evenwicht verstoord.
En daarmee was het met een deel van de vrijheidsrechten gedaan.
De mogelijkheid dat dit zou gebeuren heb ik nu bijna twintig jaar geleden in discussies en artikelen met nadruk genoemd. Ik schaam me er niet voor te zeggen dat ik toen met dankbaarheid erop gewezen heb, dat dit (nog) niet het geval was. Niettemin voelde ik het als mijn plicht hoorders en lezers op deze mogelijke verschuiving te wijzen. Gebruik hiervoor wat mij betreft ‘een eventueel toekomstig scenario’.
Veranderingen
Het ziet er - helaas - naar uit dat het toen gevreesde nu werkelijkheid gaat worden.
De mogelijkheid die ik nog vóór de invoering van de wet opperde wordt nu - als God het niet verhoedt - werkelijkheid. Wat is namelijk het geval: van veel kanten wordt ervoor gepleit het gelijkheidsbeginsel - of wel het nondiscriminatiebeginsel - tot norm te verheffen. Daaraan worden dan alle grondrechten ondergeschikt verklaard. U kunt ook zeggen: zij zijn alleen van kracht als zij niet in strijd zijn met het gelijkheidsbeginsel.
Laat ik het duidelijk mogen zeggen: dit gelijkheidsbeginsel of wat emotioneler geformuleerd: dit non-discriminatiebeginsel is te vergelijken met het eerste van Gods Tien geboden. Doch dan als eerste gebod in een geseculariseerde samenleving, waarin de mens de maatstaf van alle wetten is.
Vérstrekkende gevolgen
Het zal duidelijk zijn dat een dergelijke verschuiving voor het christen-zijn in het publieke leven vérstrekkende gevolgen heeft.
Dan worden alle publieke handelingen, beslissingen en posities gemeten aan de norm van het humanistisch geïnterpreteerde gelijkheidsbeginsel.
Mocht het pleidooi voor deze verschuiving in de waardering van de grondrechten bij wet geregeld worden, dan betekent dit dat allerlei beslissingen in christelijke organisaties gemeten, beoordeeld en eventueel veroordeeld worden op grond van het non-discriminatieartikel.
Dit is een verschuiving vergeleken met de positie van twintig jaar geleden. Niettemin was de mogelijkheid dat dit zou gebeuren, te voorzien en te vrezen.
De buitenste schil
Verdedigers van deze verschuiving stellen christenen gerust door te zeggen dat door deze wettelijke maatregel slechts de buitenste schil van de godsdienstvrijheid wordt geraakt. Het zal zo’n vaart niet lopen.
Daartegen breng ik twee bezwaren in: christenen dienen mensen te zijn van één stuk, van één beginsel, dat hun hele leven, ook hun publieke optreden bepaalt. Als aan hun vrijheid op wat hun tegenstanders noemen een ondergeschikt punt te kort wordt gedaan, voelen zij zich in het beleven van hun christen-zijn aangetast. Zeg: beknot.
Daar komt een tweede punt bij: wie de afkeer van het christelijk geloof, inclusief het christen-zijn in onze samenleving waarneemt, weet dat daarin een intensieve voortgang zit. Het blijft niet bij de buitenste schil. Een parlement dat de buitenste schil aanpakt,
zal er niet voor terugschrikken ook een volgende schil van het christen-zijn af te pellen, enzovoort, enzovoort.
De lezer begrijpt dat ik dat woord ‘schil’ in dit verband verafschuw; alsof we bepaalde gestalten van ons christen-zijn kunnen uittrekken en naast ons neerleggen. Het gaat om het christenzijn uit één stuk.
De aanval op de buitenste schil is een signaal van wat verder zal komen.
Dynamiek van het kwaad
Dat is de innterlijke dynamiek van het kwaad. Wie de ontwikkelingen van onze samenleving sinds de jaren zestig heeft gevolgd, weet dat er een bijna onstuitbare voortgang is in het van kwaad tot erger.
De voortgang is alleen te stuiten als er een innerlijke ontkeer in ons volk plaatsvindt.
Dat we daarom bidden. Tegelijk dienen we waakzaam te zijn! Ik herinner nog eens aan mijn column van enkele weken geleden over Huizinga als cultuurcriticus. Hij zag de schaduwen van morgen - die nu heden zijn geworden - opdoemen, waar - om het in mijn woorden te zeggen - de mens met zijn humaniteit tot norm verheven wordt.
Dat zien we nu gebeuren. De humanistische interpretatie van de AWGB is het zwaard dat tegen christelijke organisaties wordt opgeheven.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 maart 2008
Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's